§ 1:. Definities en algemene bepalingen
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 1
[Vervallen per 01-01-2006]
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a. primaire produktie:
handelingen als melken, oogsten en slachten;
- b. hygiëne:
alle maatregelen die, na de primaire produktie, noodzakelijk zijn om de veiligheid en deugdelijkheid van eet- en drinkwaren te waarborgen tijdens bereiding, verwerking, behandeling, verpakking, vervoer, distributie en verhandeling daarvan;
- c. levensmiddelenbedrijf:
elke onderneming die eet- of drinkwaren bereidt, verwerkt, behandelt, verpakt, vervoert, distribueert of verhandelt.
Artikel 2
[Vervallen per 01-01-2006]
1 Een levensmiddelenbedrijf accepteert geen grondstoffen of eet- en drinkwaren waarvan redelijkerwijze mag worden aangenomen dat zij zodanig besmet zijn met parasieten, pathogene micro-organismen of toxische, in ontbinding verkerende of vreemde substanties, dat de daarmee op een hygiënische wijze bereide en behandelde eet- en drinkwaren ongeschikt zouden zijn voor menselijke consumptie.
2 Gevaarlijke of oneetbare waren, met inbegrip van diervoeders, worden op passende wijze geëtiketteerd, en bewaard in deugdelijk afgesloten veilige recipiënten.
Artikel 4
[Vervallen per 01-01-2006]
Exploitanten van levensmiddelenbedrijven bewerkstelligen dat personen die eet- en drinkwaren bereiden en behandelen:
§ 2:. Algemene voorschriften voor bedrijfsruimten
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 5
[Vervallen per 01-01-2006]
Deze paragraaf heeft geen betrekking op:
a. mobiele of tijdelijke bedrijfsruimten zoals tenten, marktkramen en winkelwagens;
b. ruimten die af en toe voor catering worden gebruikt; en
c. automaten die eet- of drinkwaren verstrekken.
Artikel 6
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 7
[Vervallen per 01-01-2006]
Bedrijfsruimten zijn zodanig gebouwd en ingericht dat:
a. zij goed kunnen worden schoongemaakt en, indien noodzakelijk, gedesinfecteerd;
b. voorkómen worden:
1º ophoping van vuil;
2º contact met toxische materialen;
3º verontreiniging van eet- en drinkwaren met ongewenste deeltjes; en
4º vorming van condens of ongewenste schimmel op oppervlakten;
c. een hygiënische bereiding en behandeling van eet- en drinkwaren mogelijk is, onder andere door bescherming tegen wederzijdse besmetting tussen en tijdens processtappen door eet- of drinkwaren, uitrusting, materialen, water, luchttoevoer of personeel en externe bronnen van verontreiniging zoals ongedierte;
d. eet- en drinkwaren kunnen worden bereid, behandeld en bewaard bij de ter zake voorgeschreven temperaturen.
Artikel 8
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 9
[Vervallen per 01-01-2006]
2 Toiletten komen niet rechtstreeks uit in bereidplaatsen. Voor zover toiletten, waaronder begrepen urinoirs, vanuit de bereidplaats bereikbaar zijn, zijn zij eerst na het passeren van twee deuren voor de gebruikers ervan toegankelijk. In de ruimte tussen beide deuren, dan wel op het toilet zelve, is aanwezig een in artikel 8 bedoelde handenwasgelegenheid.
Artikel 10
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 11
[Vervallen per 01-01-2006]
Afvoervoorzieningen in de bedrijfsruimte zijn geschikt voor het beoogde doel en zijn zodanig ontworpen en geconstrueerd dat ieder risico van besmetting van de eet- en drinkwaren wordt voorkómen.
Artikel 12
[Vervallen per 01-01-2006]
Indien het personeel van een levensmiddelenbedrijf zich met het oog op de veiligheid of de deugdelijkheid van een eet- of drinkwaar dient om te kleden, zijn daartoe geschikte kleedruimtes aanwezig bij de bedrijfsruimte.
§ 3:. Specifieke voorschriften voor bedrijfsruimten die niet behoren tot (a) een restauratie-ruimte of (b) de ruimten en automaten waarop § 4 betrekking heeft
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 13
[Vervallen per 01-01-2006]
Deze paragraaf heeft geen betrekking op:
a. mobiele of tijdelijke bedrijfsruimten zoals tenten, marktkramen en winkelwagens;
b. ruimten die af en toe voor catering worden gebruikt;
c. automaten die eet- of drinkwaren verstrekken; en
d. bedrijfsruimten die behoren tot een restauratie-ruimte.
Artikel 14
[Vervallen per 01-01-2006]
Vloeroppervlakten in bedrijfsruimten:
a. verkeren in deugdelijke en goed onderhouden staat;
b. zijn eenvoudig schoon te maken en, indien noodzakelijk met het oog op de veiligheid of de deugdelijkheid van eet- en drinkwaren, te desinfecteren; en
c. zijn, waar passend, voorzien van een goede waterafvoer via het vloeroppervlak.
Zij zijn daartoe vervaardigd van ondoordringbaar, niet-absorberend, afwasbaar en niet-toxisch materiaal, tenzij de exploitant van het desbetreffende levensmiddelenbedrijf ten genoegen van de met het toezicht ter zake belaste ambtenaar aantoont dat het door hem gebruikte andere materiaal voldoet aan b.
Artikel 15
[Vervallen per 01-01-2006]
Muuroppervlakten in bedrijfsruimten:
a. verkeren in deugdelijke en goed onderhouden staat; en
b. zijn eenvoudig schoon te maken en, indien noodzakelijk met het oog op de veiligheid of de deugdelijkheid van eet- en drinkwaren, te desinfecteren.
Zij zijn daartoe vervaardigd van ondoordringbaar, niet-absorberend, afwasbaar en niet-toxisch materiaal, met een glad oppervlak tot op een aan de werkzaamheden aangepaste hoogte, tenzij de exploitant van het desbetreffende levensmiddelenbedrijf ten genoegen van de met het toezicht ter zake belaste ambtenaar aantoont dat het door hem gebruikte andere materiaal voldoet aan b.
Artikel 16
[Vervallen per 01-01-2006]
In bedrijfsruimten zijn plafonds en voorzieningen aan het plafond zodanig ontworpen, geconstrueerd en afgewerkt dat zich geen vuil kan ophopen en dat condens, ongewenste schimmelvorming en het loskomen van deeltjes worden beperkt.
Artikel 17
[Vervallen per 01-01-2006]
2 Ramen die bij opening leiden tot direct contact van de bedrijfsruimte met de buitenomgeving, zijn voorzien van horren die op eenvoudige wijze kunnen worden verwijderd voor schoonmaak. Deze ramen worden niet geopend, indien zulks zou kunnen leiden tot besmetting van eet- of drinkwaren.
Artikel 18
[Vervallen per 01-01-2006]
In bedrijfsruimten kunnen deuren op eenvoudige wijze worden schoongemaakt en, voor zover noodzakelijk met het oog op de veiligheid of de deugdelijkheid van eet- en drinkwaren, gedesinfecteerd. Deze deuren bevatten daartoe gladde en niet-absorberende oppervlakten, tenzij de exploitant van het desbetreffende levensmiddelenbedrijf ten genoegen van de met het toezicht ter zake belaste ambtenaar aantoont dat de door hem gebruikte andere oppervlakten voldoen aan de eerste volzin van dit artikel.
Artikel 19
[Vervallen per 01-01-2006]
Oppervlakten in bedrijfsruimten, waaronder oppervlakten van apparatuur, die in aanraking kunnen komen met eet- en drinkwaren:
a. verkeren in deugdelijke en goed onderhouden staat; en
b. zijn op eenvoudige wijze schoon te maken en, indien noodzakelijk met het oog op de veiligheid of de deugdelijkheid van eet- en drinkwaren, te desinfecteren.
