-
automatische bemonsterings- en verpakkingsapparatuur: apparatuur als bedoeld in artikel 48b van het besluit in samenhang met artikel 78 onderscheidenlijk 79;
-
bedrijfslocatie: elke afzonderlijke locatie van de locaties, bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel a, van het besluit, en artikel 38, tweede lid, onderdeel a, van het besluit;
-
besluit:
Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet;
-
centrale zandgronden: zandgronden gelegen in de provincies Overijssel, Gelderland of Utrecht;
-
champost: product van paardenmest, ponymest, pluimveemest of een mengsel daarvan waarop champignons
zijn geteeld;
-
combinatienummer: nummer dat door de minister ter identificatie van een transportmiddel voor drijfmest
is verstrekt en dat bij vervoer middels een transportvoertuig is samengesteld uit
de op grond van artikel 45, vierde en zesde lid, verstrekte gegevens en in het geval van vervoer door middel van een pijpleiding
is samengesteld uit de op grond van artikel 45, vierde lid, verstrekte gegevens;
-
derogatiebeschikking: beschikking van de Europese Commissie tot verlening van een door Nederland gevraagde
derogatie op grond van Bijlage III, punt 2, onder b, van richtlijn 91/676/EEG op grond
waarvan onder voorwaarden een grotere hoeveelheid dierlijke mest op of in de bodem
mag worden gebracht dan bepaald in punt 2, tweede alinea, inleidende zinnen en onder
a) van Bijlage III bij richtlijn 91/676/EEG;
-
diereenheid: één varkenseenheid of 14,8 pluimvee-eenheden;
-
dikke fractie: vaste mest, bestaande uit koek na mestscheiding met mestcode 13 of 43, genoemd in
bijlage I, of een mengsel van vaste mest waarin koek na mestscheiding met mestcode 13 of 43
is opgenomen;
-
erkend laboratorium: laboratorium dat beschikt over een accreditatie van de Raad voor de uitvoering en
kwaliteitsborging van analyses van stikstof en fosfaat in dierlijke mest op grond
van het accreditatieprogramma AP05, dat is opgenomen in bijlage H, en is erkend als bedoeld in artikel 80a;
-
eutrofiëring: een verrijking van het water door stikstof- en fosfaatverbindingen, die leidt tot
een versnelde groei van algen en hogere plantaardige levensvormen met als gevolg een
ongewenste verstoring van het evenwicht tussen de verschillende in het water aanwezige
organismen en een verslechtering van de waterkwaliteit;
-
gewasperceel: perceel of deel van een perceel met een minimale omvang van twee hectare waarop één
en hetzelfde gewas als bedoeld in bijlage A, wordt geteeld;
-
GR-apparatuur: apparatuur als bedoeld in artikel 49, eerste lid, van het besluit;
-
hovenier: ondernemer, niet zijnde een landbouwer of intermediair die zich beroepsmatig met
de aanleg en het onderhoud van tuinen en andere groenobjecten bezighoudt;
-
hypotheekhouder: degene ten gunste van wie een recht van hypotheek is gevestigd op een registergoed
behorende tot een bedrijf;
-
kennisgeving van overgang: kennisgeving van overgang van een productierecht, of een gedeelte daarvan, als bedoeld
in artikel 27, eerste lid, van de wet;
-
mengvoeders: mengvoeders als bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit diervoeders 2012;
-
mestkorrels: dierlijke meststoffen die in een overeenkomstig artikel 24, eerste lid, onderdeel
f of g, van verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad van
21 oktober 2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke
consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot intrekking
van Verordening (EG) nr. 1774/2002 (PbEU L 300) erkende inrichting of bedrijf zodanig
zijn bewerkt dat het drogestofgehalte ervan ten minste 90% bedraagt;
-
mineralenconcentraat: door middel van ultrafiltratie of gelijkwaardige industriële technieken, gevolgd
door omgekeerde osmose uit dierlijke meststoffen als eindproduct vervaardigd concentraat;
-
minister: Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
-
monsternemende organisatie: organisatie die beschikt over een accreditatie van de Raad voor de bemonstering van
