Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze beleidsregel wordt verstaan onder:
infrastructurele maatregel: maatregel die verband houdt met de aanleg, de wijziging, het beheer en het onderhoud van rijkswaterstaatswerken, rijkswateren en de hoofdspoorweginfrastructuur;
minister: Minister van Infrastructuur en Waterstaat;
normale infrastructurele maatregel: infrastructurele maatregel die als een normale maatschappelijke ontwikkeling kan worden gezien;
normbrutowinstmarge: omzet minus de inkoopwaarde van de afzet op jaarbasis, uitgedrukt in een percentage van de omzet, dat naar redelijke verwachting behaald zou zijn, als de schadeoorzaak, bedoeld in artikel 2, eerste lid, niet had plaatsgevonden;
normkosten:
kosten op jaarbasis die naar redelijke verwachting gemaakt zouden zijn, als de schadeoorzaak, bedoeld in artikel 2, eerste lid, niet had plaatsgevonden;
normomzet: omzet op jaarbasis die naar redelijke verwachting behaald zou zijn, als de schadeoorzaak, bedoeld in artikel 2, eerste lid, niet had plaatsgevonden;
verzoek: verzoek om schadevergoeding als bedoeld in artikel 13 of artikel 20;
verzoeker:
indiener van een verzoek.
Artikel 2. Het recht op schadevergoeding
1 De minister kent degene die schade lijdt of zal lijden als gevolg van de rechtmatige uitoefening door of namens de minister van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid of taak, op verzoek een vergoeding toe, voor zover de schade redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en voor zover de vergoeding niet of niet voldoende anderszins is verzekerd.
Artikel 3. Abnormale last
Artikel 3a. Ondernemersrisico en tijdelijke omzetdaling door normale infrastructurele maatregelen
1 Onverminderd artikel 2, eerste lid, valt schade ten gevolge van een normale infrastructurele maatregel in ieder geval binnen het normaal ondernemersrisico indien de schade het gevolg is van een tijdelijke omzetdaling die niet uitgaat boven de omzetdrempel, bedoeld in het tweede lid.
3 Indien de omzetdaling de omzetdrempel, bedoeld in het tweede lid, overstijgt, wordt een forfait vastgesteld dat uitdrukking geeft aan het schadebedrag dat binnen het normaal ondernemersrisico valt volgens de formule:
forfait = (normomzet x normbrutowinstmarge) x n, waarin ‘n’ al naar gelang de hoogte van de normbrutowinstmarge van de onderneming van de verzoeker als volgt bedraagt:
Normbrutowinstmarge
|
‘n’
|
0–36%
|
13%
|
36–65%
|
11%
|
65–100%
|
8%
|
Artikel 3b. Ondernemersrisico en tijdelijke kostenverhoging door normale infrastructurele maatregelen
1 Onverminderd artikel 2, eerste lid, valt schade ten gevolge van een normale infrastructurele maatregel in ieder geval binnen het normaal ondernemersrisico indien de schade het gevolg is van een tijdelijke kostenverhoging die niet uitgaat boven de kostendrempel, bedoeld in het tweede lid.
3 Indien de kostenverhoging de kostendrempel, bedoeld in het tweede lid, overstijgt, wordt een forfait vastgesteld dat uitdrukking geeft aan het schadebedrag dat binnen het normaal ondernemersrisico valt volgens de formule:
forfait = (normomzet x normbrutowinstmarge) x n, waarin ‘n’ al naar gelang de hoogte van de normbrutowinstmarge van de onderneming van de verzoeker als volgt bedraagt:
Normbrutowinstmarge
|
‘n’
|
0–36%
|
13%
|
36–65%
|
11%
|
65–100%
|
8%
|
4 In afwijking van artikel 1 wordt voor de toepassing van dit artikel onder normbrutowinstmarge verstaan: de omzet minus de som van de inkoopwaarde van de afzet plus de overige variabele kosten op jaarbasis, uitgedrukt in een percentage van de omzet, dat naar redelijke verwachting behaald zou zijn, als de schadeoorzaak, bedoeld in artikel 2, eerste lid, niet had plaatsgevonden.