Zij zijn daartoe vervaardigd van glad, afwasbaar en niet-toxisch materiaal, tenzij de exploitant van het desbetreffende levensmiddelenbedrijf ten genoegen van de met het toezicht ter zake belaste ambtenaar aantoont dat het door hem gebruikte andere materiaal voldoet aan de eerste volzin van dit artikel.
Artikel 20
[Vervallen per 01-01-2006]
Een bedrijfsruimte bevat doeltreffend voorzieningen voor het schoonmaken en desinfecteren van gereedschap en apparatuur. Deze voorzieningen zijn vervaardigd van roestvrij materiaal, zijn op eenvoudige wijze schoon te maken en zijn voorzien van een voldoende ononderbroken aanvoer van warm en koud water van drinkwaterkwaliteit.
Artikel 21
[Vervallen per 01-01-2006]
In een bedrijfsruimte zijn, waar nodig met het oog op de veiligheid of de deugdelijkheid van eet- en drinkwaren, doeltreffende voorzieningen aanwezig voor het wassen van eet- en drinkwaren. Deze voorzieningen zijn voorzien van een voldoende ononderbroken aanvoer van warm of koud water van drinkwaterkwaliteit.
§ 9:. Kritische controlepunten en hygiënecodes
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 30
[Vervallen per 01-01-2006]
1 De exploitant van een levensmiddelenbedrijf identificeert ieder aspect van zijn werkzaamheden dat bepalend is voor de veiligheid van de eet- en drinkwaren die in dat bedrijf worden bereid, verwerkt, behandeld, verpakt, vervoerd, gedistribueerd of verhandeld.
3 Door de exploitant van een levensmiddelenbedrijf worden, met inachtneming van het tweede lid, passende veiligheidsprocedures vastgesteld, toegepast, gehandhaafd en herzien, teneinde de veiligheid van de eet- en drinkwaren die in dat bedrijf worden bereid, verwerkt, behandeld, verpakt, vervoerd, gedistribueerd of verhandeld te waarborgen.
Artikel 31
[Vervallen per 01-01-2006]
1 Vertegenwoordigers van daarvoor in aanmerking komende sectoren van de levensmiddelenindustrie kunnen hygiënecodes opstellen waarin beschreven is op welke wijze bepaalde eet- of drinkwaren op zodanig hygiënische wijze bereid, verwerkt, behandeld, verpakt, vervoerd, gedistribueerd of verhandeld kunnen worden dat ter zake voldaan kan worden aan:
van deze regeling.
4 De exploitant van een levensmiddelenbedrijf wordt bij controle door een met het toezicht op de naleving van deze regeling belaste ambtenaar, vóóraf door die ambtenaar in de gelegenheid gesteld te kennen te geven of door dat bedrijf gebruik wordt gemaakt van de voor zijn sector van de levensmiddelenindustrie vastgestelde en goedgekeurde hygiënecode, bedoeld in het derde lid.
6 Een in dit artikel bedoelde goedkeuring kan, voor zover die goedkeuring betrekking heeft op een in artikel 30 omschreven onderwerp, door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport worden ingetrokken indien:
a. de desbetreffende hygiënecode niet waar mogelijk en zinvol is voorzien van microbiologische richtwaarden, bedoeld in paragraaf III van de Mededeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 februari 1999/GZB/VVB/99551, Stcrt. 35; of
b. de desbetreffende hygiënecode herzien dient te worden overeenkomstig artikel 30, derde lid.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport neemt een besluit, gehoord het schriftelijk advies van de Voedsel en Waren Autoriteit.
Artikel 32
[Vervallen per 01-01-2006]
De met het toezicht op de naleving van deze regeling belaste ambtenaren houden naar behoren rekening met, voor zover vastgesteld, Europese gidsen voor goede hygiënische praktijken, bedoeld in artikel 5, zesde lid, van richtlijn nr. 93/43/EEG van de Raad van de Europese Unie van 14 juni 1993 inzake levensmiddelenhygiëne (PbEG L 175).
