Subsidieregeling beproeven examenprogramma’s

[Regeling vervalt per 01-01-2030.]
Geraadpleegd op 09-08-2025. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2025 en zichtdatum 22-07-2025.
Geldend van 25-01-2025 t/m heden

Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Media van 14 januari 2025, nr. VO/1502027, houdende regels voor subsidieverstrekking ter ondersteuning van het beproeven van conceptexamenprogramma’s (Subsidieregeling beproeven examenprogramma’s)

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikelen 5.11 van de Wet voortgezet onderwijs 2020 en de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1.1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Hoofdstuk 2. Subsidieverstrekking beproeven conceptexamenprogramma eerste tranche

Artikel 2.1. Doel van de regeling en te subsidiëren activiteiten

  • 1 De minister kan voor het schooljaar 2025–2026 aan een bevoegd gezag van een vestiging subsidie verstrekken voor het beproeven van conceptexamenprogramma’s van vakken door middel van een try-out, als onderdeel van het onderwijsprogramma voor leerlingen van de schoolsoorten en leerwegen, genoemd in bijlage 1.

  • 2 Onverminderd artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht wordt subsidie in ieder geval geweigerd indien de kwaliteit van het onderwijs van de schoolsoort of leerweg van de vestiging waarvoor subsidie wordt aangevraagd als ‘onvoldoende’ of ‘zeer zwak’ is beoordeeld door de Inspectie van het Onderwijs op peildatum 25 november 2024.

Artikel 2.2. Subsidieaanvraag

  • 1 Een bevoegd gezag kan per vestiging ten hoogste drie aanvragen voor subsidie indienen. Per aanvraag kan voor ten hoogste één vak en voor één schoolsoort of leerweg subsidie worden aangevraagd.

  • 2 Een subsidieaanvraag kan worden ingediend van 3 februari 2025 tot en met 28 februari 2025.

  • 3 Voor de subsidieaanvraag wordt gebruik gemaakt van het digitale aanvraagformulier dat is bekendgemaakt op de website www.dus-i.nl.

  • 4 In afwijking van artikel 3.3 van de Kaderregeling bevat de aanvraag:

    • a. de gegevens van het bevoegd gezag;

    • b. het in RIO geïdentificeerde zescijferige nummer van de vestiging waarvoor de aanvraag wordt ingediend;

    • c. de contactgegevens van een contactpersoon van de vestiging die betrokken zal zijn bij het beproeven; en

    • d. het vak en de schoolsoort of leerweg waarvoor subsidie wordt aangevraagd, als bedoeld in bijlage 1.

  • 5 Aanvragen ingediend na afloop van het aanvraagtijdvak, bedoeld in het tweede lid, worden afgewezen.

Artikel 2.3. Subsidieplafond

Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling is een subsidieplafond beschikbaar van € 5.250.000 voor schooljaar 2025–2026.

Artikel 2.4. Subsidiebedrag

  • 1 De subsidie bedraagt € 35.000 per aanvraag.

  • 2 Het subsidiebedrag voor een aanvrager op Caribisch Nederland wordt uitbetaald in dollars tegen de vastgestelde wisselkoers.

Hoofdstuk 3. Wijze van verdeling

Artikel 3.1. Wijze van verdeling beschikbare middelen

  • 1 Per vak zijn hoogstens het aantal plekken beschikbaar per schoolsoort en leerweg als genoemd in bijlage 1.

  • 2 De volledige aanvragen worden na afloop van de aanvraagtermijn per vak op volgorde van binnenkomst gerangschikt en verdeeld over de beschikbare plaatsen, als genoemd in bijlage 1, waarbij per vak plek is voor maximaal één vestiging van een vso-school.

Artikel 3.2. Wijze van verdeling Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Wiskunde Maatschappij en Wiskunde Natuur

In aanvulling op artikel 3.1 worden de aanvragen voor de vakken Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, wiskunde maatschappij of wiskunde natuur, bedoeld in bijlage 1, na afloop van de aanvraagtermijn per vak op volgorde van binnenkomst gerangschikt, met dien verstande dat voorrang wordt gegeven aan de eerste aanvraag uit elke provincie, die voor subsidie in aanmerking komt.

Artikel 3.3. Wijze van verdeling Maatschappijleer

In aanvulling op artikel 3.1 worden de aanvragen voor het vak maatschappijleer, bedoeld in bijlage 1, na afloop van de aanvraagtermijn op volgorde van binnenkomst gerangschikt, met dien verstande dat:

  • a. voorrang wordt gegeven aan drie aanvragen van vestigingen met de denominatie bijzonder of overig; en

  • b. daarna voorrang wordt gegeven aan de eerste aanvraag uit elke provincie die voor subsidie in aanmerking komt, met dien verstande dat de provincies waarvoor op grond van onderdeel a reeds voorrang is gegeven, buiten beschouwing blijven.

Artikel 3.4. Wijze van verdeling Klassieke Talen: Grieks

In aanvulling op artikel 3.1 worden de aanvragen voor het vak klassieke talen: Grieks, bedoeld in bijlage 1, na afloop van de aanvraagtermijn op volgorde van binnenkomst gerangschikt, met dien verstande dat:

  • a. voorrang wordt gegeven aan één categoraal gymnasium; en

  • b. daarna voorrang wordt gegeven aan de eerste aanvraag uit elke provincie die voor subsidie in aanmerking komt, met dien verstande dat de provincies waarvoor op grond van onderdeel a reeds voorrang is gegeven, buiten beschouwing blijven.

Artikel 3.5. Wijze van verdeling Klassieke Talen: Latijn

In aanvulling op artikel 3.1 worden de aanvragen voor het vak klassieke talen: Latijn, bedoeld in bijlage 1, na afloop van de aanvraagtermijn op volgorde van binnenkomst gerangschikt, met dien verstande dat:

  • a. voorrang wordt gegeven aan drie categorale gymnasia; en

  • b. daarna voorrang wordt gegeven aan de eerste aanvraag uit elke provincie die voor subsidie in aanmerking komt, met dien verstande dat de provincies waarvoor op grond van onderdeel a reeds voorrang is gegeven, buiten beschouwing blijven.

Artikel 3.6. Wijze van verdeling O&O en NLT

  • 1 In aanvulling op artikel 3.1 worden de aanvragen voor het vak O&O of NLT, bedoeld in bijlage 1, na afloop van de aanvraagtermijn per vak op volgorde van binnenkomst gerangschikt, met dien verstande dat:

    • a. voorrang wordt gegeven aan de eerste aanvraag uit elke provincie, die voor subsidie in aanmerking komt; en

    • b. indien na toepassing van onderdeel a nog plekken resteren, voorrang wordt gegeven aan drie aanvragen van vestigingen die in ieder geval de schoolsoorten mavo, havo en vwo aanbieden.

  • 2 Er is plek voor maximaal één categoraal vwo per vak.

Artikel 3.7. Wijze van verdeling Wiskunde 1

In aanvulling op artikel 3.1 worden de aanvragen voor het vak Wiskunde 1, bedoeld in bijlage 1 na afloop van de aanvraagtermijn op volgorde van binnenkomst gerangschikt, met dien verstande dat:

Hoofdstuk 4. Verplichtingen, verantwoording en betaling eerste tranche

Artikel 4.1. Subsidieverplichtingen

  • 1 In aanvulling op hoofdstuk 5 van de Kaderregeling worden aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen opgelegd:

    • a. de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt worden uitgevoerd gedurende het schooljaar 2025–2026;

    • b. de subsidieontvanger neemt deel aan de door SLO georganiseerde online en fysieke bijeenkomsten ten behoeve van de uitvoering van het beproeven;

    • c. de subsidieontvanger neemt deel aan de door SLO georganiseerde landelijke monitorings- en kennisdelingsactiviteiten;

    • d. de subsidieontvanger stelt gedurende de subsidieperiode twee leraren beschikbaar voor materiaalontwikkeling op basis van het conceptexamenprogramma, de voorbereiding en het geven van onderwijs op basis van het conceptexamenprogramma aan de leerlingen die bij hen het desbetreffende vak volgen en voorbereiding van en deelname aan de door SLO georganiseerde bijeenkomsten; en

    • e. de subsidieontvanger stelt een schoolleider beschikbaar voor deelname aan de door SLO georganiseerde bijeenkomsten gedurende het schooljaar voor het leveren van een bijdrage aan het beproeven.

