De Algemene Conferentie van de Internationale Arbeidsorganisatie,
Door de Raad van Beheer van het Internationale Arbeidsbureau te Genève bijeengeroepen
en aldaar bijeengekomen op 5 juni 1957 in haar veertigste zitting,
Besloten hebbende bepaalde voorstellen aan te nemen met betrekking tot de wekelijkse
rusttijd in de handel en op kantoren, welk onderwerp als vijfde punt op de agenda
van de zitting voorkomt, en
Besloten hebbende dat deze voorstellen de vorm van een internationaal Verdrag zullen
krijgen,
Neemt heden, de zesentwintigste juni van het jaar negentienhonderd zevenenvijftig
het volgende Verdrag aan, dat aangehaald kan worden als het Verdrag betreffende de
Wekelijkse Rusttijd (Handel en Kantoren), 1957: