Voor de binnen het Natura2000-gebied ‘Veerse Meer’ gelegen gebieden Rietput Oostwatering,
delen van de Haringvreter, Aardbeieneiland, delen van de Goudplaat, Middelplaten en
Kwistenburg gelden toegangsbeperkingen. De toegang tot deze gebieden is gedurende
het gehele jaar verboden, behoudens wandelen tussen zonsopkomst en zonsondergang op
de gemarkeerde route op de Goudplaat. Honden zijn hier niet toegestaan.
De hiervoor in artikel 1 en 2 omschreven toegangsbeperking geldt op grond van artikel 20, lid 4, van de Nb-wet 1998 niet voor de volgende activiteiten:
Aanwezigheid gedurende het gehele jaar voor de uitvoering van beroepsmatig uitgevoerde
activiteiten en overheidstaken (beheer en onderhoud, beroepsvisserij, faunabeheer,
markeren, inspectie-, toezicht-, opsporings-, reddings- en defensietaken, calamiteitenbeheer
van overheidswege of in opdracht van de overheid, door of in opdracht van een terreinbeherende
natuurbeschermingsorganisatie georganiseerde activiteiten, onderzoek en monitoring
daaronder begrepen), waarvoor het gesloten gebied moet worden betreden dan wel bevaren
en het gebruik van drones, of vliegen beneden 1000 voet (300 meter) kunnen, voor zover
deze activiteiten noodzakelijkerwijs binnen of deels binnen deze gebieden moeten worden
uitgevoerd, worden toegestaan.
Georganiseerde excursies en rondleidingen waarvoor het gesloten gebied moet worden
betreden dan wel bevaren, kunnen, voor zover deze activiteiten noodzakelijkerwijs
binnen of deels binnen deze gebieden moeten worden uitgevoerd, worden toegestaan,
echter voor zover hiervoor een vergunning als bedoeld in artikel 19d van de Nb-wet 1998 is verleend, dan wel deze activiteit is geregeld in een beheerplan in de zin van
de Nb-wet 1998.
Naast de in voorkomende gevallen op grond van de toegankelijkheidsregeling noodzakelijke
vergunning, dan wel vrijstelling via het beheerplan, volgens de Nb-wet 1998, is voor het zich bevinden op private gronden van particulieren toestemming van de
rechthebbende van deze gronden nodig.
Bestaande zonering
Door de terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties, i.c. Staatsbosbeheer en Vereniging
Natuurmonumenten, worden sinds jaar en dag toegangsregels gehanteerd met betrekking
tot de door deze organisaties beheerde natuurgebieden. Met de hiermee ingestelde zonering
werd onder meer beoogd rustgebieden voor vogels in te stellen en kwetsbare vegetaties
te beschermen. Deze zonering heeft mede bijgedragen aan de kwalificatie van het Veerse
Meer als Natura 2000-gebied.
Natura 2000-gebied
Het Natura 2000-gebied ‘Veerse Meer’ is een voormalig onderdeel van het Oosterschelde
estuarium. Na de aanleg van de Veerse Dam in 1961 verdwenen eb en vloed uit het gebied.
Sindsdien is het Veerse Meer een brakwatermeer en is ruim 2.000 ha schorgebied permanent
droog komen te liggen. Medio 2004 is een doorlaat naar de Oosterschelde in gebruik
genomen. Hierdoor is het meer weer zouter geworden en is het zuurstofgehalte in de
diepere delen verhoogd. Mariene soorten nemen langzaam weer toe. In het meer liggen
zandbanken en kleine eilanden. Het Veerse Meer is omgeven door vochtige graslanden
en landbouwgebied. Op ondiepe plaatsen langs de oevers komen moerasvegetaties voor.
Elders liggen vochtige graslanden en ruigten. Ten gevolge van zoute kwel komen naast
vochtige graslanden ook zoutvegetaties voor.
Het Veerse Meer herbergt bijzondere ornithologische waarden en is daarom aangewezen
als Natura 2000-gebied in het kader van de Europese Vogelrichtlijn. Nederland is verplicht
om voor bepaalde vogelsoorten binnen het Natura 2000-gebied een ‘gunstige staat van
instandhouding’ te bereiken en te behouden. De bescherming van soorten is wettelijk
geregeld in de Flora- en faunawet, de bescherming van gebieden is wettelijk geregeld in de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet 1998). Om de noodzakelijke rust voor kwetsbare vogelsoorten te waarborgen
is het van belang om de beperking van de toegang van (delen van) het Natura 2000-gebied
‘Veerse Meer’ te regelen. Artikel 20 van de Nb-wet 1998 biedt daartoe de mogelijkheid.
Beperking toegankelijkheid
Het Veerse Meer was het eerste zeegat dat in het kader van de Deltawerken werd afgesloten.
Het meer ligt tussen Noord-Beveland, Walcheren en Zuid-Beveland en was lange tijd
een brakwatermeer. Vanaf 2004 is het verbonden met de Oosterschelde en stroomt met
het getij weer (zout) water in en uit het Veerse Meer. Het Veerse Meer is van groot
belang voor overwinterende watervogels.
Na de afsluiting werd het gebied door vegetatieontwikkeling voor kustbroedvogels minder
geschikt. Als broedgebied is het Veerse Meer, en de na de afsluiting drooggevallen
Middelplaten in het bijzonder, tegenwoordig vooral van belang voor lepelaar, aalscholver
en kleine mantelmeeuw. In 1993 werd hier het eerste broedgeval van de grote mantelmeeuw
in Nederland op de Middelplaten vastgesteld.
De Deltawateren, waar het Natura 2000-gebied ‘Veerse Meer’ onderdeel van is, zijn
van nationaal en internationaal belang voor vogels. Diverse trekvogels zijn afhankelijk
van de Delta als overwinteringsgebied, als ruigebied of als tussenstop, bijvoorbeeld
tijdens de trek van hun broedgebieden in Scandinavië, Noordwest-Rusland en Siberië
naar de overwinteringsgebieden in Zuid-Europa en West-Afrika. De vogels gebruiken
de Delta om op krachten te komen voor het vervolg van hun reis (‘opvetten’). De Deltawateren
herbergen een relatief groot en gevarieerd voedselaanbod, met visrijke open én ondiepe
(doorwaadbare) wateren, waterplanten en zeeslavelden, voedselrijke binnendijkse graslanden,
slikken, platen en schorren, zilte en zoete moerasbegroeiingen. Hiervan profiteren
vis-, bodemfauna- en plantenetende (trek)vogels.
Voor watervogels heeft het gebied betekenis voor viseters als fuut, kleine zilverreiger,
brilduiker en vooral middelste zaagbek en dodaars. Voor de dodaars is het Veerse Meer
het belangrijkste overwinteringsgebied in ons land. Voor steltlopers is het gebied
in de eerste plaats van belang als rustplaats. Vogels die in de Zandkreek en de Oosterschelde
foerageren, overtijen hier, zoals bonte strandloper, kanoet, zilverplevier en rosse
grutto. Bij zeer hoog water vormen de Middelplaten een uitwijkplaats voor steltlopers
die normaal in de westelijke Oosterschelde (Neeltje Jansplaat) overtijen.
De toegankelijkheid van een aantal deelgebieden van het Natura 2000-gebied ‘Veerse
Meer’ wordt met dit besluit beperkt voor zover dit noodzakelijk is voor de bescherming
van de natuurwaarden.
Toelichting op de verbodsbepalingen
In artikel 1 is een toegangsbeperking voor burgerluchtvaartverkeer opgenomen. Laagvliegen kan
door silhouetwerking en geluid tot substantiële verstoring van de in het gebied aanwezige
vogels leiden. Het Natura 2000-gebied ‘Veerse Meer’ is dan ook gesloten voor burgerluchtvaart,
tenzij gevlogen wordt boven 1000 voet (300 meter), conform de ‘gedragscode verantwoord
vliegen’. Uitgezonderd van dit verbod is een zone rond Vliegveld Midden-Zeeland, zoals
aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart en nader aangeduid met de in bijlage
1 bij dit besluit vermelde coördinaten, zodat de vliegtuigen kunnen opstijgen en landen.
Daarnaast is vliegen met een modelvliegtuig/modelluchtvaartuig, waaronder ook een
drone (Unmanned aircraft systems (UAS) of Remotely piloted aircraft systems (RPAS))
wordt gerekend, volgens artikel 1 zowel buitendijks als binnendijks boven het Natura 2000-gebied niet toegestaan. Het
gebruik van modelvliegtuigen/modelluchtvaartuigen kan door de silhouetwerking, die
vergelijkbaar is met die van roofvogels, tot verstoring leiden van broedende, rustende
en/of foeragerende vogels.
De in artikel 2 genoemde gebieden zijn jaarrond niet toegankelijk vanwege het voorkomen van (kust)broedvogels
en/of (doortrekkende en overwinterende) watervogels. De gebieden vervullen voor deze
vogels een belangrijke functie als broed-, rust- en/of foerageergebied en/of hoogwatervluchtplaats.
Uitgezonderd van het toegangsverbod is het wandelen tussen zonsopkomst en zonsondergang
op de gemarkeerde wandelroute op de Goudplaat. Om verstoring te voorkomen zijn honden
hier niet toegestaan.
Door beperking van de toegankelijkheid van deze gebieden wordt gewaarborgd dat een
wezenlijke bijdrage wordt geleverd aan de gunstige staat van instandhouding van beschermde
soorten.
