Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van
17 juli 1995, Directie Sociale Verzekeringen Nr. SV/VP/95/3496;
Gelet op de artikelen 10, tweede lid, en 20 van de Algemene nabestaandenwet;
De Raad van State gehoord (advies van 15 augustus 1995);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
van 6 juni 1996, Directie Sociale Verzekeringen, Nr. SV/VP/96/2142;
Hebben goedgevonden en verstaan: