Overzicht van wijzigingen voor Artikel 30i
(geldig op 01-08-2022)
Opmerking
Als gevolg van de gefaseerde inwerkingtreding van de wetgeving waarmee digitaal procederen mogelijk werd gemaakt (Stb. 2016, 288–294), zijn gedurende enige tijd twee verschillende versies van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering geldend geweest. Eén voor de gevallen waarin digitaal procederen gold en één voor de gevallen waarin dat nog niet het geval was. Per 1 mei 2023 bestaat er door technische eenmaking weer één versie van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Wilt u de wetstechnische informatie raadplegen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering dat gold in het geval van niet-digitaal procederen tussen 1-3-2017 en 1-5-2023, kijk dan op: https://wetten.overheid.nl/BWBR0039872/2023-01-01/0/informatie#tab-wijzigingenoverzicht.Ontstaansbron | Inwerkingtreding | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Datum van inwerkingtreding | Terugwerkende kracht | Betreft | Ondertekening | Bekendmaking | Kamerstukken | Ondertekening | Bekendmaking | Opmerking |
01-05-2023 | Vervallen | 25-01-2023 | Stb. 2023, 41 | 36212 | 20-03-2023 | Stb. 2023, 97 | ||
01-04-2021 | Wijziging | 13-07-2016 | Stb. 2016, 288 | 34059 | 04-02-2021 | Stb. 2021, 81 | Inwtr. 1 | |
01-09-2017 | Wijziging | 13-07-2016 | Stb. 2016, 288 | 34059 | 01-05-2017 | Stb. 2017, 174 | Inwtr. 2 | |
01-03-2017 | Nieuw | 13-07-2016 | Stb. 2016, 288 | 34059 | 25-01-2017 | Stb. 2017, 16 | Alg. 3, Inwtr. 4 |
Opmerkingen
- Treedt voor het vierde en vijfde lid uitsluitend in werking voor zover het betreft verzoekprocedures bij de Hoge Raad.1)
- Treedt in werking voor zover het betreft vorderingsprocedures bij
de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland, waarin partijen niet
in persoon kunnen procederen en met uitzondering van procedures die
worden ingesteld op grond van de artikelen 254, 438, tweede tot en
met vijfde lid, 486, eerste lid, 613, 642q, 771 van het Wetboek van
Burgerlijke Rechtsvordering, artikel 27 van Boek 3 van het
Burgerlijk Wetboek, artikel 122 van de Faillissementswet en de Onteigeningswet.
Treedt voor wat betreft het eerste, en zesde tot en met negende lid eveneens in werking voor vorderingsprocedures bij de Hoge Raad.
Treedt in werking met uitzondering van het achtste en negende lid, voor zover het een verzoek of tegenverzoek betreft.2) - De artikelen III en IV van Stb. 2016/288 bevatten overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.3)
- Treedt uitsluitend in werking voor zover het betreft vorderingsprocedures bij de Hoge Raad.4)