Machtiging opschorting overbrenging archiefbescheiden rijksmusea tot 1997

[Regeling vervallen per 31-12-2004.]
Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 01-01-1987 t/m 30-12-2004

Machtiging opschorting overbrenging archiefbescheiden rijksmusea tot 1997

De minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,

Gehoord de Archiefraad;

Gelet op het artikel 20 van het Archiefbeleid;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

De directeuren van de onder het directoraat-generaal voor Culturele Zaken van het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur ressorterende rijksmusea en de ten behoeve van de musea werkzame, ondersteunende rijksinstellingen worden gemachtigd de overbrenging van de onder hun instelling berustende archiefbescheiden, welke bij de inwerkingtreding van dit besluit ouder zijn dan vijftig jaar, uiterlijk tot 1 januari 1997 op te schorten.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 31-12-2004]

Aan de in artikel 1 bedoelde machtiging worden de volgende voorschriften verbonden:

  • a. de archiefbescheiden worden beheerd door de directeur van de desbestreffende rijksinstelling, als bedoeld in artikel 1, hierna te noemen: de rijksinstelling, dan wel door een door hem aangewezen ondergeschikte ambtenaar;

  • b. het beheer van de archiefbescheiden geschiedt, onverminderd het bepaalde in het Besluit algemene secretarie-aangelegenheden rijksadministratie (besluit van 26 maart 1980, Stb. 182), in overeenstemming met de aanwijzingen van de rijksarchivaris in de provincie van vestiging van de desbetreffende rijksinstelling;

  • c. ieder is, behoudens de beperkingen, welke ten aanzien van de openbaarheid door de directeur van het desbetreffende rijksinstelling, in overeenstemming met de onder b bedoelde rijksarchivaris, zijn gesteld, bevoegd de archiefbescheiden kosteloos te raadplegen of daarvan of daaruit afbeeldingen, afschriften of uittreksels te maken of op zijn kosten te doen maken;

  • d. de directeur van een rijksinstelling is bevoegd een verzoek tot raadpleging of gebruik van de archiefbescheiden, als bedoeld onder c, af te wijzen, indien naar zijn oordeel de toestand van de archiefbescheiden zich daartegen verzet of deze aan de verzoeker niet veilig kunnen worden toevertrouwd. Een afwijzende beslissing kan door de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur worden herzien, indien de afwijzing ongegrond wordt geacht;

  • e. de onder c bedoelde kosten worden ten hoogste berekend naar het tarief, dat is vastgesteld door de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur bij besluit van 7 januari 1983, nr. MMA/AR-U-5098, Stcrt. 52, zoals dat besluit sedertdien is of zal worden gewijzigd.

Deze beschikking, welke zal worden geplaatst in de Nederlandse Staatscourant, treedt in werking met ingang van 1 januari 1987.

Rijswijk, 12 januari 1987

De minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,

namens deze,
De plv.

directeur-generaal voor Culturele Zaken

,

J. Jessurun

Naar boven