Regeling oefening kajuitpersoneel

[Regeling vervallen per 19-07-2008.]
Geraadpleegd op 26-04-2024.
Geldend van 01-04-1998 t/m 18-07-2008

Regeling oefening kajuitpersoneel

De minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 110 van de Regeling Toezicht Luchtvaart;

Besluit:

Artikel 1. Oefenprogramma

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

  • 1 De ondernemer is verplicht een oefenprogramma voor het kajuitpersoneel vast te stellen, dat afgestemd moet zijn op de vliegtuigtypen waarop wordt dienst gedaan.

  • 2 Het oefenprogramma behoeft de instemming van de Minister van Verkeer en Waterstaat.

  • 3 De ondernemer is verplicht er voor te zorgen, dat elk lid van het kajuitpersoneel ten minste éénmaal per jaar deelneemt aan het oefenprogramma, ten einde te waarborgen dat elk lid van het kajuitpersoneel:

    • a. bekwaam is in het uitvoeren van de hem toegewezen taken en functies in geval van nood of bij een noodevacuatie;

    • b. geoefend en bekwaam is in het gebruik van de aan boord vereiste nooduitrustingsstukken, zoals zwemvesten, reddingsvlotten, evacuatieglijbanen, nooduitgangen, handbrandblusapparaten, zuurstofuitrusting en verbandtrommels;

    • c. bekend is met de gevolgen van gebrek aan zuurstof bij vluchten boven 3000 m en, in het geval van vliegtuigen met drukkajuit, met de fysiologische verschijnselen, gepaard gaande met drukverlies;

    • d. bekend is met de aan andere leden van het boordpersoneel in geval van nood of noodevacuatie toegewezen taken, voor zover als nodig is voor de uitoefening van zijn eigen taak;

    • e. er in geoefend is een bestuurder, die om gezondheidsredenen niet meer in staat is zijn taak naar behoren te vervullen, op verzoek van de andere bestuurder, uit zijn bestuurderszitplaats te verwijderen en van eerste hulp te voorzien.

Artikel 2. Diploma

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

De ondernemer is verplicht aan elk lid van het kajuitpersoneel, dat met goed gevolg heeft deelgenomen aan het oefenprogramma ten bewijze daarvan een diploma af te geven.

Het diploma, waarvan de geldigheidsduur ten hoogste één jaar bedraagt, wordt voor de duur van ten hoogste één jaar opnieuw afgegeven of verlengd, nadat de houder wederom met goed gevolg heeft deelgenomen aan het oefenprogramma.

Artikel 3. Intrekking

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

De regeling van de directeur-generaal van 10 april 1974, nr. LI/22248, wordt ingetrokken.

Artikel 4. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 19-07-2008]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van verschijning van de Nederlandse Staatscourant, waarin zij wordt geplaatst.

's-Gravenhage, 21 juni 1990

De

minister

van Verkeer en Waterstaat,

J. R. H. Maij-Weggen

Naar boven