  • 2 In afwijking van het eerste lid, onderdeel d, wordt aan een bevoegd gezag van een vestiging die de vakken Chinees of Fries, bedoeld in bijlage 1, beproeft, de verplichting opgelegd dat gedurende de subsidieperiode voor het betreffende vak één leraar beschikbaar wordt gesteld voor materiaalontwikkeling op basis van het conceptexamenprogramma, de voorbereiding en het geven van onderwijs op basis van het conceptexamenprogramma aan de leerlingen die het vak volgen en voorbereiding van en deelname aan de door SLO georganiseerde bijeenkomsten.

  • 3 Aan de verplichtingen, genoemd in het eerste lid, onderdelen b tot en met e, en het tweede lid is voldaan indien aan minimaal 80% van de door SLO georganiseerde bijeenkomsten en activiteiten is deelgenomen.

  • 4 In aanvulling op het eerste lid, wordt aan de subsidieontvanger die het vak klassieke talen: Grieks of het vak klassieke talen: Latijn beproeft, bedoeld in bijlage 1, de verplichting opgelegd dat het conceptexamenprogramma wordt beproefd bij tenminste vijftien leerlingen uit de bovenbouw, uitgezonderd het zesde leerjaar van het vwo.

  • 5 In aanvulling op het eerste lid, wordt aan de subsidieontvanger die de vakken wiskunde maatschappij, wiskunde natuur, wiskunde 1, NLT of O&O beproeft, bedoeld in bijlage 1, de verplichting opgelegd dat het conceptexamenprogramma wordt beproefd bij tenminste twintig leerlingen uit de bovenbouw.

Artikel 4.3. Betaling

  • 2 De minister verleent een voorschot van 100% en betaalt het subsidiebedrag ineens.

Artikel 4.4. Besteding en verantwoording

  • 1 Als de activiteiten zijn uitgevoerd en aan de verplichtingen is voldaan, kan het niet aangewende deel van de subsidie worden besteed aan andere activiteiten waarvoor bekostiging wordt verstrekt.

  • 3 Als de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend geheel zijn verricht en volledig is voldaan aan de verplichtingen die verbonden zijn aan de verleende subsidie, wordt de subsidie vastgesteld op het bedrag waarvan de hoogte door de minister bij de verlening is genoemd.

  • 4 Als niet aan alle verplichtingen is voldaan, kan de subsidie lager worden vastgesteld.

  • 5 De vaststelling vindt plaats binnen één jaar na indiening van het jaarverslag over de laatste activiteitenperiode.

Hoofdstuk 5. Slotbepalingen

Artikel 5.1. Hardheidsclausule

De minister kan een of meer bepalingen van deze regeling in bijzondere gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 5.2. Inwerkingtreding

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2030.

Artikel 5.3. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling beproeven examenprogramma’s.

Deze regeling zal met de toelichting en bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M.L.J. Paul

Bijlage 1. Aantal plekken per conceptexamenprogramma

Behorende bij artikel 2.1 van de Subsidieregeling beproeven examenprogramma’s

Plekken per examenprogramma 2025–2026

             
 

Vmbo bb1

Vmbo kb2

Vmbo gl/tl3

Havo

Vwo

 

Totaal per vak

Nederlands

4

4

4

4

4

 

20

Engels

3

3

3

3

3

 

15

Frans

1

1

1

1

1

 

5

Duits

1

1

1

1

1

 

5

Spaans of Italiaans

1

1

1

1

1

 

5

Frans, Spaans, Duits of Italiaans

1

1

1

1

1

 

5

Chinees

 

2

2

 

4

Maatschappijleer

3

3

3

3

3

 

15

Fries

2

2

2

2

 

8

Klassieke Talen: Grieks

 

3

 

3

Klassieke Talen: Latijn

 

7

 

7

O&O

 

4

4

 

8

NLT

 

4

4

 

8

Wiskunde Maatschappij

 

6

8

 

14

Wiskunde Natuur

 

8

8

 

16

Wiskunde 1

4

4

4

     

12

1 Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs basisberoepsgerichte leerweg.

2 Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs kaderberoepsgerichte leerweg.

3 Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs gemengde leerweg/theoretische leerweg.