– herhaald hoorbare knallen (Lr)
Naast het niveau van de enkele knal speelt het aantal knallen dat in een bepaalde
periode wordt geproduceerd een rol. De onderstaande formule heeft betrekking op de
geluidsbelasting over een 8-urige dagperiode uitgedrukt in een ‘rating sound level’
(vgl. ISO R 1996).
Lr = Lknal + 10 lg*N – 42 dB(A)
|
(1)
|
In deze formule geldt:
Lr = het berekende geluidsniveau dat vergeleken dient te worden met het achtergrondgeluidsniveau
Lknal = het geluidsniveau van een enkele knal, gemeten in A, impuls
N = het aantal schoten over de 8-urige dagperiode
42 = een correctiefactor
*lg = 10log
Er is echter gebleken dat de bij deze formule gebruikte 8-urige dagperiode bij de
beoordeling op hinder veroorzaakt door sportschieten niet zo praktisch is.
Het is juister als een sportschietinrichting wordt beoordeeld op uurbasis rekeninghoudend
met de capaciteit die de reeds aanwezige of aangevraagde schietinrichting bezit.
Om dit te bereiken is besloten de formulering voor Lr zodanig te wijzigen dat gerekend kan worden met het aantal schoten per uur (n) dat
berekend wordt uit het aantal schietpunten en de schotfrequentie:
Lr = Lknal + 10 lg n – 33 dB(A)
|
(2a)
|
Heeft men te maken met knallen van verschillende niveaus dan geldt:
Lr = 10 lg (10Li/10) – 33 dB (A)
|
(2b)
|
waarin: Li = het geluidsniveau van knal i gemeten in A, impuls.
Bij het bepalen van n kan men extreem hoge schotfrequenties die worden bereikt bij
wedstrijdschieten buiten beschouwing laten mits men in de voorschriften van de vergunning
opneemt dat deze slechts een beperkt aantal maal per jaar gehouden mogen worden.
Richtgetallen voor de schotfrequentie per schietpunt voor verschillende kleine vuurwapens
vindt men in tabel 1.
Tabel 1: Richtgetallen voor de schotfrequenties per schietpunt.
Wapen
|
Schotfrequentie (n)
|
Pistool
|
150 schoten per uur
|
Karabijn/buks
|
90 schoten per uur
|
Geweer
|
60 schoten per uur
|
Bij kleiduivenschietbanen is het aantal deelnemers en de beschikbare accommodatie
bepalend voor de schotfrequentie.
Het zal duidelijk zijn dat de beoordeling van het schietgeluid van een sportschietinrichting
op de twee aspecten Lknal en Lr dient te berusten. De grenzen waar beneden geen hinder zal optreden staan vermeld
in tabel 2 voor wat betreft Lr en de grafiek voor Lknal max.
Van elke twee gegeven waarden mag Lr de laagste niet overschrijden.
Tabel 2: Grenswaarden met betrekking tot Lr.
|
Stiltegebied
|
Gebied met verspreide bebouwing
|
Woongebied
|
Overdag
|
L95/30 dB(A)
|
L95/45 dB(A)
|
L95/50 dB(A)
|
’s Avonds
|
L95/30 dB(A)
|
L95/40 dB(A)
|
L95/45 dB(A)
|
Voorbeelden
Op welke wijze men verder gebruik kan maken van de formule (2) wordt hierna aangegeven
met enkele voorbeelden.
(a) Er wordt een vergunning aangevraagd voor een schietbaan met 4 geweerschietpunten
voor gebruik in periode van 14.00–21.00 uur. Er zal slechts met 1 type wapen geschoten
worden. De omgeving is een landelijk gebied met verspreide bebouwing en tijdens metingen
bedroeg het achtergrondgeluidsniveau ca. 42 dB(A) overdag en ca. 38 dB(A) in de avondperiode.
Met behulp van de grafiek kan worden vastgesteld dat het geluid van een afzonderlijke
knal aan de dichtstbijzijnde woning overdag niet meer mag bedragen dan 71 dB(A, imp)
en ’s avonds niet meer dan 69 dB(A, imp).
Metingen toonden aan dat het wapen dat gebruikt zal worden aan de woning een Lknal van 68 dB(A,imp) veroorzaakt. Beoordeeld op schrikeffecten is dit niveau zowel voor
de dag- alsook voor de avondperiode aanvaardbaar.
Echter indien men de baan beoordeeld op de capaciteit waarvoor de vergunning wordt
aangevraagd, dan blijkt bij invulling in formule (2) met n (vlg. tabel 1) = 4 × 60
= 240 schoten/uur.
Lr = Lknal + 10 lg n – 33
= 68 + 10 lg 240 – 33
= 68 + 23,8 – 33 = 58,8 dB(A)
Dit is voor de dagperiode een overschrijding van ca. 59 – 42 = 17 dB(A) en voor de
avondperiode van ca. 21 dB(A).
De vergunning kan dus niet verleend worden zonder beperkende voorwaarden in de voorschriften.
Om deze op te kunnen stellen wordt eerst het aanvaardbare aantal schoten per uur berekend:
Het zal duidelijk zijn dat dit voor de vergunningaanvrager een totaal onbevredigend
aantal zal zijn.
Om de baan toch in gebruik te kunnen nemen zal het niveau van de knallen verlaagd
moeten worden. Er kunnen bijvoorbeeld cabines gebouwd worden die de schutter en zijn
wapen van de omgeving afschermen. Stel dat het geluidsniveau hiermee 15 dB(A) reduceert
dan wordt het toelaatbare aantal schoten per uur:
Deze schotfrequenties worden niet overschreden wanneer 2 schietpunten in gebruik zijn
respectievelijk 1 schietpunt in gebruik is. Wanneer behalve de cabine geen verdere
middelen worden aangebracht en men wenst de baan niet te verplaatsen naar een omgeving
met een hoger achtergrondgeluid dan is te overwegen de vergunning toch te verlenen
doch onder de volgende voorwaarden.
In de periode van 14.00–19.00 uur mogen 2 schietpunten in gebruik zijn.
In de periode van 19.00–21.00 mag 1 schietpunt in gebruik zijn. Het is toegestaan
2 maal per jaar schietwedstrijden te organiseren waarbij de volle capaciteit van de
baan benut mag worden.
(b) Er wordt een vergunning aangevraagd voor een afgeschermde schietbaan met 6 geweerschietpunten
gelegen op ca. 500 m afstand van een woonwijk. Gebruiksperiode 10–18 uur, schotfrequentie
vlg. tabel 1 60 schoten per uur per schietpunt. Het L95 aan de rand van de woonwijk bedraagt gedurende deze periode ca. 54 dB(A). Een test
wees uit dat het Lknal van de wapens hier ca. 57 dB(A,imp) bedroeg dus onder het, vlg. de grafiek, toelaatbare
niveau.
Als criterium voor Lr dient volgens tabel 2 de grenswaarde van 50 dB(A) te worden aangehouden. Berekening
van Lr met de formule (2) heeft als resultaat:
Lr = 57 + 10 lg (6 × 60) – 33 = 49,6 dB(A)
Deze aanvraag kan dus met deze condities worden gehonoreerd.