Paragraaf 1. Verstrekking ten behoeve van het uitoefenen van de taak
Justitiële gegevens worden desgevraagd verstrekt aan het hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst en het hoofd van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst ten behoeve van de taakvervulling van deze diensten.
2 De krachtens het eerste lid, onder b, verstrekte justitiële gegevens betreffen uitsluitend de betrokkene, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder e, van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur. Indien de betrokkene een rechtspersoon is betreffen de gegevens zowel de rechtspersoon als de bestuurders, alsmede de gegevens met betrekking tot strafbare feiten waaraan artikel 51, tweede lid, onder 2°, van het Wetboek van Strafrecht ten grondslag heeft gelegen. Indien een bestuurder een rechtspersoon is betreffen de gegevens eveneens deze rechtspersoon, alsmede de bestuurders daarvan. Indien de betrokkene een maatschap of vennootschap onder firma is betreffen de gegevens de maten, dan wel de vennoten, uitgezonderd de gegevens betreffende de vennoot en commandite, alsmede de gegevens met betrekking tot strafbare feiten waaraan artikel 51, tweede lid, onder 2°, van het Wetboek van Strafrecht ten grondslag heeft gelegen. Indien de vennoten of maten rechtspersoonlijkheid bezitten betreffen de gegevens deze rechtspersonen, alsmede de bestuurders daarvan.
1 Justitiële gegevens worden desgevraagd verstrekt aan bestuursorganen, ten behoeve van het nemen van een beslissing omtrent de toepassing van artikel 6 van de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding, uitsluitend voor zover het betreft gegevens omtrent de aanvrager, subsidieontvanger of houder van een vergunning, ontheffing of erkenning als bedoeld in artikel 6, onderdeel a, van die wet.
2 Indien deze aanvrager, subsidieontvanger of houder een rechtspersoon is, betreffen de gegevens zowel de rechtspersoon als de bestuurders, alsmede de gegevens met betrekking tot strafbare feiten waaraan artikel 51, tweede lid, onder 2°, van het Wetboek van Strafrecht ten grondslag heeft gelegen. Indien een bestuurder een rechtspersoon is betreffen de gegevens eveneens deze rechtspersoon, alsmede de bestuurders daarvan. Indien de aanvrager, subsidieontvanger of houder een maatschap of vennootschap onder firma is betreffen de gegevens de maten, dan wel de vennoten, uitgezonderd de gegevens betreffende de vennoot en commandite, alsmede de gegevens met betrekking tot strafbare feiten waaraan artikel 51, tweede lid, onder 2°, van het Wetboek van Strafrecht ten grondslag heeft gelegen. Indien de vennoten of maten rechtspersoonlijkheid bezitten betreffen de gegevens deze rechtspersonen, alsmede de bestuurders daarvan.
Justitiële gegevens worden desgevraagd verstrekt aan:
Justitiële gegevens worden desgevraagd verstrekt aan de Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming, voor zover hij deze behoeft voor het nemen van beslissingen op beroep of schorsingsverzoeken.
Justitiële gegevens worden ten behoeve van de uitvoering van de Vreemdelingenwet 2000 desgevraagd verstrekt aan:
Justitiële gegevens worden ten behoeve van de uitvoering van de Paspoortwet desgevraagd verstrekt aan:
a. de autoriteiten, bedoeld in artikel 24 van die wet, in verband met het doen van een verzoek tot weigering of vervallenverklaring van een reisdocument;
b. de autoriteiten, bedoeld in artikel 25, derde lid, van die wet, in verband met het vermelden van een persoon in het op grond van dat artikel bijgehouden register;
c. de autoriteiten, bedoeld in artikel 44, eerste lid, van die wet, in verband met het nemen van een beslissing tot weigering of vervallenverklaring van een reisdocument.
