Regeling vaststelling perioden dierlijke EG-premies
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
Gelet op artikel 6, achtste lid, van Verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 27 november 1992 tot instelling van
een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen
(PbEG L 355), gelet op artikel 1, tweede lid, van Verordening (EEG) nr. 2700/93 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 30 september 1993 tot vaststelling
van uitvoeringsbepalingen inzake de premie ten behoeve van schape- en geitevleesproducenten
(PBEG L 245), gelet op artikel 17, tweede lid, en artikel 30, tweede lid, van Verordening (EG) nr. 2342/1999 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 28 oktober 1999 tot vaststelling
van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van de Europese Unie houdende een gemeenschappelijke ordening der markten
in de sector rundvlees met betrekking tot premieregelingen (PbEG L 281), en gelet
op de artikelen 2.4, 3.4 en 3.8, van de Regeling dierlijke EG-premies;