Besluit machtiging manager Expertisecentrum Arbeidsjuridisch inzake bezwaar- en beroepsprocedures betreffende personeelsaangelegenheden

[Regeling vervallen per 20-01-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-02-2012.]
Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 11-08-2010 t/m 31-01-2012

Besluit van de Minister-President, Minister van Algemene Zaken, van 15 juli 2010, nr. 3548741, tot machtiging van de manager van het Expertisecentrum Arbeidsjuridisch inzake bezwaar- en beroepsprocedures betreffende personeelsaangelegenheden

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 20-01-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-02-2012]

In dit besluit wordt verstaan onder de manager: de manager van het Expertisecentrum Arbeidsjuridisch, ressorterend onder de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 20-01-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-02-2012]

  • 1 Aan de manager wordt inzake personeelsaangelegenheden machtiging verleend voor het behandelen van bezwaar- en beroepschriften, waaronder het ondertekenen van stukken in het kader van bezwaarprocedures, het ondertekenen van verweerschriften in bezwaar- en beroepsprocedures, het instellen van bezwaar bij uitvoeringsorganisaties, het instellen van beroep en hoger beroep bij rechtbanken en de Centrale Raad van Beroep, het vertegenwoordigen van de minister ter zitting, het verdagen van de beslistermijn in bezwaarzaken als bedoeld in artikel 7:10, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht alsmede het doen van mededelingen als bedoeld in artikel 4:14, eerste lid, artikel 4:15, derde en vierde lid, en artikel 7:10, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2 Aan de manager wordt machtiging verleend om bij de behandeling van een geschil inzake personeelsaangelegenheden één of meer andere personen als medegemachtigde te introduceren.

  • 3 Het instellen van bezwaar, beroep en hoger beroep geschiedt uitsluitend na een daartoe strekkende opdracht.

  • 4 De manager kan voor aangelegenheden als bedoeld in het eerste en tweede lid machtiging verlenen aan medewerkers en inhuurkrachten van zijn dienst.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 20-01-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-02-2012]

De uit dit besluit voor de manager voortvloeiende bevoegdheden worden in geval van afwezigheid uitgeoefend door de daartoe aangewezen plaatsvervanger.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 20-01-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-02-2012]

Het krachtens machtiging ondertekenen van stukken geschiedt als volgt:

De Minister-President,

Minister van Algemene Zaken,

namens deze:

(handtekening)

(naam functionaris)

(functie).

Artikel 5

[Regeling vervallen per 20-01-2013 met terugwerkende kracht tot en met 01-02-2012]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2010.

Den Haag, 15 juli 2010

De

Minister-President

,

Minister

van Algemene Zaken,
namens deze:

R. van Zwol,

de Secretaris-Generaal.

Naar boven