-
aandachtsgebied: een verbijzondering van een werkterrein, dat wordt gekenmerkt door een grote verscheidenheid
aan onderwerpen, waarvoor een specifieke inzet en inbreng geldt. Voor deze inzet kunnen
nadere opleiding- en certificeringeisen worden gesteld;
-
ambtenaar: de aspirant, de ambtenaar in opleiding, de ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering
van de politietaak, de ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve
en andere taken ten dienste van de politie, de vrijwillige ambtenaar, de ambtenaar
van de rijksrecherche en de vakantiewerker;
-
ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak: de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, onderdeel a, van de Politiewet 2012, met uitzondering van de aspirant gedurende het theoretische opleidingsdeel en de
ambtenaar in opleiding gedurende het theoretisch opleidingsdeel, waarbij voor de toepassing
van dit besluit de ambtenaar van de rijksrecherche, aangesteld voor de uitvoering
van de politietaak, gelijk wordt gesteld aan de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, onderdeel
a, van de Politiewet 2012;
-
ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve en andere
taken ten dienste van de politie: de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, onderdeel b, van de Politiewet 2012, waarbij voor de toepassing van dit besluit de directeur van de Politieacademie,
zijn plaatsvervanger en de ambtenaar van de rijksrecherche, aangesteld voor de uitvoering
van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de rijksrecherche,
gelijk worden gesteld aan ambtenaren van politie als bedoeld in artikel 2, onderdeel
b, van de Politiewet 2012;
-
ambtenaar in opleiding: degene die door het bevoegd gezag is aangesteld als ambtenaar in opleiding en die
is toegelaten tot een krachtens artikel 2c, tweede lid, aangewezen politieopleiding;
-
ambtenaar van de rijksrecherche: de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, onderdeel d, van de Politiewet 2012;
-
AOW-gerechtigde leeftijd: de leeftijd waarop recht op ouderdomspensioen ontstaat, bedoeld in artikel 7a van de Algemene Ouderdomswet;
-
arbodienst: arbodienst als bedoeld in artikel 1 van de Arbeidsomstandighedenwet;
-
arts: een in Nederland gevestigde arts, die als arts is ingeschreven in het register als
bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg;
-
aspirant: degene die door het bevoegd gezag is aangesteld als aspirant en die is toegelaten
tot een krachtens artikel 2c, eerste lid, aangewezen politieopleiding;
-
beroepsgerelateerd: in verband met werkzaamheden die behoren tot de functie van de ambtenaar of in het
verlengde hiervan liggen en anderszins opgedragen werkzaamheden alsmede de omstandigheden
waaronder deze werkzaamheden zijn verricht, waarbij er geen verband wordt aangenomen
indien:
-
a. er sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid van de ambtenaar,
-
b. de omstandigheden uitsluitend bestaan uit arbeidsconflicten of pestgedrag;
-
beroepsgerelateerde gezondheidsklachten: lichamelijke of psychische klachten die beroepsgerelateerd zijn;
-
beroepspraktijkvorming: de periode of perioden waarin de aspirant, de vrijwilliger-aspirant, de ambtenaar
in opleiding of de vrijwillige ambtenaar in opleiding de politietaak bij een regionale
eenheid of een landelijke eenheid uitvoert in het kader van een krachtens artikel 2c, eerste onderscheidenlijk tweede lid, aangewezen politieopleiding;
-
bevoegd gezag:
-
a. Onze Minister voor zover het betreft de korpschef, de directeur van de Politieacademie
en zijn plaatsvervanger;
-
b. de korpschef, voor zover het betreft de aspirant, de ambtenaar in opleiding, de ambtenaar,
aangesteld voor de uitvoering van de politietaak en de ambtenaar, aangesteld voor
de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van de politie
en de vrijwillige ambtenaar;
-
c. het College van procureurs-generaal, voor zover het betreft de ambtenaar van de rijksrecherche;
-
bezoldiging: bezoldiging als bedoeld in artikel 1 van het Besluit bezoldiging politie;
-
consignatie: het zich in opdracht van het daartoe bevoegde gezag bereikbaar en beschikbaar houden
teneinde bij oproep dienst te gaan verrichten;
-
deelbetrekking: een betrekking die een arbeidstijd van gemiddeld minder dan 36 uur per week omvat;
-
deskundige persoon: een deskundige persoon als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van de Arbeidsomstandighedenwet die belast is met de taken, bedoeld in artikel 14, eerste lid, onderdelen b of c,
van die wet;
-
detachering: tijdelijke tewerkstelling elders buiten het gezagsbereik van het bevoegd gezag;
-
functie: het samenstel van door de ambtenaar te verrichten opgedragen werkzaamheden, zoals
vastgelegd in het LFNP;
-
gewezen ambtenaar: een ambtenaar aan wie ontslag is verleend, met ingang van de dag waarop het ontslag
is ingetreden;
-
hoofdplaats van tewerkstelling: de plaats van tewerkstelling, bedoeld in artikel 10, tweede lid;
-
in enige mate: 1% of meer;
-
in overwegende mate: 51% of meer;
-
levensfase-uren: verlofuren die op grond van hoofdstuk V.A. worden toegekend;
-
LFNP: Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie: het door Onze Minister vastgestelde
geheel van functiebeschrijvingen, onderverdeeld naar de domeinen leiding, uitvoering
