Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Artikel 1
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Voor de toepassing van het bij of krachtens dit reglement bepaalde wordt verstaan
onder:
mijnwerk: een geheel van werken, inrichtingen en terreinen als in artikel 9, eerste lid, van de Mijnwet 1903 (Stb. 1904, 73) bedoeld, met uitzondering van boorwerken;
ondergrondse werken: de tot mijnwerken behorende onder de grond gelegen werken en inrichtingen, alsmede
de beneden de oppervlakte gelegen toegangen tot die werken en inrichtingen;
bovengrondse werken: de tot mijnwerken behorende overige werken en inrichtingen, alsmede de tot mijnwerken
behorende terreinen;
schacht: een hellende of verticale verbinding van de oppervlakte met de tot een mijnwerk behorende
onder de grond gelegen werken en inrichtingen;
opbraak: een verticale verbinding in de ondergrondse werken, die niet aan de oppervlakte uitmondt
en die kan dienen voor vervoer;
tussenschacht: een opbraak, waarin ingevolge dit reglement personenvervoer geoorloofd is;
boorwerk: een geheel van werken, bestemd tot de machinale vervaardiging, de instandhouding
en het gebruik van een of meer gaten in de aardbodem ten behoeve van het winnen of,
door middel van het naar de oppervlakte voeren van grondmonsters, opsporen van delfstoffen
als in artikel 9, eerste lid, van de Mijnwet 1903 bedoeld, alsmede de bij die werken behorende inrichtingen en terreinen;
mijnbouwinstallatie:
-
a. een op of boven de bodem van een oppervlaktewater geplaatste inrichting voor het door
middel van een diepboring instellen van een mijnbouwkundig onderzoek of het winnen
van delfstoffen;
-
b. een samenstel van op of boven de bodem van een oppervlaktewater geplaatste inrichtingen,
waarvan er tenminste één aan de onder a gegeven omschrijving voldoet;
bemande mijnbouwinstallatie: een mijnbouwinstallatie, waarop een of meer personen aanwezig plegen te zijn voor
het verrichten van uitsluitend of in hoofdzaak andere werkzaamheden dan het verrichten
van incidentele onderhoudswerkzaamheden of bewakingsdiensten;
vervoer: het vervoeren van materieel, van materialen en van personen;
personenvervoer: het op vastgestelde tijdstippen per transportinrichting vervoeren van personen;
vervoer van personen: het anders dan op vastgestelde tijdstippen per transportinrichting vervoeren van
personen;
verkeer: voetgangersverkeer; effectieve temperatuur: de klimaatgrootheid, welke met behulp van het nomogram, opgenomen in de bij dit reglement
behorende bijlage, wordt bepaald uit de op eenzelfde tijdstip en plaats gemeten droge
luchttemperatuur, natte luchttemperatuur en snelheid van de luchtstroom;
temperatuurindex: de grootheid, welke uit de op eenzelfde tijdstip en plaats gemeten droge luchttemperatuur
(tl) en natte luchttemperatuur (tln), beide uitgedrukt in graden Celsius, wordt bepaald
met behulp van de formule:
temperatuurindex = (42 tl - 8 tln) : (34 + tl - tln);
mijnonderneming: een onderneming, waartoe een mijn- of een boorwerk behoort of die voor eigen rekening
mijnbouwkundige onderzoekingen verricht of zodanige onderzoekingen doet verrichten;
arbeidsplaats: elke plaats die bestemd is als lokatie voor werkplekken, voor activiteiten en installaties
die rechtstreeks of indirect verband houden met winningsindustrieën die delfstoffen
winnen met behulp van boringen, met inbegrip van eventuele verblijfsaccommodatie waartoe
arbeiders in het kader van hun werk toegang hebben;
drinkwater: water dat bestemd is of mede bestemd is voor menselijke consumptie;
Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken.
