Bijlage behorende bij de Wet verzelfstandiging rijksmuseale diensten
[Vervallen per 01-07-2016]
De diensten, bedoeld in artikel 2 van de Wet verzelfstandiging rijksmuseale diensten, zijn:
1. Rijksmuseum voor de geschiedenis van de natuurwetenschappen en van de geneeskunde "Museum Boerhaave" te Leiden;
2. Rijksmuseum Het Catharijneconvent. Museum voor de christelijke Cultuur in Nederland te Utrecht;
3.
Rijksdienst Kastelenbeheer te 's-Gravenhage, waarvan deel uitmaken:
- Rijksmuseum Gevangenpoort te 's-Gravenhage
- Rijksmuseum Muiderslot te Muiden
- Slot Loevestein te Brakel
- Kasteel Radboud te Medemblik
- Ruïne van Brederode te Santpoort
- Ruïne van de Jacobaburcht te Oostvoorne
- Ruïne van Strijen te Oosterhout
- Ruïne van Teylingen te Voorhout;
4. Rijksmuseum Kröller-Müller te Otterloo;
5. Koninklijk Kabinet van Schilderijen "Mauritshuis" te 's-Gravenhage;
6. Rijksmuseum Meermanno-Westreenianum (Museum van het Boek) te 's-Gravenhage;
7. Rijksmuseum Hendrik Willem Mesdag te 's-Gravenhage;
8. Nationaal Natuurhistorisch Museum te Leiden;
9. Rijksmuseum van Oudheden te Leiden;
10. Rijksmuseum Paleis Het Loo te Apeldoorn;
11. Rijksmuseum het Koninklijk Penningkabinet te Leiden;
12.
Rijksmuseum te Amsterdam;
13. Rijksmuseum Nederlands Scheepvaartmuseum te Amsterdam;
14. Rijksmuseum Twenthe, museum voor kunst- en cultuurgeschiedenis te Enschede;
15. Rijksmuseum Vincent van Gogh te Amsterdam;
16. Rijksmuseum voor Volkenkunde te Leiden;
17. Rijksmuseum Het Zuiderzeemuseum te Enkhuizen;
18.
Centraal Laboratorium voor onderzoek van voorwerpen van kunst en wetenschap te Amsterdam;
19.
Opleiding Restauratoren te Amsterdam;
20.
Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie te 's-Gravenhage;
21.
Rijksdienst Beeldende Kunst te 's-Gravenhage.