Besluit ex artikel 983 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek

Geraadpleegd op 03-12-2024.
Geldend van 01-01-2021 t/m heden

Besluit van 11 maart 1991, ter uitvoering van artikel 983 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 18 juli 1990, Stafafdeling Wetgeving Nieuw Burgerlijk Wetboek nr. 24355/690;

Gelet op artikel 983 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek;

De Raad van State gehoord (advies van 10 september 1990, nr. W03.90.0331);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 28 februari 1991, Stafafdeling Wetgeving Nieuw Burgerlijk Wetboek, nr. 46950/91/6;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

  • 2 In het geval dat de schadeloosstelling wordt bepaald in de vorm van een rente mag het gekapitaliseerde bedrag 400.000 rekeneenheden per reiziger niet te boven gaan.

Artikel 2

  • 1 De schadevergoeding, die de vervoerder mogelijkerwijs is verschuldigd in geval van vertraging van een reiziger en verlies, beschadiging of vertraging van diens bagage, is beperkt tot een bedrag van € 1.500.

  • 2 De schadevergoeding die de vervoerder mogelijkerwijs verschuldigd is in geval van een als bagage ten vervoer aangenomen voertuig of schip en de zaken aan boord daarvan is beperkt tot een bedrag van € 9 100per voertuig of schip.

Artikel 2a

De rekeneenheid, genoemd in dit besluit, is het bijzondere trekkingsrecht, zoals dat is omschreven door het Internationale Monetaire Fonds. De bedragen die in dit besluit zijn uitgedrukt in rekeneenheden, worden omgerekend in euro’s naar de koers van de dag van betaling, danwel, in geval van een gerechtelijke procedure, naar de koers van de dag van de uitspraak. De waarde in euro’s, uitgedrukt in bijzondere trekkingsrechten, wordt berekend volgens de waarderingsmethode die door het Internationale Monetaire Fonds op de dag van omrekening wordt toegepast voor zijn eigen verrichtingen en transacties.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op het tijdstip, waarop Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek in werking treedt.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

’s-Gravenhage, 11 maart 1991

Beatrix

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Uitgegeven de eenentwintigste maart 1991

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin