De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden
en
de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland -
Gezien het Verdrag van 8 april 1960 tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek
Duitsland nopens het verloop van de gemeenschappelijke landgrens, de grenswateren,
het grondbezit in de nabijheid van de grens, het grensoverschrijdende verkeer over
land en via de binnenwateren en andere met de grens verband houdende vraagstukken
(Grensverdrag), alsmede het Verdrag van 30 oktober 1980 tussen het Koninkrijk der
Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake grenscorrecties (Eerste Verdrag
inzake grenscorrecties),
Gelet op het feit dat de gemeenschappelijke landgrens op deze grondslag is afgebakend,
Verlangend de afbakening in stand te houden -
Zijn als volgt overeengekomen:
De Overeenkomstsluitende Partijen verplichten zich ervoor te zorgen dat het verloop
van de grens, zoals dit in het grenskaartwerk en in andere officiële stukken is vastgelegd,
te allen tijde duidelijk herkenbaar en gewaarborgd blijft. Zij verplichten zich in
het bijzonder ertoe de noodzakelijke grenstekens in overeenstemming met deze Overeenkomst
in stand te houden en zo nodig te vernieuwen.
-
(1) Voor zover de huidige grensstenen niet opnieuw kunnen worden gebruikt, dienen voor
de afbakening in beginsel grensstenen van graniet te worden aangewend, waarbij naar
gelang van de betekenis van het grenspunt en de plaatselijke omstandigheden gebruik
kan worden gemaakt van:
a) hoofdgrensstenen
b) tussengrensstenen
c) gewone grensstenen
|
1,80 x 0,24 x 0,24 m,
1,00 x 0,18 x 0,18 m,
0,65 x 0,15 x 0,15 m.
|
-
(5) Indien de grens in wegen, rivieren, beken e.d. loopt, dienen op daartoe geschikte
punten twee grensstenen (dubbel grensteken) te worden geplaatst (terzijde aangebrachte
afbakening). Het aldus afgebakende grenspunt ligt gewoonlijk in het midden van de
rechte lijn die bij elk zodanig paar de middelpunten van de beide grenstekens verbindt.
-
(2) De nummers van nieuw afgebakende grenspunten worden zodanig gekozen, dat zij aansluiten
bij de huidige nummering. Bij nieuwe hoofdgrensstenen en tussengrensstenen in het
gebied van de deelstaat Nordrhein-Westfalen wordt het desbetreffende nummer gevolgd
door de letter A, B,......., in het gebied van de deelstaat Niedersachsen door het
Romeinse cijfer I, II,....... Gewone grensstenen en afbakeningen overeenkomstig artikel
2, vierde lid, krijgen de aanduiding van de voorafgaande hoofdgrenssteen of tussengrenssteen,
gevolgd door het cijfer 1, 2,.......
In de grens mogen voortaan geen merkstenen worden aangebracht die slechts dienen om
van daaraf verlopende eigendomsgrenzen aan te duiden. Deze grenstekens dienen gewoonlijk
ten minste twee meter van de grens te zijn verwijderd.
Aan de bevoegde kadastrale autoriteiten van de andere Verdragsluitende Partij worden
de resultaten van de controle en van de herstelwerkzaamheden medegedeeld. Zij dienen
te worden betrokken bij het wegnemen van aanzienlijke gebreken, bv. het opnieuw of
voor het eerst afbakenen van grenspunten.
-
(1) Indien de duidelijke herkenbaarheid van de grens zulks vereist, dienen, ook buiten
de periodieke controle en herstelwerkzaamheden aan de grenstekens, passende maatregelen
ten aanzien van afbakening en opmeting te worden genomen.
Van de werkzaamheden ingevolge de artikelen 5, 6 en 7 dient een proces-verbaal te
worden opgemaakt, dat aan de bevoegde autoriteiten van de andere Verdragsluitende
Partij ter kennisneming moet worden toegezonden.
De in het kader van de instandhouding van de grensafbakening vervaardigde bescheiden
worden in de wederzijdse desbetreffende kadastrale archieven opgeborgen.
-
(1) De bevoegde autoriteiten van de Bondsrepubliek Duitsland dragen zorg voor de aanleg
en de instandhouding, op daartoe geëigende plaatsen in de nabijheid van de grens,
van speciale depots van grensstenen ten behoeve van de werkzaamheden tot instandhouding
van de afbakening.
-
1 Alle overige kosten van de afbakeningswerkzaamheden met inbegrip van het vervoer van
de grensstenen vanuit het depot naar de grens worden door de Verdragsluitende Partij
betaald die met de werkzaamheden (artikel 5, tweede lid, en artikel 7, tweede lid)
is belast, en door de andere Verdragsluitende Partij voor de helft vergoed.
Indien een staatsburger van een der Verdragsluitende Partijen een grensteken beschadigt
of vernielt, dan draagt deze Verdragsluitende Partij, ongeacht de eventuele aansprakelijkheid
van de veroorzaker van de schade of van een andere persoon, de totale kosten van het
herstel of de vernieuwing. Voor zover de Verdragsluitende Partij die ingevolge de
eerste volzin verplicht is de kosten te dragen, betalingen verricht voor het herstel
of de vernieuwing van het grensteken, draagt de andere Verdragsluitende Partij alle
vorderingen die zij op grond van de beschadiging of de vernieling van het grensteken
heeft op de veroorzaker van de schade of op een andere persoon, over op de Verdragsluitende
Partij die verplicht is de kosten te dragen.
-
(1) De personen die met de instandhouding van de grensafbakening en met de opmeting zijn
belast, zijn gerechtigd, ook met hun voertuigen en werktuigen, ongehinderd de grens
te overschrijden op alle plaatsen waar hun werkzaamheden zulks noodzakelijk maken.
Deze Overeenkomst is eveneens van toepassing op het Land Berlijn, tenzij de Regering
van de Bondsrepubliek Duitsland binnen drie maanden na de inwerkingtreding van deze
Overeenkomst de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden mededeling van het tegendeel
doet.
Artikel 43 van het op 2 juli 1824 te Meppen ondertekende grensverdrag tussen het Koninkrijk
der Nederlanden en het Koninkrijk Hannover en de op 8 maart 1852 tussen het Koninkrijk
der Nederlanden en het Koninkrijk Pruisen gewisselde verklaring inzake de regeling
van het onderhoud en de vernieuwing van grenspalen op de grenzen tussen de twee staten
worden met ingang van de datum waarop deze Overeenkomst in werking treedt, buiten
werking gesteld.
Deze Overeenkomst treedt in werking twee maanden na de dag waarop de Regering van
het Koninkrijk der Nederlanden aan de Regering van de Bondsrepubliek Duitsland heeft
medegedeeld, dat aan de constitutionele voorwaarden voor de inwerkingtreding van de
Overeenkomst is voldaan.