Beleidsregel van De Nederlandsche Bank N.V. van 30 juni 2015 betreffende het Internal
Capital Adequacy Assessment Process, bedoeld in artikel 3:17, tweede lid, onderdeel
c, van de Wet op het financieel toezicht, van beleggingsondernemingen met een vergunning
als bedoeld in artikel 2:96 van de Wft en van beheerders van een beleggingsinstelling
met een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 van de Wft aan wie het is toegestaan
om één of meerdere van de activiteiten te verrichten of diensten te verlenen als bedoeld
in artikel 2:67a, tweede lid, van de Wft (Beleidsregel ICAAP beleggingsondernemingen
en beleggingsinstellingen Wft 2015)
De Nederlandsche Bank N.V.,
Na raadpleging van de betrokken representatieve organisaties;
Gelet op artikel 3:17, tweede lid, aanhef en onderdeel c, derde en vierde lid, en artikel 3:18a van de Wet op het financieel toezicht;
Gelet op de artikelen 23, 23a, 24a en 24b van het Besluit prudentiële regels Wft;
Gelet op Richtlijn nr. 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot
het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen
en beleggingsondernemingen, tot wijziging van richtlijn nr. 2002/87/EG en tot intrekking
van de richtlijnen nr. 2006/48/EG en nr. 2006/49/EG (CRD IV; PbEU L 176), in het bijzonder
de artikelen 73 tot en met 96;
Gelet op Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26
juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen
en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (CRR; PbEU L 176), in het bijzonder
de artikelen 92, 95 en 96;