Beleidsregels schorsing, opschorting, intrekking en herziening uitkeringen 2006

Geraadpleegd op 05-10-2024.
Geldend van 14-07-2011 t/m heden

Artikel 1. Definities

  • 2 In dit besluit wordt onder uitkering tevens verstaan: ziekengeld ingevolge de ZW, inkomensondersteuning ingevolge de Wet Wajong en toeslag ingevolge de TW.

  • 3 In dit besluit wordt onder verzekerde tevens verstaan: de werknemer ingevolge de WW, de jonggehandicapte ingevolge de Wet Wajong, de persoon die recht heeft op toeslag ingevolge de TW, de aanvrager en de uitkeringsgerechtigde ingevolge de Wet IOW en de werknemer, de gelijkgestelde en de beroepsbeoefenaar op arbeidsovereenkomst in de zin van de WAZO.

Artikel 2. Schorsing of opschorting

  • 1 In de gevallen waarin op grond van een wettelijke bepaling sprake is van een schorsing of opschorting van de uitkering wordt deze geëffectueerd met ingang van de eerstvolgende betaling.

  • 2 De verzekerde wordt, indien de uitbetaling is geschorst of opgeschort wegens het niet of niet behoorlijk nakomen van een verplichting, een termijn gesteld waarbinnen hij alsnog de noodzakelijke inlichtingen kan verstrekken of medewerking kan geven. De vorige zin is niet van toepassing indien de niet of niet behoorlijke nakoming onherstelbaar is.

  • 3 De schorsing of opschorting wordt opgeheven als het recht op uitkering naar behoren is vastgesteld of aan de verplichting is voldaan. Indien aan de verplichting niet is voldaan maar is vastgesteld dat de verzekerde niettemin recht heeft op uitkering, wordt de schorsing of opschorting eveneens opgeheven. Er wordt dan een boete, een maatregel of een waarschuwing opgelegd, tenzij er bij de verzekerde sprake is van het ontbreken van elke vorm van verwijtbaarheid of er een dringende reden aanwezig is om van die oplegging af te zien.

Artikel 3. Intrekking of herziening met terugwerkende kracht

  • 1 Indien door toedoen van de verzekerde ten onrechte of tot een te hoog bedrag uitkering is verstrekt, vindt intrekking of herziening van de uitkering plaats met terugwerkende kracht tot en met de dag vanaf welke de uitkering ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verstrekt.

  • 2 Indien als gevolg van of mede als gevolg van het niet nakomen door de verzekerde van een inlichtingenverplichting of een medewerkingsverplichting ten onrechte of tot een te hoog bedrag uitkering is verstrekt, wordt de uitkering ingetrokken of herzien met terugwerkende kracht tot en met de dag waarop de uitkering zou zijn ingetrokken of herzien als de verzekerde wel volledig aan zijn verplichting zou hebben voldaan. Is deze dag niet te bepalen, dan vindt de intrekking of herziening plaats met ingang van de dag vanaf welke het recht op uitkering niet kan worden vastgesteld.

  • 3 Indien het de verzekerde redelijkerwijs duidelijk was of duidelijk kon zijn dat hem ten onrechte of tot een te hoog bedrag uitkering werd verstrekt, wordt de uitkering ingetrokken of herzien met terugwerkende kracht tot en met de dag waarop het de verzekerde redelijkerwijs duidelijk was of duidelijk kon zijn dat hem ten onrechte of tot een te hoog bedrag uitkering werd verstrekt.

  • 4 Bij samenloop van een of meer situaties als bedoeld in het eerste, tweede of derde lid, wordt de uitkering ingetrokken of herzien met terugwerkende kracht tot en met de vroegste dag.

Artikel 4. Intrekking of herziening met ingang van de dag van de mededeling

  • 1 Onverminderd het bepaalde in artikel 3 wordt, indien het de verzekerde niet redelijkerwijs duidelijk was of kon zijn dat ten onrechte of tot een te hoog bedrag uitkering werd verstrekt, de uitkering ingetrokken of herzien met ingang van de dag waarop UWV hem voor het eerst kenbaar heeft gemaakt dat hem ten onrechte of tot een te hoog bedrag uitkering is verstrekt, doch niet later dan de dag met ingang waarvan de uitkering werd geschorst.

  • 2 In afwijking van het bepaalde in het vorige lid wordt, indien aan de verzekerde over een periode waarover ten onrechte of tot een te hoog bedrag uitkering is verstrekt terwijl dat hem niet redelijkerwijs duidelijk was of kon zijn, een andere uitkering wordt toegekend, de eerstgenoemde uitkering ingetrokken of herzien met ingang van de dag waarop de andere uitkering ingaat. De ten onrechte of tot een te hoog bedrag verstrekte uitkering wordt met de andere uitkering verrekend. Voorzover een hoger bedrag is uitgekeerd dan het bedrag van de andere uitkering wordt het meerdere niet teruggevorderd.

Artikel 5. Intrekking of herziening met een uitlooptermijn

  • 2 Indien in een geval als bedoeld in het eerste lid de toekenning van de uitkering heeft plaatsgevonden als gevolg van het feit dat de verzekerde zijn inlichtingenverplichting of medewerkingsverplichting niet is nagekomen, wordt de uitkering ingetrokken of herzien met ingang van de dag vanaf welke zij is toegekend.

Artikel 6. Terugkomen van intrekkings- of herzieningsbeschikking

Indien de verzekerde alsnog aan zijn verplichtingen voldoet en om toekenning (hervatting) van uitkering vraagt wordt dit opgevat als een verzoek om terug te komen van de intrekkings- of herzieningsbeschikking. De uitkering wordt niet eerder hervat dan met ingang van de dag waarop de verzekerde alsnog aan zijn verplichtingen heeft voldaan. Als de verzekerde echter alsnog aan zijn verplichtingen voldoet voordat de termijn van bezwaar tegen de intrekking of herziening is verlopen, of voordat op het bezwaar is beslist, wordt de betaling met terugwerkende kracht tot en met de datum met ingang waarvan zijn uitkering is ingetrokken of herzien hervat, voorzover alsnog het recht kan worden vastgesteld en aan alle overige voorwaarden voor betaling is voldaan.

Artikel 7. Intrekking regeling

De Regeling schorsing, opschorting, herziening en intrekking uitkeringen van het Landelijk instituut sociale verzekeringen van 18 april 2000 wordt ingetrokken.

Artikel 8. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 9. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Beleidsregels schorsing, opschorting, intrekking en herziening uitkeringen 2006.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Amsterdam, 17 oktober 2006

De

voorzitter Raad van bestuur UWV

,

J.M. Linthorst