-
a. de septic tank uit drie compartimenten bestaat,
-
b. de nominale inhoud, in de stroomrichting, over de compartimenten is verdeeld in de
verhouding twee staat tot één staat tot één,
-
c. de scheidingswanden tussen de compartimenten van de septic tank ten minste 20 centimeter
boven het waterniveau uitsteken,
-
d. de instroomopening in het eerste compartiment van de septic tank zich ten minste 10
centimeter boven het waterniveau bevindt,
-
e. de toevoerpijp ten minste 5 centimeter en ten hoogste 10 centimeter uit de binnenwand
steekt,
-
f. de doorstroomopeningen in scheidingswanden tussen de compartimenten van de septic
tank zodanig zijn uitgevoerd, dat:
-
1°. doorvoer van bodemslib en drijflagen wordt voorkomen;
-
2°. de gezamenlijke oppervlakte van de doorstroomopeningen per scheidingswand ten minste
100 vierkante centimeter en ten hoogste 400 vierkante centimeter bedraagt;
-
3°. de bovenkant van de doorstroomopeningen ten minste 30 centimeter onder het waterniveau
ligt; en
-
4°. de onderkant van de doorstroomopeningen hoger ligt dan de helft van de waterhoogte
gemeten vanaf de bodem van de septic tank
-
g. de afvoeropening van een septic tank voorzien is van een duikschot of een T-stuk,
zodat afvoer van bodemslib of drijflagen wordt voorkomen, en
-
h. de waterhoogte in een septic tank ten minste 1,2 meter bedraagt en ten hoogste bedraagt:
-
1°. 2,2 meter bij een inhoud van ten hoogste 10 kubieke meter;
-
2°. 2,5 meter bij een inhoud van meer dan 10 kubieke meter.