De Staatssecretaris van Financiën,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit en de Minister van Verkeer
en Waterstaat;
Gelet op artikel 21 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, de artikelen 3, 19, 30f en 39 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de artikelen 26, 29, 34, 35, 35a en 35b van de Invorderingswet 1990, artikel 77b van de Luchtvaartwet, de artikelen 5 en 6 van de Wet afdrachtvermindering loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, de artikelen 3.13, 3.22, 3.104, 3.152, 4.51, 6.23 en 8.14b van de Wet inkomstenbelasting 2001, de artikelen 12, 13, 15c, 17, 19g, 26, 28, 31, 32aa en 32ab van de Wet op de loonbelasting 1964;
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsbeschikking dividendbelasting 1965.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsbeschikking vennootschapsbelasting 1971.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990.]
[Red: Wijzigt de Regeling bekendmaking percentage heffingsrente en invorderingsrente
bij belastingen.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen 1994.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling afdrachtvermindering.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003.]
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid
2004.]
Ten aanzien van het bedrag dat is verkregen in het kader van een regeling voor persoonsgebonden
budget, welke regeling is gegrond op artikel 1p, eerste lid, onderdeel d, van de Ziekenfondswet, blijven de artikelen 12, tweede lid, onderdeel e, en 14, eerste lid, onderdeel c, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 van toepassing zoals deze golden op 31 december 2005.
Artikel XIII. Inwerkingtreding