Procedureregeling vergoeding van schade door rijksprojectbesluiten EZ

[Regeling vervallen per 01-07-2008.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 08-07-2006 t/m 30-06-2008

Regeling van de Minister van Economische Zaken van 26 juni 2006, nr. WJZ 6045398, houdende procedureregels omtrent de indiening en afhandeling van verzoeken op grond van artikel 48a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (Procedureregeling vergoeding van schade door rijksprojectbesluiten EZ)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 48a, derde lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening;

Besluit:

§ 1. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

Deze regeling is van toepassing indien bij wet, in een planologische kernbeslissing of bij besluit de Minister van Economische Zaken is aangewezen als projectminister in de zin van artikel 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

De minister stelt voor iedere rijksprojectenprocedure waarvoor hij projectminister is, zo spoedig mogelijk nadat het rijksprojectbesluit onherroepelijk is geworden, een commissie in, bestaande uit onafhankelijke deskundigen op het gebied van planologische schade, met als taak hem te adviseren over aanvragen op grond van artikel 48a, eerste lid, van de wet.

§ 2. Indiening en afhandeling van verzoeken

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

  • 1 Degene die meent dat het in artikel 48a van de wet bepaalde op hem van toepassing is, dient een gemotiveerde aanvraag in bij de minister.

  • 2 Een aanvraag kan worden ingediend vanaf het tijdstip waarop het desbetreffende rijksprojectbesluit onherroepelijk is geworden.

  • 3 Een aanvraag wordt ingediend bij het Ministerie van Economische Zaken, Postbus 20101, 2500 EC Den Haag.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

  • 1 Indien de aanvraag kennelijk niet tot toekenning van schadevergoeding kan leiden, kan de minister de aanvraag binnen vier weken na ontvangst daarvan afwijzen, zonder toepassing te geven aan de artikelen 6 tot en met 10.

  • 2 De minister kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmaal met ten hoogste twee weken verlengen.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

  • 1 Indien geen toepassing wordt gegeven aan artikel 5, eerste lid, geeft de minister onverwijld na afloop van de termijn, bedoeld in het eerste lid, of als die termijn verlengd, is, de termijn, bedoeld in het tweede lid van artikel 5, de schadebeoordelingscommissie opdracht om een advies over de aanvraag uit te brengen.

  • 2 De minister kan de in het eerste lid genoemde termijn met ten hoogste twee weken verlengen.

  • 3 De minister zendt de aanvrager zo spoedig mogelijk, maar ten hoogste binnen een week nadat de opdracht, bedoeld in het eerste lid, is gegeven, een afschrift van die opdracht.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

  • 1 De schadebeoordelingscommissie hoort de aanvrager of zijn gemachtigde en een of meer vertegenwoordigers van de minister.

  • 2 De schadebeoordelingscommissie maakt van de mondelinge uiteenzetting door de aanvrager of zijn gemachtigde en van de vertegenwoordigers van de minister een kort verslag. Het verslag wordt toegezonden aan de aanvrager en zijn gemachtigde en aan de minister. Het verslag wordt, tezamen met eventuele schriftelijke reacties daarop, als bijlage aan het advies gehecht.

  • 3 De schadebeoordelingscommissie neemt de situatie ter plaatse op. Zij maakt een kort verslag van haar bevindingen. De tweede en derde volzin van het tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

  • 1 De schadebeoordelingscommissie onderzoekt eerst of de aanvrager ten gevolge van het desbetreffende rijksprojectbesluit schade lijdt, die redelijkerwijze niet te zijnen laste behoort te blijven.

  • 2 Indien de schadebeoordelingscommissie op basis van het in het eerste lid bedoelde onderzoek tot het oordeel komt dat de aanvrager schade lijdt die redelijkerwijze niet te zijnen laste behoort te blijven, berekent zij de omvang van de schade die ten laste van de aanvrager dient te blijven, en de door de minister te betalen billijke schadevergoeding.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

  • 1 De schadebeoordelingscommissie brengt schriftelijk advies uit aan de minister binnen tien weken nadat de opdracht, bedoeld in artikel 6 eerste lid, is gegeven.

  • 2 De schadebeoordelingscommissie kan de in het eerste lid, genoemde termijn met ten hoogste vier werken verlengen. Zij stelt zowel de aanvrager, als de minister van een verlenging in kennis.

  • 3 De minister zendt de aanvrager zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen twee weken na de ontvangst van het advies, een afschrift van het advies.

  • 4 Voordat de minister op de aanvraag beslist, stelt hij de aanvrager in de gelegenheid schriftelijk of mondeling opmerkingen over het advies te maken.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

  • 1 De minister beslist binnen vier weken nadat de schadebeoordelingscommissie overeenkomstig artikel 9, eerste lid, advies heeft uitgebracht.

  • 2 De minister kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmaal met ten hoogste twee weken verlengen.

§ 3. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-07-2008]

Deze regeling wordt aangehaald als: Procedureregeling vergoeding van schade door rijksprojectbesluiten EZ.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 26 juni 2006

De

Minister

van Economische Zaken,

L.J. Brinkhorst

Naar boven