Technische randvoorwaarden:
[Vervallen per 24-04-2013]
A. Bescherming NL-situatie
[Vervallen per 24-04-2013]
Bij een verplaatsing, aanpassing van de karakteristieken en de inzet van netgebonden steunzenders dient de interne Nederlandse situatie beschermd te worden, zoals aangegeven in het relevante deel uit het zerobase rapport:
|
Parameter
|
Propagatiemodel
|
ITU Recommendation 370 met TCA en morfo
|
Ontvangstantenne
|
Non-directief
|
Hoogte ontvangstantenne
|
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 m. naar 1,5 m. om te rekenen
|
Polarisatiediscriminatie
|
Geen
|
Gewenst signaalniveau
|
50% plaats
|
|
50% tijd
|
Ongewenst signaalniveau
|
50% plaats
|
|
10% tijd & 50% tijd (worst case)1
|
Terrein-oneffenheid
|
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue/troposferische storing
|
0 kHz
|
40 dB/32 dB
|
100 kHz
|
30 dB/22 dB
|
200 kHz
|
–2 dB
|
300 kHz
|
–15 dB
|
400 kHz
|
–25 dB
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders
|
0 kHz
|
2 .. 25 dB (afhankelijk van looptijd)
|
100 kHz
|
5 dB
|
200 kHz
|
–5 dB
|
|
300 kHz
|
–15 dB
|
|
400 kHz
|
–25 dB
|
Berekening interferentie
|
Methode sterkste stoorder
|
Ontvangst
|
Stereo
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte
|
37 tot 43,5 dBμV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie.
|
Hierbij geldt:
B. Waterscheiding
[Vervallen per 24-04-2013]
Onder waterscheiding wordt verstaan: het beschermen van de lokale omroepzenders in de band 104.9 – 107.9 MHz. Om de frequenties binnen de LO-band te beschermen mag de beschermde veldsterkte, op de site en/of rasterpunten, niet overschreden worden.
De hieronder vermelde waardes gelden daarbij als uitgangspunt:
Lokaal Net Beschermde veldsterkte o.b.v. 50 Watt
freq. afstand
|
Afstand (km)
|
Eu*
|
aantal
|
0
|
40
|
58.1
|
6
|
|
|
|
|
100
|
19
|
50.8
|
2
|
|
25
|
45.7
|
2
|
|
26
|
44.9
|
2
|
|
44
|
34.5
|
2
|
|
45
|
34.1
|
2
|
|
|
|
|
200
|
19
|
44.8
|
2
|
|
21
|
42.9
|
2
|
|
|
|
|
300
|
12
|
40.6
|
2
|
|
29
|
23.7
|
2
|
|
|
|
|
400
|
8
|
37.7
|
2
|
De berekeningen worden uitgevoerd met de volgende instellingen**:
Propagatie model
|
ITU-R370
(+ extentie 0–10 km)
|
Gewenst signaalniveau
|
50%/50%
|
Ongewenst signaalniveau
|
50%/10%
|
Delta-H
|
50 meter
|
Hoogte ontvangstantenne
|
10 meter
|
Ontvangst
|
Mono
|
E-min mono
|
48 dBµV/m
|
Sommatiemethode Eu
|
Powersum
|
Antennediscriminatie
|
geen
|
Polarisatiediscriminatie
|
geen
|
** Deze instellingen zijn gebaseerd op de huidige lokale omroepplanning. Ten gevolge van het, inmiddels opgestarte, optimalisatie-onderzoek lokale omroep kan de norm bijgesteld worden.
Coördinatieafspraken
[Vervallen per 24-04-2013]
Wijzigingen van vergunningsparameters, inclusief de inzet van nieuwe steunzenders, zullen in coördinatie worden gebracht.
Het moet hierbij gaan om een haalbaar verzoek en de gebruikelijke regels zijn daarbij indicatief om de haalbaarheid te beoordelen.
Agentschap Telecom bepaalt of er sprake is van een acceptabele toename van de Nederlandse bruikbare veldsterkte.
Vanwege de uniformiteit met betrekking tot het indienen van coördinatieverzoeken hanteren we het volgende uitgangspunt:
De nieuwe technische parameters, zoals coördinaten, antennehoogte en antennediagram, dus de gewenste situatie, worden als modificatie van de oorspronkelijke P- of C-status ingebracht.
Ten aanzien van het buitenland hanteren we de volgende maximale toenames van de bruikbare veldsterktes op de interferentiecontourpunten (berekend volgens Geneve’84 overeenkomst):
Engeland
|
0.5 dB
|
|
|
Denemarken
|
0.5 dB
|
|
|
Frankrijk
|
0.5 dB
|
|
|
Luxemburg
|
0.5 dB
|
|
|
België – Vlaanderen
|
0.2 dB
|
|
|
België – Wallonië
|
0.5 dB
|
|
|
Duitsland
|
87.6 – 104.8:
|
< 41dBW:
|
0.2 dB
|
|
|
≥ 41 dBW:
|
0.1 dB
|
|
|
|
|
|
104.9 – 107.9:
|
< 44 dBW:
|
0.2 dB
|
|
|
≥ 44dBW:
|
0.1 dB
|
Ten aanzien van Duitsland wordt tevens verwezen naar de bilaterale overeenkomst van 4 maart 2004.