Beschikking casinospelen 1996

Geraadpleegd op 01-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2017 en zichtdatum 16-05-2024.
Geldend van 01-05-2017 t/m 30-11-2017

Beschikking Casinospelen 1996

De Staatssecretaris van Justitie en de Minister van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 27h, 27i, 30z en 34 van de Wet op de kansspelen, en artikel 11 van het Speelautomatenbesluit 2000;

Gelezen het advies van het College van toezicht op de kansspelen van 22 september 1997;

Besluiten:

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

  • a. de Wet: de Wet op de kansspelen;

  • b. de Minister: de Minister van Veiligheid en Justitie;

  • c. de Kansspelautoriteit: de raad van bestuur van de kansspelautoriteit bedoeld in artikel 33a van de wet;

  • d. de vergunninghouder: de rechtspersoon aan welke in artikel 2 vergunning wordt verleend;

  • e. speelcasino: een inrichting als bedoeld in artikel 27g, tweede lid, van de wet;

  • f. speelzaal: een zich binnen een speelcasino bevindende ruimte bestemd voor de organisatie van casinospelen of de opstelling van kansspelautomaten;

  • g. kansspelautomaat: kansspelautomaat zoals bedoeld in artikel 30, onder c, van de wet;

  • h. spelreglement: reglement als bedoeld in artikel 4, tweede lid;

  • i. huisreglement: reglement als bedoeld in artikel 10, tweede lid;

  • j. incidenten: alle situaties die het vertrouwen van de consument in de vergunde kansspelen kunnen schaden;

  • k. compliance officer: de functionaris als bedoeld in artikel 16, tweede lid, onder a.

Artikel 2

  • 1 Aan Holland Casino N.V., een naamloze vennootschap naar Nederlands recht gevestigd te Den Haag met KvK-nummer 68662289 wordt voor onbepaalde duur vergunning verleend tot:

    • a. het organiseren van een speelcasino in de gemeenten Zandvoort, Valkenburg, ’s-Gravenhage, Breda, Groningen, Nijmegen, Rotterdam, Amsterdam, Eindhoven, Utrecht, Enschede, Haarlemmermeer, Venlo en Leeuwarden;

    • b. het organiseren van een speelcasino in de gemeente Haarlem, zodra de vergunninghouder het organiseren van een speelcasino in de gemeente Zandvoort beëindigt;

    • c. het organiseren van een tweede speelcasino in de gemeente Amsterdam, zodra de vergunninghouder het organiseren van een speelcasino in de gemeente Haarlemmermeer beëindigt;

    • d. het aanwezig hebben en exploiteren en exploiteren van kansspelautomaten in de onder a. tot en met c. bedoelde speelcasino’s.

  • 2 Aan de vergunning worden de in artikel 3 tot en met 21 vervatte voorschriften verbonden. De vergunninghouder is verantwoordelijk voor de naleving ervan, zowel door hemzelf als door degenen die hij bij het organiseren van de speelcasino’s en het aanwezig hebben en exploiteren van kansspelautomaten in die speelcasino’s inschakelt, hetzij direct, hetzij indirect.

Artikel 3

  • 1 De vergunninghouder spant zich in voor de inachtneming van het huisreglement en het spelreglement.

  • 2 Het huisreglement en het spelreglement van de vergunninghouder, alsmede de wijziging daarvan, behoeven de voorafgaande goedkeuring van de Kansspelautoriteit.

  • 3 [Red: Vervallen.]

  • 4 [Red: Vervallen.]

  • 5 Activiteiten van de vergunninghouder die geen verband houden met het organiseren van speelcasino’s in Nederland, dienen vooraf te worden gemeld aan de minister, behoudens in geval deze activiteiten van beperkte omvang zijn en het karakter van de vergunninghouder niet wijzigen. Voor zover deze nevenactiviteiten een omvang hebben van meer dan € 204.000,- per jaar kunnen zij slechts worden ondernomen indien binnen een periode van acht weken na ontvangst van de kennisgeving van het voornemen, daartegen door de minister geen bezwaar is gemaakt.

    Ten aanzien van activiteiten van de vergunninghouder die betrekking hebben op buitenlandse casino’s dient in de overeenkomst een voorbehoud te worden gemaakt met betrekking tot goedkeuring door de minister.

  • 6 Voorzieningen in het speelcasino ten behoeve van de bezoekers die geen verband houden met het organiseren van de casinospelen, dienen vooraf te worden gemeld aan de minister, behoudens in geval deze voorzieningen van beperkte omvang zijn en het karakter van het speelcasino niet wijzigen.

Artikel 4

  • 1 In een speelcasino worden uitsluitend de volgende casinospelen aangeboden:

    • a. Franse roulette;

    • b. Amerikaanse roulette;

    • c. Black jack;

    • d. Baccara/chemin de fer;

    • e. Punto banco;

    • f. Sic bo;

    • g. Money Wheel;

    • h. Red dog;

    • i. Keno/Bingo;

    • j. Poker;

    • k. Casino War;

    • l. Diceball.

  • 2 De vergunninghouder stelt een spelreglement op betreffende de wijze waarop de in het eerste lid bedoelde casinospelen worden gespeeld.

  • 3 In de speelcasino’s kunnen ook andere casinospelen dan de in artikel 4, eerste lid, bedoelde casinospelen worden georganiseerd teneinde de exploitatiemogelijkheden hiervan te beproeven. Van de voorgenomen proefopstelling wordt voor de plaatsing door de vergunninghouder mededeling gedaan aan de Kansspelautoriteit.

  • 4 De proefperiode bedraagt ten hoogste een jaar. Uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de periode wordt door de vergunninghouder aan de Kansspelautoriteit verslag gedaan van de bevindingen inzake de proefopstelling.

  • 5 De vergunninghouder beëindigt de proefopstelling op aanwijzing daartoe van de Kansspelautoriteit.

  • 6 De proefperiode kan door de Kansspelautoriteit met ten hoogste zes maanden worden verlengd.

Artikel 5

  • 1 De inzet per speelkans bij de in artikel 4, eerste lid bedoelde casinospelen varieert van € 5,- tot € 10.000,-.

  • 2 De vergunninghouder draagt in elk speelcasino afzonderlijk zorg voor ten minste één casinospel als bedoeld in artikel 4, eerste lid, waarbij de minimuminzet niet meer dan € 5,- bedraagt.

  • 3 In afwijking van het eerste lid zal de vergunninghouder in elk casino één of meer casinospelen aanbieden, waarbij de inzet € 2,- of lager is;

Artikel 6

  • 1 De vergunninghouder treft alle noodzakelijke maatregelen en voorzieningen voor een eerlijk spelverloop van de casinospelen en treft alle noodzakelijke maatregelen en voorzieningen om fraude en misbruik tegen te gaan.

  • 2 De vergunninghouder garandeert in ieder geval:

    • a. het toezicht op de inzetten en uitbetaalde bedragen;

    • b. dat het spelmateriaal, de speelpenningen daaronder begrepen, veilig, betrouwbaar en doeltreffend is;

    • c. een deugdelijke controle op de transacties met geld en speelpenningen, de bewaring daarvan, alsmede op de registratie van de bewaring;

    • d. bij iedere speeltafel een zodanig aantal personeelsleden dat een vlotte spelafwikkeling is gewaarborgd;

    • e. te allen tijde dat zij tijdens de openingsuren van de speelzaal in het speelcasino vertegenwoordigd is door een daartoe aangewezen persoon, welke bevoegd is namens haar beslissingen te nemen.

  • 3 De procedurehandboeken betreffende de administratieve organisatie en interne controle bevatten ten minste regels inzake:

    • a. kwaliteit, bewaring en onbruikbaar maken van het spelmateriaal;

    • b. speeltafelvoorschotten, transacties en tellingen;

    • c. de inzet van personeel, de onderlinge controle en het toezicht.

Artikel 7

  • 1 De mechanische, elektrische en elektronische processen die gebezigd worden bij de deelneming, prijsbepaling en vaststelling van de winnaars van de krachtens deze vergunning georganiseerde casinospelen, zijn onderworpen aan een voorafgaande goedkeuring en periodieke controle door een door de Minister krachtens artikel 5, derde lid, van het Kansspelenbesluit aangewezen onafhankelijke deskundige of keuringsinstelling.

  • 2 Het onderzoek van de overeenkomstig het eerste lid aangewezen deskundige of keuringsinstelling geschiedt met het oog op de controle en het toezicht op de naleving van de vergunningsvoorwaarden en voorschriften met betrekking tot het voorkomen van fraude en misbruik en dient er mede op te zijn gericht dat de grootst mogelijke garantie wordt geboden tegen aantasting van het toevalskarakter van de door de vergunninghouder aangeboden spelen.

  • 3 Het verslag van bevindingen betreffende de periodieke controle door de overeenkomstig het eerste lid aangewezen deskundige of keuringsinstelling wordt uiterlijk twee maanden na afloop van een kalenderjaar door de vergunninghouder ter kennis gebracht van de Kansspelautoriteit.

  • 4 De kosten verbonden aan de in het eerste lid bedoelde goedkeuring en controle zijn voor rekening van de vergunninghouder.

Artikel 8

  • 1 In een speelcasino worden uitsluitend kansspelautomaten opgesteld waarvan het model zodanig is geconstrueerd dat:

    • a. het toevalskarakter van het spel dat de kansspelautomaat aanbiedt voortdurend gewaarborgd is;

    • b. structurele weigering van het uitbetalingsmechanisme de automaat buiten werking stelt;

    • c. het spelproces in werking wordt gesteld doordat of nadat, al naar gelang de spelsoort, de speler de inworp heeft gedaan;

    • d. de inworp slechts gedaan kan worden in de vorm van geldige Nederlandse bankbiljetten of munten, speelpenningen, of vreemde munten of bankbiljetten;

    • e. de inzet per inzetmogelijkheid ten hoogste € 50,- is;

    • f. binnen één spel maximaal € 150,- kan worden verspeeld;

    • g. de totale waarde van de aan spelers uit te keren prijzen ten minste gelijk is aan 80% van de totale waarde van de inzetten;

    • h. de tijd die verstrijkt tussen de start van het spel en het moment waarop het eindresultaat van dat spel vaststaat en tevens een nieuw spel gestart kan worden, ten minste drie seconden bedraagt;

    • i. het spelproces, nadat het in werking is gesteld, kan verlopen zonder beïnvloeding door de speler, anders dan nodig is voor het maken van de keuze tussen beëindiging en onbeïnvloede voortzetting van het spel;

    • j. de uitbetaling van prijzen slechts kan plaatsvinden in de vorm van geldige Nederlandse bankbiljetten of munten, speelpenningen, of vreemde munten of bankbiljetten;

    • k. indien een kredietmeter aanwezig is, deze de omvang van een gewonnen prijs onmiddellijk door middel van de kredietmeter toont en de uitbetaling plaatsvindt zodra de speler het uitbetalingsmechanisme in werking stelt;

    • l. indien geen kredietmeter aanwezig is, een gewonnen prijs onmiddellijk ter beschikking van de speler wordt gesteld;

  • 3 Elke kansspelautomaat dient de inzetten, de uitbetalingen en het aantal gespeelde spellen te registreren, al dan niet met behulp van een centraal computersysteem.

  • 4 Het is de vergunninghouder toegestaan door middel van het onderling verbinden van twee of meer kansspelautomaten een voor die spelen gezamenlijke hoofdprijs aan te bieden.

  • 5 Het is de vergunninghouder toegestaan een aanvangsbedrag voor de gemeenschappelijke hoofdprijs vast te stellen, zonder dat dit bedrag is opgebouwd door de inzetten.

  • 6 Het is de vergunninghouder toegestaan de winnaar van een hoofdprijs de vrije keus te laten tussen de geldprijs zoals aangegeven op het winplan, een prijs in natura, of een combinatie daarvan.

  • 7 Het is de vergunninghouder toegestaan extra prijzen, hetzij in natura, hetzij als geldprijs, hetzij als combinatie van beide, ter beschikking te stellen als bonus- en/of mysteryjackpot.

