Garantstellingsregeling curatoren
De Staatssecretaris van Justitie
Gelet op de artikelen 138, lid 10, en 248, lid 10, van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
Overwegende dat het wenselijk is enige regels te stellen voor de beoordeling van de
gegrondheid van verzoeken als bedoeld in de hiervoor vermelde wetsbepalingen en de
grenzen waarbinnen zodanige verzoeken kunnen worden toegewezen;
Heeft besloten als volgt: