Wet van 14 februari 1997, houdende wijziging van enkele onderwijswetten in verband
met het opnemen van een document inzake evenredige vertegenwoordiging van vrouwen
in leidinggevende functies in het onderwijs
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging hebben genomen, dat het wenselijk is wettelijke regelen te
stellen gericht op het bevorderen van evenredige arbeidsparticipatie van mannen en
vrouwen in het onderwijs voor wat betreft de deelname van vrouwen in leidinggevende
functies;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: