Regeling inzake financiële tegemoetkomingen en eigen bijdragen WVG

[Regeling vervallen per 01-01-2007.]
Geraadpleegd op 06-05-2024.
Geldend van 01-01-2006 t/m 30-03-2006

Regeling financiële tegemoetkomingen en eigen bijdragen WVG

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Handelende na overleg met de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Gelet op de artikelen 5, vierde lid, en 6, derde lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten (Stb. 1993, 545);

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. financiële tegemoetkoming:

financiële tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder b, van de Wet voorzieningen gehandicapten;

b. eigen bijdrage:

eigen bijdrage, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten;

c. norminkomen:

de bijstandsnorm, genoemd in paragraaf 3.2 van de Wet werk en bijstand, omgerekend tot een bedrag per kalenderjaar nadat deze bijstandsnorm voor een belanghebbende van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar die een alleenstaande of een alleenstaande ouder is, en die niet in een inrichting verblijft, eerst is verhoogd met de toeslag, genoemd in artikel 25, tweede lid, van de Wet werk en bijstand.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2006, 88, datum inwerkingtreding 07-05-2006, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2006.

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. financiële tegemoetkoming: financiële tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder b, van de Wet voorzieningen gehandicapten;

  • b. eigen bijdrage: eigen bijdrage, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten;

  • c. norminkomen: de normen, genoemd in paragraaf 3.2 van de Wet werk en bijstand, omgerekend tot een bedrag per kalenderjaar, waarbij deze normen voor een belanghebbende van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar die een alleenstaande of een alleenstaande ouder is, en die niet in een inrichting verblijft, eerst zijn verhoogd met de toeslag, genoemd in artikel 25, tweede lid, van de Wet werk en bijstand, en de normen van een alleenstaande of gehuwde, die in een inrichting verblijft, eerst zijn verhoogd met de bedragen, genoemd in artikel 23, tweede lid, van de Wet werk en bijstand.

Stcrt. 2006, 162, datum inwerkingtreding 24-08-2006, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2006.

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. financiële tegemoetkoming: financiële tegemoetkoming als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder b, van de Wet voorzieningen gehandicapten;

  • b. eigen bijdrage: eigen bijdrage, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten;

  • c. norminkomen: de normen, genoemd in paragraaf 3.2 van de Wet werk en bijstand, omgerekend tot een bedrag per kalenderjaar, waarbij deze normen voor een belanghebbende van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar die een alleenstaande of een alleenstaande ouder is, en die niet in een inrichting verblijft, eerst zijn verhoogd met de toeslag, genoemd in artikel 25, tweede lid, van de Wet werk en bijstand, en de normen van een alleenstaande of een alleenstaande ouder, of gehuwde, die in een inrichting verblijft, eerst zijn verhoogd met de bedragen, genoemd in artikel 23, tweede lid, van de Wet werk en bijstand.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Bij de vaststelling van het inkomen worden in ieder geval buiten beschouwing gelaten de inkomsten, bedoeld in artikel 31, tweede lid, van de Wet werk en bijstand.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

  • 1 De draagkracht van de gehandicapte en zijn echtgenoot wordt per kalenderjaar vastgesteld.

  • 2 Bij een netto inkomen tot en met 1,5 maal het norminkomen is de draagkracht per kalenderjaar ten hoogste € 45,-.

  • 3 Voorzover het netto inkomen meer bedraagt dan 1,5 maal het norminkomen wordt bij de vaststelling van de draagkracht per kalenderjaar ten hoogste een kwart van het draagkrachtpercentage dat burgemeester en wethouders in het kader van de uitvoering van de Wet werk en bijstand hanteren, in aanmerking genomen.

  • 4 Met betrekking tot rolstoelen wordt geen draagkracht in aanmerking genomen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 De in een kalenderjaar verschuldigde eigen bijdragen en het eigen aandeel in de kosten van een voorziening waarvoor een financiële tegemoetkoming wordt verleend, mogen de draagkracht als bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid, niet te boven gaan.

  • 2 Bij de toepassing van het eerste lid worden op de draagkracht in mindering gebracht:

  • 3 Desgevraagd herziet het gemeentebestuur, in verband met het bepaalde in het tweede lid, zonodig een eerder in het kalenderjaar gegeven beschikking tot toekenning van een voorziening als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten. Een daartoe strekkende aanvraag van de gehandicapte kan tot uiterlijk drie maanden na afloop van het kalenderjaar waarop de aanvraag tot herziening betrekking heeft, bij het gemeentebestuur worden ingediend.

  • 4 Voor de toepassing van het tweede lid blijven buiten beschouwing de eigen betalingen die verschuldigd zijn ingevolge de artikelen 4 en 14 van de Bijdrageregeling zorg AWBZ.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2006, 63, datum inwerkingtreding 31-03-2006, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2006.

1 De in een kalenderjaar verschuldigde eigen bijdragen en het eigen aandeel in de kosten van een voorziening waarvoor een financiële tegemoetkoming wordt verleend, mogen de draagkracht als bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid, niet te boven gaan.

2 Bij de toepassing van het eerste lid worden op de draagkracht in mindering gebracht:

  • a. eigen betalingen die de gehandicapte in een kalenderjaar verschuldigd is voor zorg waarop aanspraak bestaat op grond van artikel 6 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, dan wel op grond van een regeling als bedoeld in artikel 44 van die wet;

  • b. overige in het kalenderjaar ten laste van de gehandicapte blijvende kosten, voortvloeiende uit de handicap.

3 Desgevraagd herziet het gemeentebestuur, in verband met het bepaalde in het tweede lid, zonodig een eerder in het kalenderjaar gegeven beschikking tot toekenning van een voorziening als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten. Een daartoe strekkende aanvraag van de gehandicapte kan tot uiterlijk drie maanden na afloop van het kalenderjaar waarop de aanvraag tot herziening betrekking heeft, bij het gemeentebestuur worden ingediend.

4 Voor de toepassing van het tweede lid blijven buiten beschouwing de eigen betalingen die verschuldigd zijn ingevolge de artikelen 4 en 14 van de Bijdragebesluit zorg.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

  • 1 De eigen bijdrage is slechts verschuldigd over het kalenderjaar waarin de voorziening wordt toegekend.

  • 2 Het totaal aan eigen bijdragen dat per kalenderjaar verschuldigd kan zijn, is ten hoogste € 45,-.

  • 3 Met betrekking tot rolstoelen is geen eigen bijdrage verschuldigd.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Deze regeling, die met de daarbij behorende toelichting in de Staatscourant wordt geplaatst, treedt in werking met ingang van 1 april 1994.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling inzake financiële tegemoetkomingen en eigen bijdragen WVG.

's-Gravenhage, 19 november 1993

De

Staatssecretaris

voornoemd,

J. Wallage

Naar boven