U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervallen per 01-01-2007.]Geraadpleegd op 18-05-2025. Geldend van 11-11-2006 t/m 31-12-2006
Loonheffingen, inkomstenbelasting, privégebruik auto; accessoireregeling
De Minister van Financiën heeft het volgende besloten:
Dit besluit bevat een goedkeuring voor inhoudingsplichtigen voor de loonheffing en de inkomensafhankelijke bijdrage Zvw, en voor ondernemers voor de inkomstenbelasting. Zij kunnen met terugwerkende kracht tot 1 juli 2006 rekening houden met de gevolgen van een wijziging in de Wet BPM voor wat betreft accessoires. Dit geldt voor auto’s die op of na die datum worden te naam gesteld.
[Regeling vervallen per 01-01-2007]
Met ingang van 1 juli 2006 is de heffingsgrondslag voor de Wet BPM gewijzigd, in het bijzonder wat betreft accessoires. Omwille van de eenvoud en eenduidigheid van de wetgeving is voorgesteld deze wijziging ook te laten gelden voor de bijtelling wegens de terbeschikkingstelling van een auto voor privégebruik en voor auto’s van de zaak, de zogenoemde autokostenfictie (artikel 13bis van de Wet op de loonbelasting 1964 en artikel 3.20 van de Wet IB 2001). Bij de Tweede Kamer is hiertoe een wetsvoorstel ingediend (Kamerstukken II, 2005/06, 30 634 nr. 2). De autokostenfictie geldt voor de loonheffing, de inkomensafhankelijke bijdrage Zvw en de inkomstenbelasting, maar niet voor de werknemersverzekeringen (zie artikel 16, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen).
loonheffing: loonbelasting/premie volksverzekeringen
loonheffingen: loonheffing, premies werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet
Wet BPM: Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992
Zvw: Zorgverzekeringswet
Met ingang van 1 juli 2006 blijven voorzieningen aan een auto die niet door of namens de fabrikant of importeur zijn aangebracht buiten de heffingsmaatstaf voor de Wet BPM. Om de uitvoeringspraktijk tegemoet te komen is in het wetsvoorstel voorgesteld deze wijziging in de Wet BPM door te trekken naar de autokostenfictie in de loon- en inkomstenbelasting en de inkomensafhankelijke bijdrage Zvw. Dit betekent dat de catalogusprijs voor de autokostenfictie daarmee gelijk wordt aan de catalogusprijs voor de Wet BPM. De grondslag voor de autokostenfictie blijft daarbij de catalogusprijs met inbegrip van de omzetbelasting en vermeerderd met de (zonder vrijstelling of teruggaaf verschuldigde) BPM.
De voorgestelde wijziging van de autokostenfictie geldt voor auto’s die op of na 1 juli 2006 worden te naamgesteld. Ter voorkoming van onnodige herstelacties en administratieve lasten keur ik in dit besluit goed dat betrokkenen al met deze wijziging rekening houden.
Ik keur goed dat inhoudingsplichtigen en ondernemers de voorgestelde wijzigingen voor de autokostenfictie toepassen met ingang 1 juli 2006 voor auto’s die op of na die datum worden te naamgesteld.
Deze goedkeuring geldt totdat het voornoemde voorstel tot wet is verheven. Indien het eerder genoemde wetsvoorstel niet tot wet wordt verheven, eindigt de goedkeuring op het moment waarop het voorstel niet wordt aangenomen of wordt teruggenomen. Tot dat moment ingediende aangiften en correctie-berichten waarbij rekening is gehouden met de goedkeuring in dit besluit blijven in dat geval ongemoeid.
Volgens de wettelijke bepalingen moeten inhoudingsplichtigen correctieberichten indienen om van deze goedkeuring gebruik te maken over reeds verstreken aangiftetijdvakken. Het privé-gebuik auto heeft echter geen betekenis voor de werknemersverzekeringen. Mede gelet op het anders te verwachten grote aantal benodigde correctieberichten en de relatief geringe bedragen per werknemer, kan ik er uit praktische overwegingen in dit bijzondere geval mee instemmen de correcties over reeds verloonde tijdvakken te verwerken in een nog te verrichten aangifte loonheffingen over 2006.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 juli 2006.
Dit besluit vervalt met ingang van 1 januari 2007.
Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 31 oktober 2006
Minister
Directeur-Generaal Belastingdienst
J. Thunnissen
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Loonheffingen, inkomstenbelasting, privégebruik auto; accessoireregeling", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.