Wet van 17 oktober 2018 tot wijziging van de Wet politiegegevens en de Wet justitiële
en strafvorderlijke gegevens ter implementatie van Europese regelgeving over de verwerking
van persoonsgegevens met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en
vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is richtlijn (EU) 2016/680
van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming
van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde
autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging
van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije
verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad
(PbEU 2016, L119) uit te voeren, en dat het wenselijk is de hiervoor noodzakelijke
bepalingen aan te passen in de Wet politiegegevens en de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze: