Wet van 13 januari 1949, houdende instelling van schuldregisters voor geldleningen
ten laste van het Rijk
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is ten aanzien van de ten
laste van het Rijk aangegane geldleningen, waarbij zulks niet reeds in de voorwaarden
van uitgifte is geschied, de mogelijkheid te openen, tot het instellen van schuldregisters,
waarin de schuld ten name van de eigenaar wordt ingeschreven;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk wij goedvinden en verstaan bij deze: