Artikel 1
[Regeling vervallen per 01-10-2006]
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
Wet: de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten (Stb. 1972, 748, sedertdien gewijzigd);
bestuur: het bestuur van de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten;
examen: het accountantsexamen, bedoeld in artikel 80 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten;
Examenbureau: het examenbureau, bedoeld In artikel 85 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten;
praktijkopleiding: de praktijkopleiding, bedoeld in artikel 82, vierde lid van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten;
praktijkopleider: de Accountant-Administratieconsulent of een andere door het Examenbureau
aangewezen persoon, onder wiens toezicht de trainee, in het kader van de praktijkopleiding
werkzaamheden verricht, respectievelijk wenst te verrichten ten behoeve van de praktijk
of organisatie van de betrokken Accountant-Administratieconsulent;
trainee: de student die de praktijkopleiding voor Accountant-Administratieconsulent
volgt, respectievelijk wenst te volgen;
praktijk: werkplek waar de trainee de praktijkopleiding kan volgen als bedoeld in
artikel 82, vierde lid van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten;
praktijkopleidingsplan: het door het Examenbureau in het kader van de praktijkopleiding
uitgegeven examenprogramma zoals uitgewerkt in de praktijkopleidingsmap;
stagebureau: een door het Examenbureau erkend orgaan van een organisatie, waar het
Examenbureau (delen van) de uitvoering van het praktijkgedeelte van het examen aan
mandateert;
Examenbesluit: Het Examenbesluit Accountants-Administratieconsulente 1994.
Artikel 2
[Regeling vervallen per 01-10-2006]
Iedere Accountant-Administratieconsulent is gehouden naar beste vermogen mee te werken
aan de opleiding van trainees en de begeleiding van hun praktijkuitoefening tijdens
de praktijkopleiding, zoals die in deze verordening zijn geregeld.