Artikel 3c. Ondernemersrisico en tijdelijke omzetdaling of tijdelijke kostenverhoging door niet-normale infrastructurele maatregelen
Als de schade ten gevolge van een niet-normale infrastructurele maatregel het bedrag, bedoeld in artikel 3, tweede lid, onderdelen c en d, overstijgt, kan door de minister ter bepaling van het normaal ondernemersrisico een kortingspercentage worden gehanteerd ten aanzien van het deel van de schade dat dat bedrag overstijgt.
Artikel 3d. Langdurige tijdelijke schade
2 Voor niet-normale infrastructurele maatregelen wordt met ingang van het derde jaar waarin schade wordt geleden door de minister een lager percentage dan genoemd in artikel 3, tweede lid, onderdelen c en d, gehanteerd.
Schade als gevolg van een schadeoorzaak als bedoeld in artikel 2, eerste lid, komt alleen voor vergoeding in aanmerking wanneer deze in belangrijke mate afwijkt van de schade die dientengevolge op een ieder drukt, dan wel wanneer deze schade op een naar verhouding gering aantal natuurlijke of rechtspersonen die in vergelijkbare positie verkeren drukt.
Artikel 5. Actieve risicoaanvaarding
Schade ten gevolge van een schadeoorzaak als bedoeld in artikel 2, eerste lid, die voor de belanghebbende redelijkerwijs voorzienbaar was ten tijde van de beslissing te investeren in het geschade belang wordt niet vergoed.
Artikel 6. Voorwerp van voorzienbaar-heid
De in artikel 5 bedoelde voorzienbaarheid kan onder meer betrekking hebben op de aard van een schadeoorzaak als bedoeld in artikel 2, eerste lid, op het tijdstip waarop deze schadeoorzaak zijn werking doet gevoelen, op de plaats waarop ze betrekking heeft, op de wijze van voltrekken of uitvoering daarvan, alsmede op de aard en omvang van de daardoor veroorzaakte schade.
Artikel 7. Passieve risicoaanvaarding
Geen vergoeding wordt toegekend indien de verzoeker heeft nagelaten zijn belang te verwezenlijken toen hij daartoe redelijkerwijs in de gelegenheid was, terwijl hij redelijkerwijs kon voorzien dat een maatregel genomen zou worden die aan dat realiseren in de weg zou komen te staan.
Artikel 8. Schadebeperking
1 Heeft verzoeker nagelaten redelijke maatregelen ter voorkoming of beperking van schade te nemen, dan blijft de schade die door het treffen van zodanige maatregelen voorkomen of beperkt had kunnen worden, ten laste van de verzoeker.
Artikel 9. Verrekening van voordeel
Heeft een schadeoorzaak als bedoeld in artikel 2,eerste lid voor de benadeelde naast schade tevens voordeel opgeleverd, dan moet dit voordeel bij de vaststelling van de te vergoeden schade in aanmerking worden genomen.
Artikel 10. Kosten van deskundigenbijstand
1 Indien bij de indiening en de behandeling van het verzoek zowel het inroepen van rechts dan wel andere deskundigenbijstand, als de kosten daarvan redelijk zijn te achten, kunnen deze kosten voor vergoeding in aanmerking komen.
2 Indien een commissie wordt ingesteld, worden de kosten van deskundigenbijstand die zijn gemaakt voordat een conceptadvies als bedoeld in artikel 18, vijfde lid, is uitgebracht, in ieder geval niet redelijk geacht.
Artikel 11. Vergoeding van wettelijke rente
Een vergoeding van wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 van het Burgerlijk Wetboek kan deel uitmaken van de toe te kennen vergoeding. Het tijdstip waarop de wettelijke rente ingaat wordt gesteld op de datum van ontvangst van het verzoek door de minister.