Artikel 1
[Vervallen per 30-03-2017]
Artikel 2
[Vervallen per 30-03-2017]
2 De secretaris-generaal wordt toegestaan om ten aanzien van het krachtens het eerste lid, onder a tot en met c verleende mandaat, ondermandaat te verlenen aan onder hem ressorterende functionarissen.
Artikel 3
[Vervallen per 30-03-2017]
Aan het College wordt mandaat verleend ten aanzien van de tot de verantwoordelijkheid van de minister behorende aangelegenheden op het terrein van het openbaar ministerie, met uitzondering van:
a. de bevoegdheid tot het nemen van besluiten die zijn neergelegd in een document, gericht tot:
1°. de Koningin;
2°. de raad van ministers van het Koninkrijk, de ministerraad of een daaruit gevormde onderraad of commissie;
3°. de voorzitter van de Eerste of Tweede Kamer der Staten-Generaal of van een uit die Kamer gevormde commissie;
4°. de vice-president van de Raad van State van het Koninkrijk of de vice-president van de Raad van State;
5°. de president van de Algemene Rekenkamer;
6°. de Nationale ombudsman, behoudens indien het gaat om :
– ontvangstbevestigingen;
– tussenberichten, waaronder uitstelberichten;
– stukken naar aanleiding van pogingen van de Nationale ombudsman om ter vermijding van een volledig onderzoek te bevorderen dat alsnog aan de klacht tegemoet wordt gekomen (interventies);
b. de behandeling van klachten die gedragingen van het College of leden daarvan betreffen.
Artikel 4
[Vervallen per 30-03-2017]
Artikel 5
[Vervallen per 30-03-2017]
Indien een krachtens mandaat te nemen besluit belangrijke politieke, bestuurlijke of maatschappelijke gevolgen kan hebben, draagt het College zorg voor voorafgaande afstemming met de secretaris-generaal.
Artikel 6
[Vervallen per 30-03-2017]
1 Ondermandaat door het College tot het nemen van besluiten op verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur, de behandeling van en beslissing op bezwaarschriften tegen voornoemde besluiten en daarmee samenhangende beslissingen met betrekking tot de verschuldigdheid en de hoogte van een dwangsom wegens niet tijdig beslissen in de zin van artikelen 4:17 en 4:18 van de Algemene wet bestuursrecht kan uitsluitend worden verleend aan:
a. de hoofden van de parketten;
b. het hoofd van de afdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken van het parket-generaal;
c. de directeur van de Dienstverleningsorganisatie Openbaar Ministerie;
d. de directeur van de Rijksrecherche; en
e. de directeur van het wetenschappelijk bureau van het openbaar ministerie.
Artikel 7
[Vervallen per 30-03-2017]
Artikel 8
[Vervallen per 30-03-2017]
Ondermandaat door het College ten aanzien van:
kan worden verleend aan het hoofd van de afdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken van het parket-generaal, die dit ondermandaat slechts één hiërarchisch niveau verder kan doorgeven.
Artikel 8a
[Vervallen per 30-03-2017]
Ondermandaat door het College ten aanzien van:
kan worden verleend aan de in artikel 6, eerste lid, onder a, bedoelde functionarissen, die dit ondermandaat slechts één hiërarchisch niveau verder kunnen doorgeven.
Artikel 9
[Vervallen per 30-03-2017]
Het College rapporteert tenminste éénmaal per jaar aan de minister over de uitvoering van krachtens mandaat genomen beslissingen inzake het verlenen van toestemming als bedoeld in artikel 4:7, eerste lid, onderdeel a, van het Besluit politiegegevens. Hiertoe registreert het College de gedurende het kalenderjaar bij het openbaar ministerie ingediende verzoeken en de daarop genomen beslissingen. Het rapport van het College bevat geen gegevens die tot individuele personen herleidbaar zijn.
Artikel 11
[Vervallen per 30-03-2017]
Voor de toepassing van deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt met mandaat onderscheidenlijk ondermandaat gelijkgesteld de verlening onderscheidenlijk doorgifte van:
a. volmacht om in naam van de minister privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;
b. machtiging om in naam van de minister handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.
Artikel 12
[Vervallen per 30-03-2017]
Ingetrokken worden:
Artikel 13
[Vervallen per 30-03-2017]
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Artikel 14
[Vervallen per 30-03-2017]
Deze regeling wordt aangehaald als: Mandaatregeling niet-beheersaangelegenheden openbaar ministerie.