Artikel 2
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Indien uit de bewoordingen van een bepaling niet kan worden opgemaakt of deze geldt
voor bovengrondse werken, ondergrondse werken, boorwerken of mijnbouwkundige onderzoekingen,
wordt dit bepaald door de opschriften van hoofdstuk, paragraaf en afdeling, waarin
de bepaling is opgenomen. Bevatten ook deze opschriften geen uitdrukkelijke aanduiding,
dan geldt de bepaling algemeen.
Artikel 3
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Indien een voorschrift in dit reglement een der termen: "veilig", "doelmatig" en "voldoende"
inhoudt, kan Onze Minister terzake nadere regelen stellen.
Artikel 4
[Vervallen per 29-01-1997]
Artikel 5
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Artikel 6
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De in dit reglement voorziene beschikkingen, waarbij aanwijzingen worden gegeven voor
bijzondere gevallen, bepalen, indien nodig, de termijn, waarbinnen de uitvoering moet
zijn aangevangen, alsmede de termijn, waarbinnen zij moet zijn voltooid.
Artikel 7
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Voor zover in dit reglement niet anders is bepaald, worden aanvragen om ontheffing
of vergunning dan wel tot het nemen van enige andere in dit reglement voorziene beslissing
tot Onze Minister gericht, doch ingediend bij de Inspecteur-Generaal der Mijnen.
Artikel 7a
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Ter bescherming van de veiligheid en de gezondheid van de arbeiders tijdens alle werkzaamheden
dient elke bemande arbeidsplaats te allen tijde onder toezicht te staan van een verantwoordelijke
persoon die voldoende hoedanigheden en bekwaamheden bezit om deze functie te vervullen.
Artikel 8
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 Voor zover in dit reglement niet anders is bepaald, zijn de bestuurders van een mijnonderneming
verplicht zorg te dragen voor de naleving in hun onderneming van de bij en krachtens
dit reglement gegeven voorschriften en regelen. Zij dienen op gezette tijden de maatregelen
die zijn genomen inzake de veiligheid en de gezondheid van de arbeiders, met inbegrip
van het in artikel 14g bedoelde veiligheids- en gezondheidszorgsysteem, te onderzoeken om ervoor te zorgen
dat de daarop betrekking hebbende bepalingen van dit besluit worden nageleefd.
-
3 De bestuurders en de in het tweede lid bedoelde toezichthoudende personen worden
geacht aan hun in het eerste onderscheidenlijk tweede lid bedoelde verplichting te
hebben voldaan, wanneer zij de nodige instructies hebben gegeven, de nodige middelen
hebben verschaft en het redelijkerwijs te vorderen toezicht hebben gehouden om de
naleving van de voorschriften en regelen te verzekeren. De instructies moeten voor
de betrokken arbeiders begrijpelijk zijn.
-
6 Onverminderd de verplichting tot naleving van de bij en krachtens dit reglement gegeven
voorschriften en regelen, die zich rechtstreeks tot hem richten, is een ieder verplicht
tot elk handelen en elk nalaten, waardoor de naleving van de overige bij en krachtens
dit reglement gegeven voorschriften en regelen kan worden verzekerd, voor zover dat
handelen of nalaten redelijkerwijs van hem kan worden verwacht.
Artikel 8a
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De kosten die zijn verbonden aan de naleving van de regels die bij of krachtens de
bepalingen van dit besluit inzake de veiligheid, de hygiëne en de gezondheid op het
werk zijn gesteld worden niet ten laste gebracht van door de mijnonderneming of de
in artikel 12, eerste lid, bedoelde andere onderneming tewerkgestelde personen.
Artikel 9
[Vervallen per 01-01-1996]
Artikel 9a
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 Arbeidsplaatsen moeten zodanig worden ontworpen, gebouwd, ingericht, bediend, gecontroleerd
en onderhouden, dat zij aan de te verwachten omgevingskrachten weerstand kunnen bieden.
Zij dienen een constructie en een stevigheid te hebben die zijn afgestemd op het gebruik
dat ervan wordt gemaakt.