De toegankelijkheidsregeling komt voor het overgrote deel overeen met de reeds lang
bestaande zonering. Gebieden waar sprake is van struinnatuur, zijn niet in dit toegangsbeperkingsbesluit
opgenomen. Daar gelden de toegangsregels zoals deze door de terreinbeherende natuurbeschermingsorganisatie
zijn gesteld.
In het kader van het opstellen van het beheerplan voor de Deltawateren vindt een brede,
integrale afweging plaats van de verschillende belangen in het gebied van het Natura
2000-gebied ‘Veerse Meer’. De in dit besluit opgenomen beperking van de toegankelijkheid
van gebieden is in lijn met de in het beheerplanproces voorgenomen maatregelen ter
realisering van de instandhoudingsdoelstellingen.
Vergunningplicht
Er is een aanzienlijk menselijk medegebruik van het Natura 2000-gebied ‘Veerse Meer’.
Een aantal kenmerkende natuuraspecten (voldoende rust voor broedvogels en watervogels)
staat onder druk en zal zonder maatregelen in de toekomst mogelijk verder onder druk
komen. Het is dan ook van belang dat de toegang tot deze gebieden wordt verboden.
Conform artikel 20, lid 3, van de Nb-wet 1998 is het verboden in strijd met de beperkingen die voortvloeien uit de aanwijzing tot
gesloten gebied zich te bevinden in een dergelijk gebied. Slechts daar waar noodzakelijk,
bijvoorbeeld voor beheer en onderhoud, faunabeheer of onderzoek en monitoring, wordt
betreden en/of bevaren, het vliegen beneden 1000 voet (circa 300 meter), het laten
vliegen van drones boven gesloten gebied door of namens de overheid en/of de terreinbeherende
organisatie, is dit toegestaan conform artikel 20, lid 4, van de Nb-wet 1998.
Overige zaken zijn gereguleerd middels een vergunning ex artikel 19d van de Nb-wet 1998, dan wel middels het beheerplan. Het zich bevinden in, het betreden, het bevaren
van een op grond van artikel 20 van de Nb-wet 1998 aangewezen gebied binnen de in dit besluit bepaalde gesloten periodes wordt gezien
als een handeling die per definitie leidt tot een kans op een verslechtering dan wel
significante verstoring van de habitats respectievelijk soorten waarvoor de beperking
van toegankelijkheid van het gebied heeft plaatsgevonden. Dergelijke handelingen zijn
dientengevolge steeds vergunningplichtig ex artikel 19d van de Nb-wet 1998. Indien
de effecten van de activiteit op de te beschermen waarden binnen het gesloten gebied
niet voldoende kunnen worden ondervangen door het stellen van voorschriften in de
vergunning, dan kan de vergunning worden geweigerd. Dit vloeit voort uit het feit
dat met het aanbrengen van een toegangsbeperking op het gebied wordt beoogd een extra
mate van bescherming voor de waarden binnen dit gebied te bewerkstelligen naast de
basisbescherming die voortvloeit uit de betreffende aanwijzing tot Natura 2000-gebied.
De noodzaak tot betreden en/of bevaren van het beperkt toegankelijke gebied dient
door de aanvrager in de aanvraag voor een vergunning, conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998, voldoende te worden gemotiveerd.
Ingevolge artikel 20, lid 4, van de Nb-wet 1998 gelden de toegangsbeperkingen niet voor de eigenaar of gebruiker van het betreffende
gebied ten aanzien van het verbod zich binnen het gebied te bevinden indien bedoeld
gebruiksrecht zich daarover uitstrekt. Indien en voor zover de eigenaar of gebruiker
binnen het gebied activiteiten ontplooit, die verder gaan dan louter het zich bevinden
binnen het gebied, geldt onverkort het bepaalde van deze regeling en artikel 19d van de Nb-wet 1998. De begrippen ‘eigenaar’ en ‘gebruiker’ zijn gedefinieerd in artikel 1 van de Nb-wet 1998; kortheidshalve wordt hier naar deze definities verwezen.
Kaart
De gebieden waarvoor de toegankelijkheidsbepalingen gelden, zijn aangegeven op de
kaart ‘Toegangbeperking Natura 2000-gebied Veerse Meer’. Deze kaart is in meer detail
te vinden als bijlage bij de vergunning op de website: www.overheid.nl/vergunningenbank.
De begrenzing van de betrokken gebieden zal ook verschijnen op de hydrografische kaarten
van de Dienst der Hydrografie van de Koninklijke Marine.
Aanpassing besluit
Periodiek wordt bezien of wijzigingen in het voorkomen en de verspreiding van kwalificerende
Natura 2000-waarden dienen te leiden tot aanpassing van onderhavig toegangbeperkingsbesluit.