Besluit Adviescollege Verloftoetsing tbs

Geraadpleegd op 03-12-2024.
Geldend van 19-10-2013 t/m heden

Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 27 september 2007, houdende de instelling van het Adviescollege Verloftoetsing tbs (Regeling Adviescollege Verloftoetsing tbs)

De Staatssecretaris van Justitie,

Besluit:

Artikel 1. Begrippen

In dit besluit wordt verstaan onder:

Artikel 2. Samenstelling Adviescollege Verloftoetsing tbs

  • 1 Het Avt heeft een voorzitter en bestaat uit diverse disciplines:

    • tenminste negen forensisch psychiaters en psychologen,

    • ten minste drie juristen en

    • tenminste één wetenschappelijk adviseur op het gebied van risicotaxatie.

  • 2 De benoeming van de forensische psychiaters en psychologen, die plaats zullen nemen in het Adviescollegeverloftoetsing tbs zal geschieden op basis van de volgende voordracht:

    • ten minste drie leden vanuit het Nederlands Instituut voor Psychiatrie en Psychologie (NIFP);

    • ten minste drie leden vanuit de Forensisch Psychiatrische Centra (FPC’s);

    • ten minste drie leden vanuit de forensische psychiatrie, niet werkzaam binnen de FPC’s (via GGZ Nederland).

  • 3 De voorzitter deelt het Avt in commissies in, bestaande elk uit drie forensisch psychiaters en/of psychologen, met als voorzitter een van de juristen. De commissies betrekken desgewenst de wetenschappelijk adviseur bij de advisering.

  • 4 De voorzitter en de overige leden van het Avt worden benoemd door de Minister voor een periode van ten hoogste vier jaar. Herbenoeming is eenmaal mogelijk voor een aansluitende periode van ten hoogste vier jaren.

  • 5 Wanneer leden van het Avt vervangen moeten worden, brengt het aan de Minister voordrachten uit voor de benoeming van de nieuwe leden. De Minister benoemt de leden na kennisneming van de voordracht.

  • 6 In het Avt kunnen plaatsvervangende leden worden benoemd voor een periode van vier jaar, ongeacht of zij eerder zijn benoemd en herbenoemd als lid. Herbenoeming kan eenmaal en voor ten hoogste vier jaren aansluitend plaatsvinden. Het vijfde lid is van overeenkomstige toepassing.

  • 7 De periode dat iemand aan het Avt is verbonden is maximaal twaalf jaar.

Artikel 3. Ontslag

  • 1 De leden van het Avt worden op eigen verzoek door de Minister ontslagen.

  • 2 De leden kunnen tevens ontslagen worden door de Minister wegens ongeschiktheid, onbekwaamheid of op andere zwaarwegende gronden.

Artikel 4. Taak

  • 1 Het Avt heeft tot taak: het inhoudelijk beoordelen van alle verlofaanvragen inzake ter beschikking gestelden of anderszins verpleegden die in inrichtingen waar tbs met verpleging ten uitvoer wordt gelegd verblijven en daarover gemotiveerd advies uitbrengen aan de Minister.

  • 2 De procedurele toetsing van de verlofaanvragen bedoeld in het eerste lid, vindt plaats door DJI volgens de richtlijnen van het Verlofregeling TBS (Staatscourant nr. 21597, 31 december 2010).

Artikel 5. Bevoegdheden

  • 1 Het Avt is bevoegd tot inzage in alle zakelijke gegevens en bescheiden die

    voor de vervulling van haar taak van belang zijn en heeft te allen tijde toegang

    tot alle locaties waar tbs met verpleging ten uitvoer worden gelegd.

  • 2 Het Avt maakt van haar bevoegdheden slechts gebruik voor zover dat redelijkerwijs voor de vervulling van haar taak nodig is.

Artikel 6. Ondersteuning

  • 1 Het Avt heeft een secretaris, tevens hoofd van het bureau.

  • 2 De secretaris is voor zijn werkzaamheden uitsluitend verantwoording schuldig aan het Avt.

  • 3 Aan de secretaris kunnen andere medewerkers worden toegevoegd.

  • 4 De secretaris en andere medewerkers van het bureau zijn geen lid van het Avt.

  • 5 Na overleg met de voorzitter van het Avt kan de Minister de secretaris en de andere medewerkers van het bureau benoemen, bevorderen, schorsen of ontslaan.

  • 6 De Minister draagt, na overleg met het Avt, zorg voor de nodige voorzieningen ten behoeve van de werkzaamheden van het Avt.

Artikel 7. Advisering

  • 1 Indien het Avt adviseert geen verlof te verlenen, beslist de Minister dienovereenkomstig.

  • 2 Indien het Avt adviseert verlof te verlenen, kan de Minister gemotiveerd een andere beslissing nemen.

Artikel 8. Jaarplan

De voorzitter biedt elk jaar voor 15 november aan de Minister het jaarplan voor het komende jaar ter vaststelling aan.

Artikel 9. Reglement voor de werkwijze

  • 1 Het Avt stelt met het oog op een goede en zorgvuldige uitoefening van haar taken een reglement vast, waarbij wordt aangesloten bij het Verloftoetsingskader (Staatscourant nr. 123, 29 juni 2007).

  • 2 Dit reglement en elke wijziging daarvan behoeft de goedkeuring van de Minister en wordt openbaar gemaakt door plaatsing op de website van het Avt.

Artikel 10. Bijstand deskundigen

Het Avt kan zich op onderdelen van haar taak doen bijstaan door personen van wie de deskundige inbreng van belang kan zijn in verband met de zorgvuldige voorbereiding en totstandkoming van haar adviezen.

Artikel 11. Vaststelling adviezen

  • 1 Bij het uitbrengen van een advies ontvangt het Avt geen aanwijzingen van de Minister over de te hanteren methodiek, haar oordeelsvorming en advisering.

  • 2 Het Avt zendt een exemplaar van elk advies direct na vaststelling naar de Minister.

Artikel 12. Bezoldiging

De leden van het Avt genieten vergoeding van reis- en verblijfskosten overeenkomstig de bepalingen welke te dien aanzien voor de burgerlijke rijksambtenaren zijn vastgesteld alsmede een vergoeding voor hun werkzaamheden volgens door de Minister te stellen regels.

Artikel 13. Jaarbericht

De voorzitter brengt elk jaar voor 1 maart een jaarbericht uit over de algemene bevindingen van het Avt naar aanleiding van de werkzaamheden van het voorafgaande jaar.

Artikel 14. Evaluatie

Nadat het Avt één jaar heeft gefunctioneerd, vindt daarvan een evaluatie plaats op nader te bepalen wijze.

Artikel 15. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als:

Besluit Adviescollege Verloftoetsing tbs.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 27 september 2007.

De

Staatssecretaris

van Justitie,

N. Albayrak