Aanwijzing raad voor de kinderbescherming voor de invordering van onderhoudsgelden

[Regeling vervallen per 02-01-2005.]
Geraadpleegd op 09-12-2024.
Geldend van 01-07-1996 t/m 01-01-2005

Aanwijzing raad voor de kinderbescherming voor de invordering van onderhoudsgelden

De Staatssecretaris van Justitie,

Gelet op de artikelen 408, tweede lid, en 238 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 02-01-2005]

Met de invordering van de in artikel 408 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde onderhoudsgelden wordt belast de raad voor de kinderbescherming. Deze is gevestigd te Utrecht.

De raad is wat betreft de invordering van de onderhoudsgelden bevoegd op te treden ten behoeve van iedere minderjarige en meerderjarige die de leeftijd van eenentwintig jaar nog niet heeft bereikt.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 02-01-2005]

Het besluit van 22 februari 1994, nr. 425920/94/6, Stcrt. 40, wordt ingetrokken.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 02-01-2005]

Dit besluit wordt in de Staatscourant geplaatst en treedt in werking met ingang van 1 juli 1996.

’s-Gravenhage, 21 juni 1996

De

Staatssecretaris

van Justitie,

E.M.A. Schmitz