  • 8 Meerdere kansspelautomaten kunnen worden bestuurd door één centraal computersysteem, waarbij het proces door de speler in werking wordt gesteld.

  • 9 Het is de vergunninghouder toegestaan tijdens te organiseren toernooien kansspelautomaten tijdelijk aan te bieden in toernooivorm, volgens door de vergunninghouder op te stellen regels, welke voldoen aan de eisen van artikel 8, eerste lid, onder a, en i en het tweede lid van de beschikking.

    De overige bepalingen van artikel 8 zijn niet van toepassing. De regels zijn ter inzage voor de bezoekers van het speelcasino en dienen ter kennis te worden gebracht van de Kansspelautoriteit.

  • 10 Het is de vergunninghouder toegestaan ‘altijd-prijs-automaten’ aan te bieden voor promotionele doeleinden, volgens door de vergunninghouder op te stellen regels, waarbij de speler geen inzet behoeft te doen anders dan met uitgereikte penning en waarbij de uitkering geschiedt in de vorm van prijzen in natura. De maximumhoogte van een te winnen prijs in natura wordt vastgesteld op € 150,- Artikel 8, eerste lid, onder d, e, f en j, is niet van toepassing. De regels zijn ter inzage voor de bezoekers van het speelcasino en dienen ter kennisneming te worden toegezonden aan de Kansspelautoriteit.

  • 11 [Red: Vervallen.]

  • 12 In afwijking van het gestelde in het eerste lid, onder d en j, is het de vergunninghouder tevens toegestaan inworp en uitbetaling te doen plaatsvinden in de vorm van elektronisch leesbare tegoedbonnen, waarbij de vergunninghouder de volgende voorschriften in acht neemt:

    • a. de tegoedbonnen hebben een waarde van ten hoogste 1000 euro;

    • b. de tegoedbonnen kunnen tijdens de openingsuren van het casino door de tegoedbonhouder voor geld worden ingewisseld tot 12 maanden na uitgifte;

    • c. de tegoedbonnen vermelden ten minste de waarde in euro’s, de datum en het tijdstip van afgifte, het nummer van de uitgevende automaat c.q. kassa, en de in onderdeel b bedoelde geldigheidstermijn;

    • d. Onderdeel b is niet van toepassing op de door de vergunninghouder voor promotiedoeleinden uitgegeven gratis tegoedbonnen, mits dit duidelijk op de bonnen vermeld wordt. De promotietegoedbonnen hebben een waarde van ten hoogste 500 euro.

Artikel 9

  • 1 De vergunninghouder onderbreekt het spel of de uitbetaling indien dat noodzakelijk is voor het controleren of doen controleren van de juiste werking van de kansspelautomaat.

  • 2 [Red: Vervallen.]

Artikel 9a

Het is de vergunninghouder toegestaan ten behoeve van promotionele acties extra prijzen in natura bij casinospelen of kansspelautomaten beschikbaar te stellen bij winnende en/of bijzondere spelcombinaties van deze casinospelen of kansspelautomaten. De maximumhoogte van een te winnen prijs in natura wordt vastgesteld op € 2.300,-.

Artikel 9b

  • 2 Het uitloven van prijzen in annuïteiten is slechts toegestaan indien de speler de keuze heeft om bij soortgelijke casinospelen of kansspelautomaten mee te dingen naar prijzen in geld of in natura met een vergelijkbare waarde als de prijzen in annuïteiten.

  • 3 De vergunninghouder is gehouden zodanige maatregelen te treffen dat de uitbetaling van de prijzen aan de winnaars te allen tijde is gewaarborgd.

Artikel 10

  • 1 De vergunninghouder treft de maatregelen en voorzieningen die noodzakelijk zijn voor een behoorlijk toezicht op de toegang tot het speelcasino en die noodzakelijk zijn voor het handhaven van de orde en rust in de speelzaal. Voor zover hiervoor gebruik wordt gemaakt van beveiligingsbeambten zijn deze gediplomeerd overeenkomstig de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus.

  • 2 De vergunninghouder stelt een reglement op met regels die door bezoekers in acht moeten worden genomen bij de toegang tot het speelcasino en het verblijf in de speelzaal.

  • 3 Het huisreglement bevat ten minste regels inzake:

    • a. de openingsuren van de speelcasino’s;

    • b. de entreebewijzen;

    • c. het opleggen van entreebeperkingen en entreeverboden;

    • d. de kledingvoorschriften;

    • e. de orde en rust in de speelzaal;

    • f. het ordelijk spelverloop, zodanig dat fraude en misbruik door de spelers zoveel mogelijk wordt tegengegaan;

    • g. de veiligheid van personeel en bezoekers;

    • h. de afgescheiden gedeelten van het speelcasino waar casinospelen worden aangeboden met hogere minimuminzetten dan de minimuminzetten in de overige speelzalen.

    • i. de afgescheiden gedeelten van het speelcasino waar casinospelen en speelautomaten worden aangeboden in het bijzonder bedoeld voor groepsbezoeken of kennismakingsbezoeken.

Artikel 11

Het entreebewijs wordt door de vergunninghouder slechts afgegeven nadat de identiteit en de leeftijd van de bezoeker op deugdelijke wijze zijn vastgesteld en na betaling van het verschuldigde entreebedrag.

Artikel 12

  • 1 De vergunninghouder weigert de toegang tot het speelcasino aan personen:

    • a. die de leeftijd van achttien jaren nog niet hebben bereikt;

    • b. uit wier gedragingen of uitlatingen redelijkerwijs valt op te maken dat zij in een zodanige toestand verkeren dat zij hun wil niet in vrijheid kunnen bepalen;

    • c. die niet voldoen aan de in het huisreglement gestelde regels inzake de toegang, dan wel uit wier gedragingen of uitlatingen redelijkerwijs valt op te maken dat zij de in het huisreglement gestelde regels niet in acht zullen nemen;

    • d. die weigeren mee te werken aan de controle op de naleving van de bepalingen van het huisreglement; of

    • e. die kennelijk beroeps- of bedrijfsmatig bemiddeling aanbieden of verlenen bij het deelnemen aan casinospelen.

  • 2 De vergunninghouder kan de verdere toegang tot het speelcasino ontzeggen aan personen die de bepalingen van het huisreglement niet in acht nemen, dan wel de bepalingen van het spelreglement overtreden.

  • 3 De vergunninghouder zorgt ervoor dat het publiek zich kan informeren omtrent de bepalingen van het eerste en tweede lid en de bepalingen van het huisreglement, door deze bij de ingang van het speelcasino op een duidelijk zichtbare plaats te vermelden.

Artikel 13

  • 1 Van het persoonlijk dan wel via tussenpersonen deelnemen aan de door de vergunninghouder georganiseerde spelen zijn uitgesloten:

    • a. personen in dienst van de vergunninghouder;

    • b. personen in dienst van derden die zijn tewerkgesteld in het speelcasino;

    • c. adviseurs van de vergunninghouder;

    • d. de door de minister overeenkomstig artikel 7, eerste lid, aangewezen onafhankelijke deskundige of keuringsinstelling, alsmede de personen in dienst van de keuringsinstelling die zijn belast met goedkeuring en controle als bedoeld in artikel 7, tweede lid;

    • e. [Red: vervallen;]

    • f. de voorzitter en de leden van de raad van commissarissen, alsmede van het bestuur van de vergunninghouder.

  • 2 Het is de in het eerste lid bedoelde personen en de vergunninghouder niet toegestaan geldleningen te verstrekken aan spelers of van deze geldleningen te ontvangen. Onder dit verbod valt niet het achteraf in rekening brengen van groepsarrangementen.

  • 3 De vergunninghouder ziet toe op de naleving van het bepaalde in het eerste en tweede lid.

Artikel 14

  • 1 De vergunninghouder ziet erop toe dat het speelzaalpersoneel geen aansporingen doet tot onmatige deelneming aan de door de vergunninghouder georganiseerde kansspelen.

  • 2 De vergunninghouder ziet erop toe dat het speelzaal- en kassapersoneel geen aansporingen doet tot het geven van fooien.

Artikel 16

  • 1 De vergunninghouder waarborgt via zijn organisatorische en administratieve procedures en maatregelen dat:

    • a. de toepasselijke wet- en regelgeving en de vergunningsvoorschriften nageleefd worden;

    • b. doelmatig en doeltreffend uitoefenen van toezicht hierop mogelijk is;

    • c. belangenverstrengeling en incidenten tegengegaan worden.

  • 2 De vergunninghouder heeft voor dat doel:

    • a. één interne en ter zake kundige functionaris die binnen zijn organisatie verantwoordelijk en beschikbaar is voor de uitvoering van het interne toezicht;

    • b. een afzonderlijke, overzichtelijke en doelmatige administratie van de afzonderlijke vergunde kansspelen.

Artikel 17

  • 1 De netto-opbrengst van alle krachtens deze vergunning georganiseerde activiteiten, zijnde het verschil tussen de bruto-opbrengst en de som van de voor prijzen bestemde bedragen en de exploitatiekosten, wordt, nadat ten laste daarvan nog een eventuele door de Minister van Financiën goed te keuren reservering ten behoeve van het eigen vermogen is gebracht en voorzover de liquiditeit zulks toelaat, afgedragen aan de Staat.

  • 2 [Red: Vervallen.]

Artikel 18

  • 1 Onder de in artikel 17 bedoelde netto-opbrengst van de speelcasino’s worden mede begrepen de door het speelzaalpersoneel ontvangen fooien.

  • 2 In de administratie van het betrokken speelcasino wordt een afzonderlijke rekening aangehouden voor de vermelding van het volledig bedrag van de ontvangen en aan het speelzaalpersoneel uitbetaalde fooien.

  • 3 De fooien worden, op een in de arbeidsovereenkomsten vastgelegde wijze, verdeeld onder het personeel van de vergunninghouder.

Artikel 19

  • 1 De vergunninghouder zendt binnen een maand na afloop van elk kwartaal een verslag aan de Kansspelautoriteit met betrekking tot het financiële verloop en andere door de Kansspelautoriteit noodzakelijk geachte gegevens.

  • 2 De vergunninghouder zendt binnen vier maanden na afloop van elk kalenderjaar aan de Kansspelautoriteit:

  • 3 De vergunninghouder zorgt dat bovengenoemd kwartaalverslag, jaarrekening, jaarverslag, en onderzoeksverslag voldoen aan de voorschriften in bijlage A.

Artikel 20

  • 1 De vergunninghouder waarborgt de kwaliteit van de vergunde kansspelen, met name met het oog op het voorkomen van incidenten.

  • 2 De vergunninghouder is in ieder geval verplicht:

    • a. te beschikken over procedures en maatregelen met betrekking tot de omgang met, en de vaststelling van, incidenten;

    • b. de Kansspelautoriteit onverwijld, maar in ieder geval binnen 72 uur, te informeren als zich een incident voordoet;

    • c. naar aanleiding van een incident maatregelen te nemen die zijn gericht op het beëindigen van het incident, het beperken van de schade en het voorkomen van herhaling, en de Kansspelautoriteit hierover onverwijld te informeren.

Artikel 21

De vergunninghouder informeert de Kansspelautoriteit onverwijld over wijzigingen van:

  • a. het spelreglement en het huisreglement;

  • b. personen die zijn beleid bepalen of mede bepalen;

  • c. zijn uiteindelijke belanghebbende(n);

  • d. de binnen zijn organisatie werkzame compliance officer.

Artikel 22

Na de inwerkingtreding van deze beschikking berusten de krachtens de Beschikking casinospelen 1996 (Stcrt. 1996, 92) vastgestelde besluiten op deze beschikking.

Artikel 24

Deze Beschikking treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

’s-Gravenhage, 19 december 1997

De

Staatssecretaris

van Justitie,

E.M.H. Schmitz

De

Minister

van Economische Zaken,

H. Wijers