-
a. de gerealiseerde baten en lasten naar de kosten- en opbrengstsoorten, bedoeld in bijlage 2 bij deze regeling, en waarbij de opbrengstsoortgroep 5 als één totaalbedrag wordt
vermeld;
-
b. de onttrekkingen en toevoegingen aan reserves die plaatsvinden in het kader van de
resultaatsbestemming;
-
c. de bedragen, die oninbaar zijn verklaard;
-
d. de bedragen, die zijn kwijtgescholden;
-
e. de balansmutaties van de immateriële vaste activa, naar de indeling van artikel 4.38 van het besluit, te onderscheiden in:
-
1°. externe vermeerderingen,
-
2°. geactiveerde lasten,
-
3°. overige interne vermeerderingen,
-
4°. verkoop,
-
5°. ontvangen subsidies,
-
6°. afschrijvingen, en
-
7°. overige verminderingen;
-
f. de balansmutaties van de materiële vaste activa, naar de indeling van artikel 4.39, eerste lid, van het besluit, te onderscheiden in:
-
1°. overname,
-
2°. nieuwbouw door derden,
-
3°. geactiveerde lasten,
-
4°. waardecorrectie leidend tot vermeerdering,
-
5°. overboeking onderhanden werk,
-
6°. verkoop,
-
7°. ontvangen bijdragen van de Europese Unie,
-
8°. ontvangen bijdragen van het Rijk,
-
9°. ontvangen bijdragen van provincies,
-
10°. ontvangen bijdragen van overige openbare lichamen,
-
11°. ontvangen bijdragen van overigen,
-
12°. afschrijvingen, en
-
13°. waardecorrectie leidend tot vermindering;
-
g. de balansmutaties van de financiële vaste activa, naar de indeling van artikel 4.40 van het besluit, te onderscheiden in:
-
1°. vermeerderingen als gevolg van herwaardering,
-
2°. overige vermeerderingen,
-
3°. verminderingen als gevolg van waardecorrectie, en
-
4°. overige verminderingen;
-
h. de balansmutaties van de voorraden, naar de indeling van artikel 4.42 van het besluit onderscheiden in vermeerderingen en verminderingen;
-
i. de balansmutaties van de uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan een
jaar, naar de indeling van artikel 4.43 van het besluit, onderscheiden in vermeerderingen en verminderingen;
-
j. de balansmutaties van de kortlopende vorderingen, naar de indeling van artikel 4.44
van het besluit onderscheiden in vermeerderingen en verminderingen;
-
k. de balansmutaties van de liquide middelen, bedoeld in artikel 4.45 van het besluit, onderscheiden in vermeerderingen en verminderingen;
-
l. de balansmutaties van de overlopende activa, naar de indeling van artikel 4.46, eerste en tweede lid, van het besluit onderscheiden in vermeerderingen en verminderingen;
-
m. de balansmutaties van de reserves, naar de indeling van artikel 4.50, eerste lid, van het besluit, te onderscheiden in:
-
1°. interne vermeerderingen,
-
2°. interne verminderingen, en
-
3°. verwachte toevoegingen of onttrekkingen als gevolg van het exploitatieresultaat;
-
n. de balansmutaties van de voorzieningen, bedoeld in artikel 4.51 van het besluit, te onderscheiden in:
-
1°. vermeerderingen als gevolg van rentetoevoeging,
-
2°. overige interne vermeerderingen,
-
3°. interne verminderingen, en
-
4°. externe verminderingen;
-
o. de balansmutaties van de vaste schulden, naar de indeling van artikel 4.53, eerste lid, van het besluit, te onderscheiden in:
-
1°. vermeerderingen,
-
2°. verminderingen als gevolg van gewone aflossingen, en
-
3°. verminderingen als gevolg van extra aflossingen;
-
p. de balansmutaties van de netto-vlottende schulden, naar de indeling van artikel 4.55 van het besluit onderscheiden naar vermeerderingen en verminderingen;
-
q. de balansmutaties van de overlopende passiva, naar de indeling van artikel 4.56, eerste en tweede lid, van het besluit onderscheiden naar vermeerderingen en verminderingen; en
-
r. de stand van zaken aan het begin en einde van het kwartaal betreffende:
-
1°. de financiële vaste activa, naar de indeling van artikel 4.40 van het besluit,
-
2°. de uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan een jaar, naar de indeling
van artikel 4.43 van het besluit,
-
3°. de kortlopende vorderingen, naar de indeling van artikel 4.44 van het besluit,
-
4°. de liquide middelen, bedoeld in artikel 4.45 van het besluit,
-
5°. de overlopende activa, naar de indeling van artikel 4.46, eerste en tweede lid, van het besluit,
-
6°. de vaste schulden, naar de indeling van artikel 4.53, eerste lid, van het besluit,
-
7°. de netto-vlottende schulden, naar de indeling van artikel 4.55 van het besluit, en
-
8°. de overlopende passiva, naar de indeling van artikel 4.56, eerste en tweede lid, van het besluit.