Ingevolge art. 33, eerste lid, aanhef en onderdeel 10 SW is van schenkingsrecht vrijgesteld
hetgeen wordt verkregen van een instelling als wordt bedoeld in art. 24, vierde lid
SW, voor zover betreft uitkeringen door die instelling gedaan op grond van haar statuten,
reglement of stichtingsbrief.
Deze vrijstelling is niet toepasselijk bij verkrijgingen van woningcorporaties, aangezien
die instellingen niet vallen onder de laatstgenoemde bepaling.
Gelet op het belang van financiële continuïteit in de volkshuisvesting, ben ik bereid
om op daartoe in te dienen verzoeken, met toepassing van artikel 63 AWR goed te keuren
dat in gevallen waarin woningcorporaties elkaar financieel ondersteunen, ter zake
van die ondersteuning geen schenkingsrecht wordt geheven.
Aan de goedkeuring wordt de voorwaarde verbonden dat de corporatie die de ondersteuning
verricht, dat doet overeenkomstig haar statuten, reglement of stichtingsbrief.
In dit verband dient onder woningcorporatie te worden verstaan: een toegelaten instelling
in de zin van artikel 70, eerste lid, van de Woningwet.