dierlijke mest overeenkomstig het accreditatieprogramma dierlijke mest AP06, dat is
opgenomen in bijlage Ea, en is erkend als bedoeld in artikel 78c;
-
noordelijke zandgronden: zandgronden gelegen in de provincies Friesland, Groningen of Drenthe;
-
opmerkingscode: code overeenkomend met een omstandigheid die zich ter zake van het vervoer van dierlijke
meststoffen, zuiveringsslib of compost voordoet, genoemd in bijlage F en bijlage G, onderdeel B;
-
productielocatie: gebouw of afgescheiden gedeelte daarvan als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel i, van de wet, dat onderdeel uitmaakt van een bedrijf;
-
Raad: Raad voor Accreditatie te Utrecht, dan wel een andere nationale accreditatie-instantie,
bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement
en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht
betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EEG)
nr. 339/93 (PbEU 2008, L 218);
-
richtlijn 91/676/EEG: Richtlijn 91/676/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 december 1991
inzake de bescherming van water tegen verontreiniging door nitraten uit agrarische
bronnen (PbEU L 324);
-
rVDM: systeem voor het vervoer van dierlijke meststoffen, bedoeld in artikel 51, eerste lid, van het besluit;
-
rVDM-nummer: uniek nummer als bedoeld in artikel 54, elfde lid;
-
startmelding: melding als bedoeld in artikel 51, derde lid, onderdeel a, van het besluit;
-
tuincentrum: onderneming, niet zijnde een bedrijf of intermediair die met de activiteit ‘tuincentra’
met SBI-code 47.76.2 staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, bedoeld in artikel 2 van de Wet op de Kamer van Koophandel;
-
vaste mest: dierlijke meststoffen die niet verpompbaar zijn;
-
verordening (EG) nr. 1069/2009: verordening (EG) nr. 1069/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober
2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie
bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot intrekking van Verordening
(EG) nr. 1774/2002 (PbEU L 300);
-
verordening (EU) nr. 2016/429:
verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare
dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied
van diergezondheid (diergezondheidswetgeving) (PbEU 2016, L84);
-
Verordening (EU) 2019/1009: Verordening (EU) 2019/1009 van het Europees parlement en de Raad van 5 juni 2019
tot vaststelling van voorschriften inzake het op de markt aanbieden van EU-bemestingsproducten
en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1069/2009 en (EG) nr. 1107/2009 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2003/2003 (PbEU 2019, L170);
-
verordening (EU) nr. 2019/2035:
verordening (EU) 2019/2035 van de Commissie van 28 juni 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft regels voor inrichtingen waar landdieren
worden gehouden en broederijen, alsmede voor de traceerbaarheid van bepaalde gehouden
landdieren en broedeieren (PbEU 2019, L 314);
-
vervoersbewijs zuiveringsslib en compost: vervoersbewijs als bedoeld in artikel 55 van het besluit in samenhang met artikel 69n;
-
vervreemder van een productierecht: landbouwer van wiens bedrijf een productierecht, of een gedeelte daarvan, afkomstig
is;
-
verwerver van een productierecht: landbouwer naar wiens bedrijf een productierecht, of een gedeelte daarvan, moet overgaan;
en
-
vloeibaar zuiveringsslib: zuiveringsslib dat verpompbaar is;
-
vooraanmelding: mededeling als bedoeld in artikel 50 van het besluit;
-
weegmelding: melding die betrekking heeft op de gewichtsbepaling van de dierlijke meststoffen
als bedoeld in artikel 59, vierde lid;
-
weegwerktuig: niet-automatisch weegwerktuig als bedoeld in artikel 1 van het Besluit meetinstrumenten en marktdeelnemers dat voldoet aan de bij of krachtens dat besluit gestelde regels;
-
westelijke zandgronden: zandgronden gelegen in de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Flevoland of Zeeland;
-
wet:
Meststoffenwet;
-
zuidelijke zandgronden: zandgronden gelegen in de provincies Limburg of Noord-Brabant.