en ondersteuning, alsmede naar vakgebieden, inclusief de waardering, en de aan het
gebouw verbonden en omschreven werkterreinen, aandachtsgebieden en specifieke functionaliteiten;
-
medische eindsituatie: situatie waarvan op objectief medische wijze is vastgesteld dat er in de toekomst
geen belangrijke verbetering of verslechtering in de medische toestand van de ambtenaar
te verwachten is;
-
OVW punten: Onvermijdelijk Verzwarende Werkomstandigheden punten, zoals deze met toepassing van
het functiewaarderingssysteem op grond van artikel 6, tweede lid, van het Besluit bezoldiging politie, worden vastgesteld;
-
passende arbeid: alle arbeid die voor de krachten en bekwaamheden van de ambtenaar is berekend, tenzij
aanvaarding om redenen van lichamelijke, geestelijke of sociale aard niet van hem
kan worden gevergd;
-
Pensioenreglement: het Pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds ABP;
-
plaats van tewerkstelling:
-
a. het gebouw, gebouwencomplex of terrein dat de ambtenaar voor de normale uitoefening
van zijn ambt is aangewezen;
-
b. de aangewezen aanlegplaats van het vaartuig dat de ambtenaar voor de normale uitoefening
van zijn taak gebruikt of
-
c. bij gebrek aan een aanwijzing, bedoeld in het eerste en tweede onderdeel, het gebouw,
gebouwencomplex, of terrein, waar de ambtenaar gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht,
het gebouwencomplex waar hij kantoor houdt, dan wel de aanlegplaats waar hij gewoonlijk
het vaartuig aanlegt;
-
salaris: salaris als bedoeld in artikel 1 van het Besluit bezoldiging politie;
-
specifieke functionaliteit: een verbijzondering van een vakgebied door – direct in operationeel verband toe te
passen – vereiste expliciete specialistische inzet en inbreng door gebruikmaking van
specifieke (hulp)middelen of geweldsmiddelen waarbij uitgesproken specialistische
vaardigheden en deskundigheid aan de orde is;
-
Stichting Pensioenfonds ABP: de Stichting Pensioenfonds ABP, genoemd in artikel 6 van de Wet privatisering ABP;
-
theoretisch opleidingsdeel: de periode of perioden waarin de aspirant, de vrijwilliger-aspirant, de ambtenaar
in opleiding of de vrijwillige ambtenaar in opleiding aan de Politieacademie in het
kader van een krachtens artikel 2c, eerste onderscheidenlijk tweede lid, aangewezen politieopleiding onderwijs volgt;
-
Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen: het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, genoemd in hoofdstuk 5 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
-
vakantiewerker: degene die ten tijde van onderbreking van zijn opleiding wegens vakantie, voor een
periode van ten hoogste acht weken is aangesteld voor het verrichten van ondersteunende
werkzaamheden;
-
vakgebied: een clustering van in essentie gelijkgerichte activiteiten, resultaten en beoogde
effecten op basis van voor dat vakgebied geldende processen;
-
volledige betrekking: een betrekking die een arbeidstijd van gemiddeld 36 uur per week omvat;
-
vrijwillige ambtenaar: vrijwilliger-aspirant, vrijwillige ambtenaar in opleiding, vrijwillige ambtenaar,
aangesteld voor de uitvoering van de politietaak en de vrijwillige ambtenaar, aangesteld
voor de uitvoering van technische, administratieve en andere taken ten dienste van
de politie;
-
vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak: de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, onderdeel c, van de Politiewet 2012, voor zover deze is aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, met uitzondering
van de vrijwilliger-aspirant gedurende het theoretische opleidingsdeel en de vrijwillige
ambtenaar in opleiding gedurende het theoretisch opleidingsdeel;
-
vrijwillige ambtenaar, aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve
en andere taken ten dienste van de politie: de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, onderdeel c, van de Politiewet 2012, voor zover deze is aangesteld voor de uitvoering van technische, administratieve
en andere taken ten dienste van de politie;
-
vrijwillige ambtenaar in opleiding: degene die door het bevoegd gezag is aangesteld als vrijwillige ambtenaar in opleiding
en die is toegelaten tot een krachtens artikel 2c, tweede lid, aangewezen politieopleiding;
-
vrijwilliger-aspirant: degene die door het bevoegd gezag is aangesteld als vrijwilliger-aspirant en die
is toegelaten tot een krachtens artikel 2c, eerste lid, aangewezen politieopleiding;
-
werkgebied:
-
a. indien het betreft een ambtenaar die werkzaam is bij een regionale eenheid: het gebied
of het door het bevoegd gezag aangewezen gedeelte daarvan dat de desbetreffende regionale
eenheid bestrijkt;
-
b. indien het betreft een ambtenaar die werkzaam is bij een landelijke eenheid of een
ambtenaar van de rijksrecherche: Nederland dan wel het door het bevoegd gezag aangewezen
gedeelte van Nederland waarin de plaats van tewerkstelling is gelegen, of
-
c. indien het betreft een ambtenaar, werkzaam bij de Politieacademie of een ondersteunende
dienst: het door het bevoegd gezag aangewezen gedeelte van Nederland waarin de plaats
van tewerkstelling is gelegen;
-
werkterrein: een verbijzondering van het vakgebied, waarvoor een specifieke inzet en inbreng geldt.
Voor deze inzet kunnen nadere opleiding- en certificeringeisen worden gesteld;
-
zijn arbeid: zijn arbeid als bedoeld in artikel 19 van de Ziektewet.