Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de douanewetgeving te herzien en daarbij regels vast te stellen voor de goede werking van verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PbEG L 302), verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PbEG L 256), internationale overeenkomsten en autonome regelingen van de Europese Gemeenschappen op het gebied van tariefpreferenties, tariefschorsingen, tariefcontingenten en retaliatierechten, verordening (EEG) nr. 918/83 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 28 maart 1983 betreffende de instelling van een communautaire regeling inzake douanevrijstellingen (PbEG L 105), verordening (EG) nr. 3283/94 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 1994 inzake beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (PbEG L 349), verordening (EG) nr. 3284/94 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 1994 inzake beschermende maatregelen tegen invoer met subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (PbEG L 349), beschikking nr. 2424/88/EGKS van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 29 juli 1988 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping of subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (PbEG L 209) en, voor zover het betreft de regelingen van de Europese Gemeenschappen inzake het handelsverkeer met derde landen of lidstaten van de Europese Unie waarvoor in de desbetreffende toetredingsakten overgangsmaatregelen zijn voorzien, uitwerking te geven aan verordeningen en besluiten op het gebied van heffingen van gelijke werking die bij de invoer van goederen van toepassing zijn, alsmede regelingen op het gebied van de landbouwheffingen en andere belastingen bij invoer die zijn vastgesteld in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid of in het kader van specifieke regelingen die op bepaalde door verwerking van landbouwprodukten verkregen goederen van toepassing zijn;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: