Om vast te stellen of de beroepspensioenvereniging voldoet aan de eis van ‘belangrijke
meerderheid’ zal de representativiteit van de beroepspensioenvereniging worden beoordeeld.
In artikel 5, eerste lid, onderdeel b, Wvb staat dat de beroepspensioenvereniging een belangrijke meerderheid van de beroepsgenoten
die tot de beroepsgroep behoren moet vertegenwoordigen. Wie tot de beroepsgroep behoort,
hebben de beroepsgenoten gedefinieerd in de werkingssfeer van de pensioenregeling.
De representativiteit wordt via de volgende formule gemeten:
aantal beroepsgenoten binnen de werkingssfeer dat lid is van de
beroepspensioenvereniging
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
x 100%
het totaal aantal beroepsgenoten binnen de werkingssfeer van de
pensioenregeling
Als er een verplichtstelling wordt gevraagd voor een nieuwe beroepspensioenregeling
voor zowel zelfstandig werkende beroepsgenoten als voor beroepsgenoten in loondienst
moet eerst de verhouding tussen beide groepen worden beoordeeld. Dit dient ook te
gebeuren als voor een bestaande beroepspensioenregeling die nu alleen geldt voor zelfstandige
beroepsgenoten, een uitbreiding met beroepsgenoten in loondienst wordt gevraagd. In
artikel 20 Wvb is bepaald dat de beroepspensioenregeling in overwegende mate is bestemd voor zelfstandig
werkende beroepsgenoten. Daarbij is gedacht aan een percentage van 55 afgezet tegen
het totaal aantal beroepsgenoten vallend onder de werkingssfeer van de verplichtstelling.
Is het percentage minder dan 55 dan zal dat verzoek om verplichtstelling voor beide
groepen niet verder in behandeling worden genomen. De beroepspensioenvereniging kan
dan vervolgens een verplichtstelling voor alleen de zelfstandig werkende beroepsgenoten
aanvragen.
Is het percentage 55 of meer dan zal vervolgens de representativiteit voor beide groepen
beroepsgenoten afzonderlijk worden beoordeeld. Dat gebeurt via de volgende formules:
aantal zelfstandig werkende beroepsgenoten binnen de werkingssfeer dat lid is van
de beroepspensioenvereniging
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
x 100%
het totaal aantal zelfstandig werkende beroepsgenoten binnen de werkingssfeer van
de pensioenregeling
aantal beroepsgenoten in loondienst binnen de werkingssfeer dat lid is van de beroepspensioenvereniging
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
x 100%
het totaal aantal beroepsgenoten in loondienst binnen de werkingssfeer van de
pensioenregeling