Regeling rechtspositie leden met rechtspraak belast en gerechtsauditeurs CRvB en CBb

Geraadpleegd op 22-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 30-05-2020 en zichtdatum 02-05-2024.
Geldend van 13-09-2014 t/m heden

Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 1 september 2014, nr. 492909, houdende het van overeenkomstige toepassing verklaren van enkele rechtspositionele regelingen ten aanzien van de leden met rechtspraak belast en de senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven (Regeling rechtspositie leden met rechtspraak belast en gerechtsauditeurs CRvB en CBb)

Artikel 1

Op de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de senior-gerechtsauditeurs en de gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven zijn de artikelen 2 tot en met 5 van de Anticumulatieregeling PAS Rechterlijke Macht van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • a. onder rechterlijk ambtenaar wordt verstaan: de leden met rechtspraak belast en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven;

  • b. het bestuur van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven wordt aangemerkt als hun functionele autoriteit.

Artikel 2

Op de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de senior-gerechtsauditeurs en de gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven zijn de artikelen 4 tot en met 6 van de Regeling algemene onkostenvergoeding rechterlijke ambtenaren van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • a. onder rechterlijk ambtenaar wordt verstaan: de leden met rechtspraak belast en de senior-gerechtsauditeurs en de gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven;

  • b. de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de senior-gerechtsauditeurs en de gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven voor de overeenkomstige toepassing van artikel 3 worden gelijkgesteld met rechterlijke ambtenaren van wie het een benoeming in een bij een gerechtshof of rechtbank te vervullen ambt betreft.

Artikel 3

Op de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven is artikel 1 van de regeling van de Minister van Justitie van 26 juli 2004, nr. 526620/804, houdende regels inzake individuele keuzen in het arbeidsvoorwaardenpakket (IKAP) voor de sector Rechterlijke Macht(Stcrt. 2004, 141) van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • a. onder rechterlijk ambtenaar wordt verstaan: de leden met rechtspraak belast en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven en onder bevoegd gezag;

  • b. het bestuur van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven wordt aangemerkt als hun functionele autoriteit.

Artikel 4

Op de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de senior-gerechtsauditeurs en de gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven zijn de artikelen 1, 3 en 4 van de Levensloopregeling sector Rechterlijke Macht van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • a. onder ambtenaar wordt verstaan: de leden met rechtspraak belast en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven;

  • b. het bestuur van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven wordt aangemerkt als hun functionele autoriteit.

Artikel 5

Op de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven zijn de artikelen 1 en 2 van de Regeling inhouding vaste vergoeding bij buitengewoon verlof op grond van artikel 45 Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • a. onder betrokkene wordt verstaan: de leden met rechtspraak belast en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven;

  • b. het bestuur van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven wordt aangemerkt als hun functionele autoriteit.

Artikel 6

Op de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven zijn de artikelen 1 tot en met 10 van de Regeling geneeskundig onderzoek en psychologisch onderzoek rechterlijke macht van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat onder betrokkene wordt verstaan: de leden met rechtspraak belast en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

Artikel 7

Op de leden met rechtspraak belast van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs bij de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven is artikel 1 van de regeling van de Minister van Justitie van 20 december 2004, nr. 5326086/804, inzake de procedure bij reorganisaties in de sector Rechterlijke macht(Stcrt. 2004, 250) van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • a. onder ambtenaar, wordt verstaan: de leden met rechtspraak belast en senior-gerechtsauditeurs en gerechtsauditeurs van de Centrale Raad van Beroep en het College van Beroep voor het bedrijfsleven;

  • b. het bestuur van de Centrale Raad van Beroep onderscheidenlijk het College van Beroep voor het bedrijfsleven wordt aangemerkt als hun functionele autoriteit.

Artikel 8

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 juli 2010.

Artikel 9

Deze regeling zal worden aangehaald als: Regeling rechtspositie leden met rechtspraak belast en gerechtsauditeurs CRvB en CBb.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 1 september 2014

De

Minister

van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten

Naar boven