-
3 Arbeidsplaatsen moeten zodanig zijn ingericht, dat zij een afdoende bescherming tegen
risico’s bieden. Zij moeten schoon worden gehouden en alle gevaarlijke stoffen moeten
op zodanige wijze worden verwijderd of beveiligd dat zij de veiligheid en de gezondheid
van de arbeiders niet in gevaar kunnen brengen.
-
4 Bij de inrichting van de arbeidsplaatsen moet in voorkomend geval met gehandicapte
arbeiders rekening worden gehouden. Dit geldt met name voor deuren, verbindingswegen,
trappen, doucheruimten, wasruimten, toiletten en werkplekken die rechtstreeks door
gehandicapte arbeiders worden gebruikt.
Artikel 9b
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
2 De in het eerste lid bedoelde voorlichting richt zich onder meer op de beschermings-
en preventiemaatregelen en -activiteiten, zowel voor de mijnonderneming in het algemeen
als voor elk type werkplek en elke soort functie afzonderlijk, en op de maatregelen
die krachtens de artikelen 176, 279 en 281, derde lid, zijn genomen.
Artikel 9c
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 De bestuurders van een mijnonderneming of in artikel 12, eerste lid, bedoelde andere
onderneming wijzen een of meer arbeiders aan die zich met de activiteiten op het gebied
van de bescherming tegen en de preventie van beroepsrisico’s op de mijn- of boorwerken
of bij mijnbouwkundige onderzoekingen zullen bezighouden, behoudens het bepaalde in
het derde lid.
-
2 De aangewezen arbeiders mogen geen nadeel ondervinden van hun activiteiten op het
gebied van de bescherming tegen en de preventie van beroepsrisico's. Zij moeten, ten
einde de uit dit reglement voortvloeiende verplichtingen te kunnen nakomen, over voldoende
tijd beschikken.
-
4 Indien een beroep gedaan wordt op deskundigen als bedoeld in het derde lid, moeten
de betrokken personen of diensten worden geïnformeerd over de factoren, waarvan bekend
is of vermoed wordt dat zij van invloed zijn op de veiligheid en de gezondheid van
de arbeiders, en toegang hebben tot alle in artikel 12, tweede lid, bedoelde informatie.
-
6 De in dit artikel bedoelde bescherming tegen en preventie van risico’s voor de veiligheid
en de gezondheid kan worden opgedragen aan de veiligheidsdienst, bedoeld in artikel
144, en de bedrijfsgeneeskundige dienst, bedoeld in artikel 223. De diensten moeten
voor zover nodig samenwerken.
Artikel 10
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
2 De bestuurders dienen voorts, ten aanzien van elk tot hun onderneming behorend mijn-
of boorwerk, jaarlijks in de maand januari aan de Inspecteur-Generaal der Mijnen schriftelijk
opgave te doen van de naam en de functie van de personen, die op 1 januari van het
betrokken jaar een leidinggevende of toezichthoudende functie bij dat mijn- of boorwerk
vervulden.
-
3 De bestuurders zijn verplicht aan de Inspecteur-Generaal der Mijnen onverwijld een
exemplaar toe te zenden van de algemene schriftelijke instructies, die zij aan het
personeel hunner onderneming hebben gegeven ter verzekering van de naleving van de
bij en krachtens dit reglement gegeven voorschriften en regelen betreffende de veiligheid,
de gezondheid en de arbeid.
Artikel 11
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
2 Werkzaamheden, van welker goede uitvoering de veiligheid of de gezondheid van de
op of in een mijnwerk, op een boorwerk of bij mijnbouwkundige onderzoekingen tewerkgestelde
personen in belangrijke mate afhankelijk is, mogen slechts worden opgedragen aan daarvoor
lichamelijk en geestelijk geschikte, zomede betrouwbare personen.
-
3 Blijkt een persoon, aan wie werkzaamheden als in het tweede lid bedoeld zijn opgedragen,
aan een der aldaar genoemde eisen niet of niet langer te voldoen, dan moet hij onverwijld
van die werkzaamheden worden ontheven.
