Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van dit Protocol,
wordt verstaan onder „Verdrag” het Verdrag betreffende de overeenkomst tot internationaal vervoer van goederen
over de weg (CMR);
wordt verstaan onder „digitale communicatie”, informatie gegenereerd, verzonden, ontvangen
of opgeslagen met elektronische, optische, digitale of soortgelijke middelen waardoor
de doorgegeven informatie toegankelijk is voor latere inzage;
wordt verstaan onder „digitale vrachtbrief” een vrachtbrief met behulp van digitale
communicatie afgegeven door de vervoerder, afzender of een andere partij die betrokken
is bij de uitvoering van een vervoersovereenkomst waarop het Verdrag van toepassing is, met inbegrip van gegevens die logisch verband houden met digitale
communicatie in de vorm van bijlagen of op andere wijze gelijktijdig met of na de
afgifte aan de digitale communicatie gekoppelde gegevens die daardoor deel uitmaken
van de digitale vrachtbrief;
wordt verstaan onder „digitale ondertekening” gegevens in digitale vorm die gekoppeld
worden aan of logisch verband houden met andere digitale gegevens en fungeren als
een methode om authenticiteit vast te stellen.
Artikel 7. Handtekening, bekrachtiging, toetreding
-
6 Elke akte van bekrachtiging of toetreding die is nedergelegd na de inwerkingtreding
van een wijziging van dit Protocol, die is aangenomen in overeenstemming met de bepalingen
van artikel 13, wordt geacht van toepassing te zijn op het Protocol zoals gewijzigd bij de wijziging.
Artikel 8. Inwerkingtreding
Indien het aantal Partijen na de inwerkingtreding van dit Protocol door opzeggingen
afneemt tot minder dan vijf, houdt dit Protocol op van kracht te zijn vanaf de datum
waarop de laatste van deze opzeggingen van kracht wordt. Het houdt eveneens op van
kracht te zijn vanaf de datum waarop het Verdrag ophoudt van kracht te zijn.
Geschillen tussen twee of meer Partijen met betrekking tot de uitlegging of toepassing
van dit Protocol die de Partijen niet door middel van overleg of met andere middelen
kunnen beslechten, kunnen op verzoek van een van de betrokken Partijen ter beslechting
worden voorgelegd aan het Internationale Hof van Justitie.
-
3 De Partijen bij dit Protocol stellen alles in het werk om consensus te bereiken. Indien
ondanks deze inspanningen over de voorgestelde wijziging geen consensus wordt bereikt,
wordt deze in laatste instantie aangenomen met een tweederdemeerderheid van de Partijen
die aanwezig zijn en hun stem uitbrengen. Het Secretariaat van de Economische Commissie
voor Europa van de Verenigde Naties doet een voorgestelde wijziging die bij consensus
of met een tweederde meerderheid van de Partijen is aangenomen toekomen aan de Secretaris-Generaal
die deze ter aanvaarding toezendt aan alle Partijen bij dit Protocol alsmede aan de
ondertekenende Staten.
-
5 De voorgestelde wijziging wordt geacht te zijn aanvaard indien aan het eind van het
tijdvak van negen maanden voorzien in het voorgaande lid, geen kennisgevingen van
bezwaar zijn ontvangen van een Partij bij dit Protocol. Indien een bezwaar is ontvangen,
heeft de voorgestelde wijziging geen gevolgen.
-
6 Indien een land tussen het tijdstip van kennisgeving van een voorstel tot wijziging
en het eind van het tijdvak van negen maanden voorzien in het vierde lid van dit artikel,
Partij wordt bij dit Protocol, stelt het secretariaat van de Subcommissie voor het
wegvervoer van de Economische Commissie van Europa de nieuwe Staat die Partij is geworden
zo spoedig mogelijk in kennis van de voorgestelde wijziging. De nieuwe Partij kan
de Secretaris-Generaal voor het eind van dit tijdvak van negen maanden ervan in kennis
stellen bezwaar te maken tegen de voorgestelde wijziging.
Artikel 14. Bijeenroepen van een diplomatieke conferentie
-
1 Zodra dit Protocol van kracht is, kan elke Partij door middel van een kennisgeving
aan de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties verzoeken om bijeenroeping van
een conferentie teneinde dit Protocol te herzien. De Secretaris-Generaal stelt alle
Partijen in kennis van dit verzoek en roept een conferentie tot herziening bijeen,
mits binnen een tijdvak van vier maanden na de datum van de kennisgeving van de Secretaris-Generaal
ten minste een vierde van de Partijen bij dit Protocol hem ervan in kennis stelt met
het verzoek in te stemmen.
-
2 Indien in overeenstemming met het vorige lid een conferentie bijeen wordt geroepen,
stelt de Secretaris-Generaal alle Partijen daarvan in kennis en nodigt hen uit binnen
een tijdvak van drie maanden voorstellen in te dienen die zij de conferentie ter bestudering
wensen voor te leggen. De Secretaris-Generaal doet alle Partijen ten minste drie maanden
voor de datum waarop de conferentie moet plaatsvinden, de voorlopige agenda voor de
conferentie toekomen tezamen met de teksten van deze voorstellen.
Artikel 15. Kennisgevingen aan Staten
Naast de kennisgevingen voorzien in de artikelen 13 en 14 stelt de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties de Staten bedoeld in artikel 7, eerste lid, van dit Protocol en de Staten die in overeenstemming met artikel 7, derde en vierde lid, Partij zijn geworden bij dit Protocol in kennis van:
-
a. bekrachtigingen en toetredingen uit hoofde van artikel 7;
-
b. de data van inwerkingtreding van dit Protocol in overeenstemming met artikel 8;
-
c. opzeggingen uit hoofde van artikel 9;
-
d. de beëindiging van dit Protocol in overeenstemming met artikel 10;
-
e. verklaringen en kennisgevingen ontvangen in overeenstemming met artikel 12, eerste en tweede lid.
Het oorspronkelijke exemplaar van dit Protocol wordt nedergelegd bij de Secretaris-Generaal
van de Verenigde Naties, die eensluidende gewaarmerkte afschriften ervan doet toekomen
aan alle Staten bedoeld in artikel 7, eerste, derde en vierde lid, van dit Protocol.