Artikel 1. Begripsbepalingen
[Regeling vervallen per 31-12-2004]
-
a. minister: de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen;
-
b. wet: de Wet educatie en beroepsonderwijs;
-
c. bekostigingsbesluit: het Bekostigingsbesluit welzijnsbeleid;
-
d. welzijnsregeling: de Welzijnsregeling inburgering nieuwkomers;
-
e. educatieve component: de inburgering, bedoeld in artikel 2.3.1, eerste lid, derde
volzin, van de wet, die wordt verzorgd door een instelling;
-
f. welzijnscomponent: de welzijnscomponent van het inburgeringsprogramma, bedoeld in
artikel 6 van de welzijnsregeling;
-
g. instelling: een instelling als bedoeld in artikel 1.3.1, eerste lid, van de wet;
-
h. inburgeringsovereenkomst: een schriftelijk document als bedoeld in artikel 52, derde
lid, onder b, van het bekostigingsbesluit;
-
i. overeenkomst: een overeenkomst als bedoeld in artikel 4, eerste lid;
-
j. onderwijsovereenkomst: een overeenkomst als bedoeld in artikel 3, eerste lid;
-
k. nieuwkomer: de persoon die naar het oordeel van de gemeente van eerste huisvesting
het risico loopt in een achterstandspositie te geraken en die behoort tot de groep
personen:
-
1. die met toepassing van artikel 15, eerste lid, van de Vreemdelingenwet als vluchteling
zijn toegelaten;
-
2. wier verzoek om toelating als vluchteling is afgewezen, onder verlening, gelijktijdig
of nadien, van een vergunning tot verblijf op humanitaire gronden als bedoeld in artikel
9 van de Vreemdelingenwet, zonder dat daaraan beperkingen zijn verbonden;
-
3. aan wie een voorwaardelijke vergunning tot verblijf als bedoeld in artikel 9a van
de Vreemdelingenwet is verleend;
-
4. die gezinshereniger of -vormer is als bedoeld in artikel 9 van de Vreemdelingenwet,
of 5. die Nederlander en afkomstig van de Nederlandse Antillen of Aruba is;
-
l. nieuwkomer-deelnemer: de nieuwkomer van 18 jaar of ouder, die deelnemer is als bedoeld
in artikel 8.1.1, eerste juncto zesde lid, van de wet en die op grond van een overeenkomst
binnen een termijn van uiterlijk 4 maanden na eerste huisvesting, in 1998 een onderwijsovereenkomst
heeft gesloten, of, voor zover naar het oordeel van de gemeente van eerste huisvesting
redelijkerwijs sprake is van zwaarwegende omstandigheden, gelegen in de persoon van
de nieuwkomer, binnen een termijn van uiterlijk 10 maanden na eerste huisvesting,
in 1998 een onderwijsovereenkomst heeft gesloten;
-
m. toets: de in opdracht van de minister aangewezen toets, bedoeld in artikel 3, tweede
lid, onder b;
-
n. examen: het examen, bedoeld in het Staatsexamenbesluit Nederlands als tweede taal,
afgenomen volgens programma I of programma II;
-
o. gemeente: een gemeente als bedoeld in artikel 2, eerste lid, dan wel de in artikel
2, derde lid, bedoelde gemeente of publiekrechtelijke rechtspersoon;
-
p. geraamde aantal nieuwkomers: het in kolom a van de in de bijlage bij deze regeling
opgenomen aantal nieuwkomers per gemeente;
-
q. rijksbijdrage: de rijksbijdrage, bedoeld in artikel 2.3.1, eerste lid, derde volzin,
van de wet;
-
r. welzijnsuitkering: de uitkering op grond van de welzijnsregeling.