-
4 Degenen, die op of in een mijnwerk, op een boorwerk of bij mijnbouwkundige onderzoekingen
een leidinggevende of toezichthoudende functie vervullen, moeten zich in de Nederlandse
taal kunnen uitdrukken. Zij moeten de bepalingen van dit reglement kunnen lezen en
begrijpen.
Artikel 11a
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
2 Arbeiders die werkzaam zijn op mijnbouwinstallaties moeten, onverminderd het bepaalde
in het eerste lid, ook worden getraind in het uitvoeren van de handelingen die op
een specifieke arbeidsplaats moeten worden verricht. De in de eerste volzin bedoelde
handelingen moeten voor de desbetreffende arbeidsplaats nader worden omschreven in
het in artikel 14f bedoelde veiligheids- en gezondheidsdocument.
Artikel 12
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 De bestuurders van een mijnonderneming zijn verplicht aan de Inspecteur-Generaal der
Mijnen onverwijld opgave te doen van andere ondernemingen, die op of in een tot die
mijnonderneming behorend mijnwerk, op een tot die mijnonderneming behorend boorwerk
of bij mijnbouwkundige onderzoekingen, die door of in opdracht van die mijnonderneming
worden uitgevoerd, werkzaamheden verrichten en van de aard dezer werkzaamheden.
-
3 De in artikel 8, eerste en tweede lid, bedoelde verplichting geldt niet ten opzichte
van personen, die op tot een mijnonderneming behorende bovengrondse werken of boorwerken
of bij mijnbouwkundige onderzoekingen, door of in opdracht van een mijnonderneming
verricht, als bestuurder van of in dienst van een andere onderneming in het bedrijf
van deze andere onderneming werkzaam zijn.
-
4 In de gevallen, waarin het derde lid toepassing vindt, zijn het eerste onderscheidenlijk
tweede lid, zomede het derde lid van artikel 8 van overeenkomstige toepassing op de
bestuurders van de betrokken andere onderneming en op personen in dienst van die onderneming,
voor zover zij door die bestuurders zijn belast met de zorg voor de naleving van de
bij en krachtens dit reglement gegeven voorschriften en regelen.
Artikel 13
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Werkzaamheden op of in een mijnwerk, op een boorwerk of bij mijnbouwkundige onderzoekingen
mogen, in geval zij aan een andere onderneming worden opgedragen, uitsluitend opgedragen
worden aan ondernemingen, waarvan redelijkerwijs mag worden verwacht, dat zij de opgedragen
arbeid naar behoren zullen verrichten.
Artikel 14
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
2 Onze Minister kan met betrekking tot door hem aangewezen personen of groepen van
personen, die op of in een mijnwerk, op een boorwerk of bij mijnbouwkundige onderzoekingen
zijn tewerkgesteld, doch niet in dienst van de betrokken mijnonderneming zijn, van
het in het eerste lid onder b en c bepaalde ontheffing verlenen.
Artikel 14a
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De bestuurders van een mijnonderneming of in artikel 12, eerste lid, bedoelde andere
onderneming zijn verplicht te zorgen voor de veiligheid en de gezondheid van de arbeiders
inzake alle met het werk verbonden aspecten.
Artikel 14b
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 De nodige maatregelen dienen te worden getroffen ter bescherming van de veiligheid
en de gezondheid van de arbeiders, met inbegrip van de maatregelen ter preventie van
beroepsrisico's, voor informatie en opleiding alsmede voor de organisatie en de benodigde
middelen. Deze maatregelen moeten worden aangepast, ten einde rekening te houden met
gewijzigde omstandigheden en streven naar verbetering van bestaande situaties.
Artikel 14ba
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 Onverminderd artikel 14b dienen de bestuurders van de betrokken ondernemingen waarin een of meer arbeiders
beneden 18 jaar werkzaam zijn, maatregelen te treffen ter verzekering van hun veiligheid
en gezondheid op grond van een beoordeling van de risico’s waaraan de bedoelde arbeiders
bij hun arbeid blootgesteld worden. Deze beoordeling dient plaats te vinden voor de
arbeiders met hun arbeid beginnen en wanneer de arbeidsomstandigheden zich ingrijpend
wijzigen.
-
4 Een wijziging van de bijlage, genoemd in het derde lid, gaat voor de toepassing van
het Mijnreglement 1964 gelden met ingang van de dag waarop aan het betrokken wijzigingsbesluit
van de Raad van de Europese Unie of de Commissie van de Europese Gemeenschappen uitvoering
moet zijn gegeven, tenzij bij besluit van Onze Minister, dat in de Staatscourant wordt
bekendgemaakt, een ander tijdstip wordt vastgesteld.
Artikel 14c
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Bij de tenuitvoerlegging van de in artikel 14b, eerste lid, bedoelde maatregelen worden de volgende algemene preventieprincipes
in acht genomen:
-
a. het voorkomen van risico's;
-
b. het evalueren van risico’s die niet kunnen worden voorkomen;
-
c. de bestrijding van de risico’s bij de bron;
-
d. de aanpassing van het werk aan de mens, met name wat betreft de inrichting van de
arbeidsplaats en de keuze van werkuitrusting en werk- en produktiemethoden, met name
om monotone arbeid en tempogebonden arbeid draaglijker te maken en de nadelige gevolgen
daarvan voor de gezondheid te beperken;
-
e. het rekening houden met de ontwikkeling van de techniek;
-
f. de vervanging van wat gevaarlijk is door dat wat niet gevaarlijk of minder gevaarlijk
is;
-
g. de planning van de preventie met het oog op een samenhangend geheel dat de volgende
aspecten in de preventie integreert: techniek, organisatie van het werk, arbeidsomstandigheden,
sociale betrekkingen en invloed van de omgevingsfactoren op het werk;
-
h. het geven van voorrang aan maatregelen inzake collectieve bescherming boven maatregelen
inzake individuele bescherming;
-
i. het verstrekken van passende instructies aan de arbeiders.
Artikel 14d
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Ter verzekering van de veiligheid en de gezondheid van de arbeiders worden de nodige
maatregelen getroffen om ervoor te zorgen dat:
-
a. de arbeidsplaatsen zodanig worden ontworpen, gebouwd, uitgerust, in bedrijf gesteld,
gebruikt en onderhouden dat arbeiders hun werk kunnen verrichten zonder gevaar voor
hun veiligheid of gezondheid of de veiligheid of gezondheid van andere arbeiders;
-
b. wanneer bemande arbeidsplaatsen in gebruik zijn, toezicht wordt uitgeoefend door een
verantwoordelijke persoon;
-
c. werkzaamheden waaraan een bijzonder risico is verbonden uitsluitend aan vakbekwaam
personeel worden opgedragen en overeenkomstig de verstrekte instructies worden uitgevoerd;
-
d. alle veiligheidsinstructies voor alle betrokken arbeiders begrijpelijk zijn;
-
e. passende eerste-hulpvoorzieningen ter beschikking worden gesteld;
-
f. met regelmatige tussenpozen de nodige veiligheidsoefeningen worden gehouden.
Artikel 14e
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De bestuurders van een mijnonderneming of in artikel 12, eerste lid, bedoelde andere
onderneming moeten:
-
a. beschikken over een evaluatie van de risico’s voor de veiligheid en de gezondheid
op het werk met inbegrip van de risico’s voor de groepen arbeiders met bijzondere
risico's;
-
b. de te nemen beschermende maatregelen en, indien nodig, de te gebruiken beschermingsmiddelen
vaststellen, en dit schriftelijk vastleggen;
-
c. een lijst bijhouden van arbeidsongevallen die voor een arbeider hebben geleid tot
een arbeidsongeschiktheid van meer dan één werkdag.