§ 10:. Vervoer
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 33
[Vervallen per 01-01-2006]
Vervoermiddelen en recipiënten die worden gebruikt voor het vervoer van eet- of drinkwaren zijn:
a. zodanig ontworpen en geconstrueerd dat zij goed kunnen worden schoongemaakt en, voor zover noodzakelijk met het oog op de veiligheid of de deugdelijkheid van eet- of drinkwaren, gedesinfecteerd; en
b. schoon en worden in goede staat van onderhoud gehouden;
zodat de vervoerde eet- of drinkwaren worden beschermd tegen besmetting.
Artikel 34
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 34a
[Vervallen per 01-01-2006]
1 In afwijking van artikel 34, tweede en derde lid, kan het bulkvervoer van vloeibare oliën of vetten die zullen worden bewerkt en zijn bestemd of waarschijnlijk zullen worden gebruikt voor menselijke consumptie, plaatsvinden in zeeschepen in tanks die niet uitsluitend zijn voorbehouden aan het vervoer van eet- of drinkwaren, op de voorwaarden dat:
a. de oliën of vetten in een roestvrij stalen tank of een met epoxyhars of een technisch equivalent beklede tank worden vervoerd en de laatste lading die in de tank is vervoerd, een eet- of drinkwaar is dan wel op de in de bijlage bij deze regeling opgenomen lijst van aanvaardbare vorige ladingen voorkomt; of
b. de oliën of vetten worden vervoerd in een andere tank dan in onderdeel a van dit lid is bedoeld en de drie laatste ladingen die in de tank zijn vervoerd, eet- of drinkwaren zijn of voorkomen op de in de bijlage opgenomen lijst van aanvaardbare vorige ladingen.
2 In afwijking van artikel 34, tweede en derde lid, kan het bulkvervoer van vloeibare oliën of vetten die niet verder zullen worden bewerkt en bestemd zijn of waarschijnlijk zullen worden gebruikt voor menselijke consumptie, plaatsvinden in zeeschepen in tanks die niet uitsluitend zijn voorbehouden aan het vervoer van eet- of drinkwaren, op de voorwaarden dat:
a. de tank van roestvrij staal is vervaardigd of met epoxyhars of een technisch equivalent is bekleed; en
b. de drie laatste ladingen die in de tank zijn vervoerd, eet- of drinkwaren zijn geweest.
4 In het geval dat de lading is overgeslagen, beschikt de kapitein van het ontvangende schip naast de in het derde lid van dit artikel bedoelde bewijzen over nauwkeurige schriftelijke bewijzen dat het bulkvervoer van de vloeibare oliën of vetten tijdens het vorige vervoer aan de in het eerste en tweede lid van dit artikel vermelde bepalingen voldeed en betreffende de doeltreffendheid van het tussen deze ladingen op het andere schip uitgevoerde schoonmaakproces.
Artikel 34b
[Vervallen per 01-01-2006]
1 In afwijking van artikel 34, tweede en derde lid, mag het bulkvervoer over zee van ruwe suiker die zonder dat deze een volledig en effectief raffinageproces heeft ondergaan niet bestemd is voor gebruik als eetwaar of als ingrediënt van een eet- of drinkwaar, plaatsvinden in ruimten, containers of tanks die niet uitsluitend worden gebruikt voor het vervoer van levensmiddelen. Deze bepaling is niet van toepassing indien de lading die onmiddellijk aan de ruwe suiker vooraf is gegaan, een in bulk vervoerde vloeistof is geweest.
2 De in het eerste lid bedoelde ruimten, containers of tanks worden voordat de ruwe suiker wordt geladen doeltreffend schoongemaakt om residuen van de vorige lading en andere verontreinigingen te verwijderen. Het levensmiddelenbedrijf dat de ruwe suiker overeenkomstig het eerste lid vervoert, controleert of deze residuen na het schoonmaken daadwerkelijk verwijderd zijn.
3 Het in het tweede lid bedoelde schoonmaakproces is een kritisch punt zoals bedoeld in artikel 30, tweede lid, onder c, waarbij rekening wordt gehouden met de aard van de vorige lading die in de ruimte, container of tank vervoerd is.
4 Het levensmiddelenbedrijf dat verantwoordelijk is voor het in het eerste lid bedoelde vervoer over zee van ruwe suiker, houdt bewijsstukken bij waarin een nauwkeurige en gedetailleerde beschrijving is opgenomen van de vorige lading die in de desbetreffende ruimte, container of tank is vervoerd, en van het type en de doeltreffendheid van het schoonmaakproces dat onmiddellijk voorafgaand aan het vervoer van de ruwe suiker is toegepast.
7 Ruwe suiker die over zee is vervoerd in ruimten, containers of tanks die niet uitsluitend worden gebruikt voor het vervoer van levensmiddelen, wordt pas na een volledig en effectief raffinageproces gebruikt als eetwaar of als ingrediënt van een eet- of drinkwaar.
Artikel 35
[Vervallen per 01-01-2006]
In vervoermiddelen of recipiënten die worden gebruikt voor het gelijktijdige vervoer van eet- of drinkwaren en andere waren of van verschillende eet- of drinkwaren, worden de eet- of drinkwaren en andere waren voor zover noodzakelijk afdoende van elkaar gescheiden, teneinde besmetting van eet- of drinkwaren tegen te gaan.
Artikel 36
[Vervallen per 01-01-2006]
Vervoermiddelen en recipiënten die zijn gebruikt voor het vervoer van andere waren dan eet- of drinkwaren of voor het vervoer van verschillende eet- of drinkwaren, worden tussen de verschillende vrachten zodanig schoongemaakt dat ieder gevaar voor besmetting van eet- of drinkwaren wordt voorkómen.
Artikel 37
[Vervallen per 01-01-2006]
2 Vervoermiddelen en recipiënten die worden gebruikt voor het vervoer van eet- of drinkwaren, zijn zodanig ontworpen dat de temperatuur waarbij die eet- of drinkwaren ten hoogste onderscheidenlijk ten minste vervoerd moeten worden, kan worden gehandhaafd en bewaakt.
§ 11:. Besmettelijke ziekten en persoonlijke hygiëne
[Vervallen per 01-01-2006]
Artikel 38
[Vervallen per 01-01-2006]
Het bereiden, behandelen, verpakken en bewaren van eet- of drinkwaren en grondstoffen geschiedt niet in bedrijfsruimten voor zover die zich bevinden in percelen waarin gevallen van tyfus, paratyfus, dysenterie of cholera, dan wel andere, in hun effect vergelijkbare besmettelijke ziekten voorkomen, en ter zake in overleg met de GGD geen toereikende maatregelen zijn getroffen.
Artikel 39
[Vervallen per 01-01-2006]
2 Het bereiden, behandelen, verpakken en bewaren van eet- of drinkwaren en grondstoffen geschiedt uitsluitend door personen wier hoofd, handen en armen schoon zijn.
3 Personen die werkzaam zijn in een bedrijfsruimte, betrachten een zeer goede persoonlijke hygiëne en dragen passende, schone en, waar nodig met het oog op de veiligheid en deugdelijkheid van eet- of drinkwaren, beschermende kleding.
4 Personen met diarree, ontstekingen, open wonden of huidziekten aan hoofd, hals, armen of handen, houden zich niet bezig met het bereiden, behandelen of verpakken van eet- of drinkwaren en grondstoffen, voor zover de waar daardoor verontreinigd kan worden.
5 Personen die lijden aan een van de in artikel 38 bedoelde besmettelijke ziekten, salmonellosen of andere ziekten waarvoor een aangifteplicht bestaat, houden zich niet bezig met het bereiden, behandelen of verpakken van eet- of drinkwaren, en grondstoffen daarvoor, tenzij ter zake in overleg met de GGD toereikende maatregelen zijn getroffen.