Justitiële gegevens worden desgevraagd verstrekt aan:
a. de hulpofficier van justitie ten behoeve van de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde, bedoeld in artikel 3 van de Politiewet 2012 en de uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 3 van de Wet op de bijzondere opsporingsdiensten, alsmede de hulpofficier van justitie van de Koninklijke marechaussee ten behoeve van de politietaken, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Politiewet 2012;
b. het hoofd van een dienst die is belast met de behandeling van verzoeken om rechtshulp, van een landelijke eenheid als bedoeld in artikel 25, eerste lid, onderdeel b, van de Politiewet 2012 ten behoeve van het controleren van de juistheid van de gegevens uit de politieregisters, die op grond van een verzoek om rechtshulp door autoriteiten van een vreemde staat, als bedoeld in artikel 552h van het Wetboek van Strafvordering, al dan niet namens de officier van justitie worden verstrekt;
c. het hoofd van een dienst die is belast met de behandeling van verzoeken om rechtshulp, van een landelijke eenheid als bedoeld in artikel 25, eerste lid, onderdeel b, van de Politiewet 2012, of ingeval van rechtstreekse verstrekking de korpschef of de commandant van de Koninklijke marechaussee ten behoeve van het controleren van de juistheid van de gegevens uit de politieregisters, die zonder een daartoe strekkend verzoek op grond van artikel 5:1 van het Besluit politiegegevens aan politie-autoriteiten in een ander land worden verstrekt;
d. het hoofd van het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties, bedoeld in artikel 12 van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme, voorzover dit noodzakelijk is om te kunnen beoordelen of de ongebruikelijke transacties van belang zijn voor de voorkoming en opsporing van misdrijven;
e. de korpschef voorzover dat noodzakelijk is voor de uitvoering van artikel 8 van de Europol-Overeenkomst;
f. de commandant van de Koninklijke marechaussee voorzover dit noodzakelijk is voor de uitvoering van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus.
Justitiële gegevens worden desgevraagd verstrekt aan:
a. de contactambtenaren bedoeld in artikel 58 van de Wet op de economische delicten, ten behoeve van de hun als zodanig opgedragen werkzaamheden;
b. de daartoe door Onze Minister van Infrastructuur en Milieu aangewezen ambtenaren ter zake van overtredingen:
Justitiële gegevens van degene die in het bezit is van een chauffeurskaart als bedoeld in artikel 1, onder h, van het Besluit personenvervoer 2000, worden ambtshalve verstrekt aan Onze Minister. Onze Minister verstrekt de justitiële gegevens, bedoeld in artikel 6, eerste lid, en artikel 7, eerste lid, onder f, terzake van de strafbare feiten die van belang zijn voor de beoordeling van een met het oog op het uitoefenen van het beroep van taxichauffeur aangevraagde verklaring omtrent het gedrag, verder aan Onze Minister van Infrastructuur en Milieu, met het oog op toepassing van artikel 82, zesde lid, van het Besluit personenvervoer 2000.
Justitiële gegevens van degenen, bedoeld in de artikelen 1.50, 1.56 en 1.56b van de Wet kinderopvang, worden ambtshalve verstrekt aan Onze Minister. Onze Minister verstrekt de justitiële gegevens, bedoeld in artikel 6, eerste lid, en artikel 7, eerste lid, onder f, ter zake van de strafbare feiten die van belang zijn voor de beoordeling van een met het oog op het werkzaam zijn in de kinderopvang aangevraagde verklaring omtrent het gedrag, verder aan Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en het college van burgemeester en wethouders met het oog op het toezicht op de naleving van de kwaliteitseisen die de artikelen 1.50, 1.56 en 1.56b van de Wet kinderopvang stellen aan de exploitatie van kinderopvangvoorzieningen.
Justitiële gegevens van degene die in het bezit is van een toegangsbewijs als bedoeld in artikel 11a, eerste lid, van het Besluit beveiliging burgerluchtvaart, worden ambtshalve verstrekt aan Onze Minister. Onze Minister verstrekt de justitiële gegevens, bedoeld in de artikelen 6, eerste lid, en 7, eerste lid, onder f, terzake van de strafbare feiten die van belang zijn voor de beoordeling van een aanvraag om afgifte van een verklaring omtrent het gedrag met het oog op het uitoefenen van de werkzaamheden op een luchtvaartterrein, verder aan de exploitant van het desbetreffende luchtvaartterrein met het oog op toepassing van artikel 11a, vierde lid, van het Besluit beveiliging burgerluchtvaart.