Artikel 14f
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 De bestuurders van een mijnonderneming of in artikel 12, eerste lid, bedoelde andere
onderneming dienen voor de bij ministeriële regeling te omschrijven boorwerken, installaties
en werkzaamheden een veiligheids- en gezondheidsdocument op te stellen en bij te houden,
dat de materie, geregeld bij of krachtens de artikelen 9b, 14b, 14ba, 14c en 14e, bestrijkt.
Artikel 14g
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De bestuurders van een mijnonderneming of in artikel 12, eerste lid, bedoelde andere
onderneming moeten een veiligheids- en gezondheidszorgsysteem opstellen. Dit systeem
omvat het geheel van beleid, organisatie, planning, uitvoering, monitoring, evaluatie,
doorlichting en verbetering dat wordt gehanteerd voor de beheersing van de veiligheid
en de gezondheid.
Artikel 14h
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
3 Bij de planning en de tenuitvoerlegging van alle in artikel 14d, onder a, bedoelde fasen dienen de in het desbetreffende veiligheids- en gezondheidsdocument
vermelde procedures en uitvoeringsbepalingen in acht te worden genomen.
Artikel 14i
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 Wanneer er arbeiders van verschillende ondernemingen op een zelfde arbeidsplaats aanwezig
zijn, moeten de bestuurders van die ondernemingen, onverminderd de andere bepalingen
van dit reglement, samenwerken bij de uitvoering van de maatregelen inzake veiligheid,
hygiëne en gezondheid en elkaar wederzijds alsmede hun arbeiders of hun vertegenwoordigers
van de beroepsrisico’s op de hoogte stellen.
-
2 De bestuurders van de betrokken mijnonderneming moeten de uitvoering van alle maatregelen
inzake veiligheid en gezondheid van de arbeiders coördineren. Zij preciseren in het
in artikel 14f bedoelde veiligheids- en gezondheidsdocument het doel, de maatregelen en de wijze
van uitvoering van deze coördinatie.
Artikel 14j
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
2 De arbeider die, in geval van een niet te vermijden, ernstig en onmiddellijk gevaar
zijn werkplek of een gevaarlijke zone verlaat, mag daar geen nadeel van ondervinden
en moet worden beschermd tegen alle ongerechtvaardigde nadelige gevolgen daarvan.
-
3 De in het eerste lid bedoelde bestuurders zorgen ervoor dat elke arbeider, wanneer
een ernstig en onmiddellijk gevaar voor zijn eigen veiligheid of die van anderen dreigt
en het onmogelijk is contact op te nemen met de bevoegde hiërarchieke chef, rekening
houdend met zijn technische kennis en middelen, de nodige doeltreffende maatregelen
kan nemen om de gevolgen van een dergelijk gevaar te voorkomen. Hun optreden mag dan
voor hem geen enkel nadeel met zich brengen, tenzij hij ondoordacht heeft gehandeld
of zich schuldig heeft gemaakt aan grove nalatigheid.
Artikel 14k
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Onze Minister kan nadere regelen stellen ter zake van het in de artikelen 14a tot en met 14j bepaalde.
Artikel 15
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De bescheiden, voorzien in het bij of krachtens dit reglement bepaalde, moeten op
voldoend duidelijke wijze worden opgesteld, doelmatig worden ingericht, doelmatig
worden bijgehouden en, behoudens voor wat de in artikel 14 bedoelde betreft, op door
Onze Minister goedgekeurde plaatsen aanwezig zijn. Zij moeten, voor zover bij of krachtens
dit reglement niet anders is bepaald, gedurende tenminste één jaar ter beschikking
blijven.
Artikel 16
[Vervallen per 01-01-1998]
Artikel 17
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 Een uittreksel uit dit reglement en de ter uitvoering daarvan gegeven nadere regelen,
waarin zijn opgenomen de bepalingen, welke naar het oordeel van Onze Minister voor
bepaalde op of in een mijnwerk, op een boorwerk of bij mijnbouwkundige onderzoekingen
tewerkgestelde personen of groepen van personen in het bijzonder van belang zijn,
moet bij indiensttreding, tewerkstelling of indeling bij een dergelijke groep aan
die personen worden uitgereikt, tenzij blijkt dat zij reeds in het bezit van zodanig
uittreksel zijn.
Artikel 18
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
3 Het is aan personen, die niet voldoende bekend zijn met plaats, werken of inrichtingen,
verboden zich zonder bevoegd geleide op de bovengrondse werken, in de ondergrondse
werken of op boorwerken op te houden.
Artikel 18a
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
2 De toestemming moet door de bestuurders van de betrokken mijnonderneming of in artikel
12, eerste lid, bedoelde andere onderneming worden gegeven voor de aanvang van de
werkzaamheden en daarbij dient te worden aangegeven aan welke voorwaarden moet worden
voldaan en welke voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen voor, tijdens en na de
werkzaamheden.
Hoofdstuk IA. Raadpleging van en deelneming door de arbeiders
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
Artikel 18b
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De bestuurders van de betrokken mijnonderneming of in artikel 12, eerste lid, bedoelde
andere onderneming raadplegen over vraagstukken die betrekking hebben op de veiligheid
en de gezondheid op het werk de betrokken arbeiders of hun vertegenwoordigers en geven
hun het recht tot evenwichtige deelneming aan de behandeling daarvan en tot het doen
van voorstellen daaromtrent.
Artikel 18c
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De arbeiders, of hun vertegenwoordigers, met een specifieke taak op het gebied van
de bescherming van de veiligheid en de gezondheid van de arbeiders hebben toegang
tot alle nodige informatie betreffende, en worden vooraf tijdig geraadpleegd over:
-
a. alle maatregelen die van wezenlijke invloed kunnen zijn op de veiligheid en de gezondheid;
-
b. de aanwijzing van personen als bedoeld in de artikelen 9c, eerste lid, 176, eerste lid, onder c, 279, eerste lid, onder d, en 281, vierde lid, en van activiteiten als bedoeld in artikel 9c, eerste lid.
-
c. de toepassing van de artikelen 9b, tweede lid, 12, tweede lid, 14e en 278;
-
d. het aantal en de opleiding van de onder b bedoelde personen en het materiaal waarover zij kunnen beschikken;
-
e. de van de beschermings- en preventieactiviteiten van de Inspecteur-Generaal der Mijnen
afkomstige informatie;
-
f. het eventuele beroep dat overeenkomstig artikel 9c, derde lid, wordt gedaan op deskundige personen of diensten van buiten de onderneming.
-
g. de opzet en organisatie van de in artikel 8, vijfde lid, bedoelde voorzieningen.
Artikel 18d
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De in artikel 18c, aanhef, bedoelde arbeidersvertegenwoordigers hebben het recht de in artikel 18b bedoelde bestuurders te verzoeken passende maatregelen te nemen en hun in die zin
voorstellen te doen, om alle risico’s voor de arbeiders te ondervangen of de bronnen
van gevaar uit te schakelen.
Artikel 18e
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De in artikel 18c, aanhef, bedoelde arbeiders en vertegenwoordigers mogen geen nadeel ondervinden van
hun in de artikelen 18c en 18 d bedoelde activiteiten.
Artikel 18f
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
De in artikel 18b bedoelde bestuurders dienen de arbeidersvertegenwoordigers met een specifieke taak
op het gebied van de bescherming van de veiligheid en de gezondheid van de arbeiders
gedurende voldoende tijd met behoud van loon vrij te stellen van werk en de nodige
middelen ter beschikking te stellen om het deze vertegenwoordigers mogelijk te maken
de uit dit reglement voortvloeiende rechten en taken uit te oefenen respectievelijk
te vervullen.
Artikel 18g
[Regeling vervallen per 01-01-2003]
-
1 De arbeiders of hun vertegenwoordigers hebben het recht om zich tot de Inspecteur-Generaal
der Mijnen te wenden, indien zij menen dat de door de in artikel 18b bedoelde bestuurders genomen maatregelen en ingezette middelen niet toereikend zijn
om de veiligheid en de gezondheid op het werk te verzekeren.