Wet van 30 januari 2002 tot extra verlenging van de gemeenschappelijke regelingen
die krachtens de Kaderwet bestuur in verandering zijn getroffen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is te waarborgen dat de geldigheid
van de gemeenschappelijke regelingen die krachtens de Kaderwet bestuur in verandering zijn getroffen, met enige tijd kan worden verlengd, indien het bij koninklijke boodschap
van 16 november 2001 ingediende voorstel van Wet bestuur in stedelijke regio's (Kamerstukken
II 2001/02, 28 095, nrs. 1–3) niet in werking is getreden op 1 december 2002;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: