Examenreglement staatsexamens voortgezet onderwijs 2014,
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Examenreglement staatsexamens VO
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Volgens artikel 2 lid 3a van de Wet College voor examens stelt het College voor examens bij regeling het examenreglement vast. Het navolgende
strekt tot uitvoering hiervan.
Artikel 1. Definities
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Voor de toepassing van dit Reglement wordt verstaan onder:
-
Onze Minister: onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
-
Staatsexamen: het staatsexamen ter verkrijging van een diploma vwo, havo, of vmbo.
-
Deelstaatsexamen: het examen in één of meer van de voor het staatsexamen voorgeschreven vakken.
-
Centraal examen: het centraal examen bedoeld in art. 4 lid 1 van het Staatsexamenbesluit VO.
-
College-examen: het college-examen bedoeld in art. 4 lid 1 van het Staatsexamenbesluit VO.
-
Examenonderdeel: het centraal examen of het college-examen.
-
College voor examens: het College genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Wet College voor examens.
-
DUO: Dienst Uitvoering Onderwijs, onderdeel van het ministerie van Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap
-
Commissie staatsexamens VO: commissie namens het College voor examens belast met het organiseren en afnemen van
staatsexamens Voortgezet Onderwijs.
Artikel 2. Aanmelden
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Kandidaten dienen zich aan te melden voor 1 januari 2014.
VSO-scholen dienen hun leerlingen aan te melden voor 1 december 2013; wijzigingen
op de vso-aanmelding kunnen worden doorgegeven tot uiterlijk 15 februari 2014.
Artikel 3. Indeling examen
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Het staatsexamen in een vak bestaat uit een centraal examen en/of een college-examen.
Het centraal examen is identiek aan het centraal examen voor de dagscholen en de dag/avondscholen.
Het college-examen bestaat uit:
-
a. een schriftelijke toets en een mondeling examen, of
-
b. een schriftelijke toets, of
-
c. een mondeling examen, of
-
d. een praktisch examen.
-
2. Het staatsexamen wordt afgenomen overeenkomstig het desbetreffende examenprogramma,
vastgesteld op grond van artikel 7 van het Eindexamenbesluit VO.
-
3. Ten aanzien van het college-examen geldt dat:
-
a. keuzen die ingevolge het in het tweede lid bedoelde examenprogramma moeten of kunnen
worden gemaakt door de school, worden gemaakt door het College voor examens, en
-
b. het College voor examens kan afwijken van de voorschriften met betrekking tot het
schoolexamen die om praktische redenen in het college-examen niet uitvoerbaar zijn,
met dien verstande dat het college-examen zoveel mogelijk gelijkwaardig blijft aan
het schoolexamen.
-
4. Het College voor examens stelt jaarlijks voor elk vak op grond van de wet College voor examens artikel 4a een programma van toetsing en afsluiting vast in de vorm van vakinformatie.
-
5. Deze vakinformatie bevat, naast de door Onze Minister vastgestelde onderwerpen voor
het centraal examen, regels omtrent alle onderdelen van het college-examen.
Artikel 4. Vakken staatsexamen
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Artikel 8 van het Staatsexamenbesluit heeft betrekking op de vakken voor het behalen
van het diploma vwo, havo en/of vmbo.
Zie de bijlagen 1, 2 en 3.
Artikel 5. Examendossier, werkstukken
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van het college-examen, zoals dit
door het College voor examens in de vakinformatie is vastgelegd.
Werkstukken, boekenlijsten, artikelen, songteksten/gedichten (zie de vakinformatie)
dienen vóór 1 mei van het betreffende examenjaar in tweevoud opgestuurd te worden
naar DUO, afdeling staatsexamens vwo-havo-vmbo, Postbus 30158, 9700 LK Groningen.
Van het tijdig ingezonden materiaal ontvangt de kandidaat een ontvangstbevestiging.
Een uitzondering vormen de werkstukken voor tekenen en handvaardigheid: deze dienen
te worden meegebracht naar het college-examen.
Voor kandidaten aan een vso-school liggen de werkstukken op de afgesproken datum klaar
ter controle door de plaatselijk voorzitter mondeling.
-
2. De examinatoren moeten voor aanvang van het mondeling examen het ingezonden materiaal
kunnen inzien.
Wanneer het op te sturen materiaal niet tijdig bij DUO, afdeling staatsexamens is
ontvangen, wordt de kandidaat voor het betreffende vak niet opgeroepen voor het college-examen
of wordt de reeds verstuurde oproep ingetrokken.
Artikel 6. Schriftelijk/mondeling examen, schriftelijke toets
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Een kandidaat wordt alleen toegelaten tot het examen indien hij de examenoproep en
een geldig legitimatiebewijs voorzien van een recente pasfoto kan tonen.
-
2. Bij het schriftelijk examen of een schriftelijke toets dient de kandidaat 30 minuten
voor aanvang van het examen in de examenzaal aanwezig te zijn.
-
3. Een kandidaat wordt niet toegelaten tot het schriftelijk examen of de schriftelijke
toets indien hij zich meer dan 30 minuten na aanvangstijd van het examen meldt bij
de plaatselijk voorzitter.
-
4. Bij alle vakken van vwo en havo, met uitzondering van het profielwerkstuk, en bij
alle talen bij het vmbo wordt de kandidaat 20 minuten voor aanvang van het mondeling
examen verwacht in het voorbereidingslokaal om zich op het examen voor te bereiden.
Deze voorbereiding is een verplicht onderdeel van het examen. De precieze aard van
deze voorbereiding kunt u voor ieder vak vinden in de vakinformatie
Indien een kandidaat zich te laat voor de voorbereiding meldt, wordt de tijd die de
kandidaat te laat is, niet gecompenseerd.
-
5. Als de kandidaat zich minder dan 5 minuten te laat bij de examinatoren meldt voor
de afname van het mondeling examen, wordt het examen volgens rooster afgenomen. De
tijd die de kandidaat te laat is, wordt niet gecompenseerd. Bij de beoordeling wordt
geen rekening gehouden met het feit dat de kandidaat door te laat te komen zich niet
heeft kunnen voorbereiden.
Het mondeling examen komt te vervallen als de kandidaat zich 5 minuten of meer te
laat bij de examinatoren meldt voor de afname.
-
6. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van het College voor examens,
-
a. in het eerste tijdvak verhinderd is bij één of meer schriftelijke toetsen of examens,
wordt hij in de gelegenheid gesteld in het tweede tijdvak zo veel mogelijk gemiste
toetsen en examens alsnog af te leggen;
-
b. niet in staat is al zijn schriftelijke toetsen en examens in het eerste en tweede
tijdvak af te leggen, krijgt hij uitstel naar het derde en zo nodig vierde tijdvak,
maar voor niet meer vakken dan nodig zijn voor een profiel (vwo en havo) of een sector
(vmbo), met dien verstande dat een kandidaat die examen doet in meerdere schoolsoorten,
slechts voor één schoolsoort uitstel naar het derde en zo nodig vierde tijdvak kan
krijgen.
-
7. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van het College voor examens,
afwezig is bij een of meer mondelinge en/of praktische toetsen in de periode juni/juli,
wordt geprobeerd de gemiste toetsen alsnog in dezelfde periode in te roosteren. Is
dat niet mogelijk, dan krijgt de kandidaat uitstel naar het derde en zo nodig vierde
tijdvak, met dezelfde beperkende voorwaarden als in lid 6b.
-
8. Mondelinge, praktische of schriftelijke examens of toetsen waarbij de kandidaat in
het vierde tijdvak afwezig is, komen te vervallen.
Artikel 7. Beoordeling mondeling examen of praktisch examen
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Bij aanvang van het college-examen in een vak waarvoor een werkstuk of boekenlijst
vereist is, bepalen de examinatoren of de betreffende documenten in redelijke mate
voldoen aan de gestelde eisen; is dit niet het geval, dan wordt voor het betreffende
onderdeel van het college-examen het cijfer 1 toegekend.
-
2. Inhoudelijke toetsing van een werkstuk of boekenlijst gebeurt tijdens de afname van
het mondeling of het praktisch gedeelte van het college-examen. Tijdens de afname
worden vragen over het werkstuk gesteld. In de vakinformatie is per vak aangegeven
welke invloed de beoordeling van het werkstuk, de bijbehorende presentatie en de beantwoording
van daarover gestelde vragen heeft bij de bepaling van het cijfer voor het college-examen.
-
3. In de vakinformatie is per vak aangegeven waarop de kandidaat tijdens het college-examen
wordt beoordeeld en is de weging van de cijfers voor de verschillende onderdelen vastgelegd.
Artikel 8. Profielwerkstuk en ‘oriëntatie op studie en beroep’ vwo/havo
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Het profielwerkstuk is een werkstuk, een presentatie daaronder begrepen, waarin op
geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van betekenis
zijn voor het betreffende profiel. Het profielwerkstuk heeft betrekking op ten minste
één vak dat bij de uitslagbepaling is betrokken. Dit vak dient een studielast te hebben
van minimaal 320 uur voor havo en minimaal 400 uur voor vwo.
Artikel 9. Sectorwerkstuk en ‘oriëntatie op leren en werken’ vmbo
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Het sectorwerkstuk dient te gaan over een maatschappelijk relevant onderwerp dat past
bij de
beroepswereld van de betreffende sector.
Artikel 10. Rekentoets
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. De rekentoets is een verplicht onderdeel van het staatsexamen.
-
2. Het resultaat van de rekentoets heeft geen invloed op de uitslag.
-
3. Het resultaat van de rekentoets wordt op de cijferlijst vermeld.
Artikel 11. Onregelmatigheden
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig onderdeel van het staatsexamen of deelstaatsexamen
dan wel ten aanzien van een aanspraak op ontheffing aan enige onregelmatigheid schuldig
maakt of heeft gemaakt, kan het College voor examens maatregelen nemen. De kandidaat
krijgt daarvan schriftelijk bericht.
-
2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid
ook in combinatie met elkaar kunnen worden genomen, zijn:
-
a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het college-examen of het centraal
examen;
-
b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toetsen van het
college-examen of het centraal examen van het betreffende vak;
-
c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het
college-examen of het centraal examen;
-
d. minder vergaande maatregelen dan die, bedoeld onder a tot en met c.
-
3. Indien de ontzegging, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, betrekking heeft op
een kandidaat die in meer dan één vak examen aflegt, kan de ontzegging betrekking
hebben op de toetsen van alle vakken.
-
4. Indien de onregelmatigheid pas wordt ontdekt na afloop van het examen, kan het College
voor examens de kandidaat het betreffende diploma of het certificaat en de cijferlijst
onthouden, of kan het College voor examens bepalen dat aan de betrokken kandidaat
dat diploma of certificaat, en die cijferlijst, slechts kunnen worden uitgereikt nadat
opnieuw examen is afgelegd in de door het College aan te wijzen onderdelen en op de
door het College te bepalen wijze.
-
5. Het besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel wordt genomen, wordt
tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en, indien de kandidaat minderjarig
is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat.
-
6. De kandidaat kan tegen een besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel
wordt genomen, bezwaar maken bij het College voor examens. De termijn voor het indienen
van een bezwaarschrift bedraagt vijf dagen nadat het besluit aan de kandidaat is bekendgemaakt
op de voorgeschreven wijze. Het College voor examens beslist binnen twee weken na
ontvangst van het bezwaarschrift, tenzij het college deze termijn heeft verlengd met
ten hoogste twee weken. Het College voor examens stelt bij zijn beslissing zo nodig
vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het examen
geheel of gedeeltelijk af te leggen of opnieuw af te leggen. Het College voor examens
deelt zijn beslissing op het bezwaar mee aan de wettelijke vertegenwoordigers van
de kandidaat die minderjarig is en aan de inspectie.
-
7. De kandidaat die zonder een door het College voor examens aanvaarde reden afwezig
is bij enig onderdeel van het staatsexamen of deelstaatsexamen in een vak, is uitgesloten
van verdere deelname aan het centraal examen en het college-examen in dit vak. Een
eventueel al afgelegd centraal examen en/of al afgelegde onderdelen van het college-examen
in dit vak wordt/worden ongeldig verklaard.
Artikel 12. Klachten en bezwaar
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Klachten kunnen ingediend worden door een email te sturen naar klachten@ocwduo.nl
of een brief te sturen naar Antwoordnummer 392, 9700 LK Groningen. Vermeld daarbij
altijd uw naam- en adresgegevens en het telefoonnummer waarop u overdag te bereiken
bent.
-
2. Tegen een besluit waar u het niet mee eens bent, kunt u bezwaar indienen. Een bezwaarschrift
moet schriftelijk worden ingediend bij OCW/DUO, Examendiensten, afdeling staatsexamens
VO, Postbus 30158, 9700 LK Groningen.
Artikel 13. Uitslag
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. De uitslag wordt door de voorzitter en de secretaris vastgesteld op grond van (voor
zover van toepassing):
-
• één of meer door de Commissie staatsexamens VO uitgereikte cijferlijsten;
-
• één of meer door het College voor examens uitgereikte cijferlijsten;
-
• één (!) cijferlijst van een school voor voortgezet onderwijs;
-
• één of meer cijferlijsten van instellingen voor educatie en beroepsonderwijs;
-
• één of meer door de Commissie staatsexamens VO uitgereikte bewijzen van ontheffing;
-
• één of meer door het College voor examens uitgereikte bewijzen van ontheffing.
Vakken met een onvoldoende eindcijfer mogen bij de uitslag worden betrokken. De uitslagregeling
geldt ook als de examens voor bepaalde vakken in verschillende jaren zijn afgenomen.
-
2. De hierboven bedoelde cijferlijsten en bewijzen van ontheffing worden uitsluitend
bij de vaststelling van de uitslag betrokken, indien na het kalenderjaar van het verrichten
van de onderwijs- of examenprestatie waarop de cijferlijst of de ontheffing berust,
nog geen 10 jaren zijn verstreken.
-
3. Niet alle op de door de kandidaat ingeleverde documenten vermelde vakken hoeven bij
de uitslagbepaling te worden betrokken. De overgebleven vakken dienen een staatsexamen
te vormen.
-
4. De uitslag luidt ‘geslaagd ’ of ‘afgewezen’.
Artikel 14. Uitslagregeling
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. De kandidaat die staatsexamen vmbo heeft afgelegd, is geslaagd indien:
-
a. hij, voor zover van toepassing, voor het sectorwerkstuk de beoordeling ‘goed’ of ‘voldoende’
heeft behaald en
-
b. het rekenkundig gemiddelde van de door hem bij het centraal examen behaalde cijfers
ten minste 5,5 is en
-
c. hij voor het vak Nederlands als eindcijfer tenminste een vijf heeft behaald en
-
d. hij heeft deelgenomen aan de rekentoets en
-
e. hij
-
1. voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor
zijn overige examenvakken een 6 of hoger, of
-
2. voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor
zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarbij ten minste één 7 of hoger, of
-
3. voor twee van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige
examenvakken een 6 of hoger waarbij ten minste één 7 of hoger.
-
2. De kandidaat die staatsexamen vwo of havo heeft afgelegd, is geslaagd indien
-
a. het rekenkundig gemiddelde van de door hem bij het centraal examen behaalde cijfers
ten minste 5,5 is en
-
b. hij heeft deelgenomen aan de rekentoets en
-
c. hij
-
1. voor alle vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of meer
heeft behaald, of
-
2. voor één van de vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5 en
voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of
meer heeft behaald, of
-
3. voor één van de vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 4 en
voor de overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of
meer heeft behaald, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6,0 bedraagt, of
-
4. voor twee van de vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 5 heeft
behaald dan wel voor één van de vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld als
eindcijfer 4 en voor één van deze vakken als eindcijfer 5 heeft behaald, en voor de
overige vakken waarvoor een eindcijfer is vastgesteld, als eindcijfer 6 of meer heeft
behaald, en het gemiddelde van de eindcijfers tenminste 6,0 bedraagt en
-
d. hij voor de vakken Nederlandse taal en literatuur, Engelse taal en literatuur en Wiskunde
A, Wiskunde B dan wel Wiskunde C ten hoogste één maal het eindcijfer 5 en verder eindcijfer(s)
6 of hoger heeft behaald en
-
e. hij voor geen van de onderdelen genoemd in het vierde lid een eindcijfer lager dan
4 heeft behaald.
-
3. Kandidaten die bij de uitslagbepaling cijfers voor de in het tweede lid onder d genoemde
vakken willen laten meetellen die behaald zijn voor 2013 hoeven niet te voldoen aan
de eis, verwoord in het tweede lid onder d. Deze overgangsbepaling geldt tot en met
het examenjaar 2015.
-
4. Bij de uitslagbepaling volgens het tweede lid wordt het gemiddelde van de eindcijfers
van tenminste de volgende onderdelen aangemerkt als het eindcijfer van één vak, genaamd
het combinatiecijfer, voor zover voor deze onderdelen een eindcijfer is bepaald:
-
– voor havo: maatschappijleer en het profielwerkstuk,
-
– voor vwo: maatschappijleer, algemene natuurwetenschappen en het profielwerkstuk.
Daaraan kan via inwisseling worden toegevoegd:
-
a. literatuur,
-
b. klassieke culturele vorming,
-
c. algemene natuurwetenschappen in het havo,
-
d. godsdienst of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs.
-
5. Het College voor examens bepaalt het eindcijfer, bedoeld in het vierde lid, als het
rekenkundig gemiddelde van de eindcijfers van de samenstellende delen. Indien de uitkomst
van deze berekening niet een geheel getal is, wordt deze uitkomst indien het eerste
cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer
een 5 of hoger is, naar boven afgerond.
Artikel 15. Herkansing
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. De vmbo-kandidaat die voor het sectorwerkstuk de kwalificatie 'niet afgerond' heeft
gekregen maar bij een beoordeling 'voldoende' of 'goed' in hetzelfde examenjaar in
aanmerking komt voor een diploma vmbo, krijgt in het derde of vierde tijdvak één keer
de gelegenheid opnieuw een sectorwerkstuk in te leveren en te presenteren. Dit beperkt
niet het recht van de kandidaat op herkansing voor een college-examen in een bepaald vak.
-
2. Een kandidaat die een staatsexamen heeft afgelegd en daarvoor niet geslaagd is, mag
een herkansing afleggen bestaande uit één college-examen en/of één centraal examen,
niet noodzakelijkerwijs van hetzelfde vak, mits hij daardoor alsnog kan slagen. Een
herkansing mag alleen worden afgelegd in vakken waarin in het lopende examenjaar staatsexamen
is afgelegd.
Bij de uitreiking van de cijferlijst na vaststelling van de uitslag wordt aan de kandidaat
die daarvoor in aanmerking komt, een herkansingsformulier uitgereikt. De kandidaat
kan, binnen de daarvoor gestelde termijn, aangeven of hij aan de herkansing wenst
deel te nemen en voor welk(e) vak(ken). De gestelde termijn staat vermeld op het herkansingsformulier.
-
3. Herkansingen worden afgenomen in het derde tijdvak of, zo nodig, in het vierde tijdvak.
Het College voor examens kan besluiten het centraal examen of een schriftelijk onderdeel
van het college-examen bij de herkansing mondeling te laten afnemen.
-
4. Bij vakken waarbij het college-examen uit een schriftelijk en een mondeling onderdeel
bestaat, kan een kandidaat het College voor examens toestemming vragen bij de herkansing
slechts één van beide onderdelen te doen. Het College voor examens neemt op dit verzoek
een gemotiveerde beslissing. Als een onderdeel van het college-examen niet opnieuw
wordt geëxamineerd, geldt voor dat onderdeel het resultaat dat eerder in het lopende
examenjaar is behaald.
-
5. Voordat de berekening van het eindcijfer plaatsvindt, wordt het cijfer van de herkansing
voor het afgelegde centraal examen dan wel college-examen bepaald. Als het cijfer
van de herkansing hoger uitvalt, dan wordt er met dat resultaat gerekend. Is het cijfer
van de herkansing niet hoger dan wordt met het eerdere resultaat gerekend.
-
6. De kandidaat die een staatsexamen heeft gedaan en in het lopende examenjaar de rekentoets
heeft gemaakt, heeft recht op een herkansing van de rekentoets. Deze herkansing staat
los van andere herkansingen.
-
7. Herkansing voor deelstaatsexamens is niet mogelijk.
Artikel 16. Uitreiking diploma en cijferlijst
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Aan een voor een staatsexamen vwo, havo of vmbo geslaagde kandidaat wordt een diploma
uitgereikt. Op het diploma wordt het behaalde profiel / worden de behaalde profielen
(vwo en havo) vermeld en bij het vmbo de behaalde sector / sectoren en de leerweg.
Bij het diploma wordt voor vwo en havo per behaald profiel een cijferlijst uitgereikt;
bij het diploma vmbo wordt één cijferlijst uitgereikt waarop de leerweg en alle behaalde
sectoren staan beschreven.
Op een cijferlijst wordt/worden vermeld, voor zover van toepassing:
-
– het profiel waarin het examen is afgelegd (voor vwo en havo);
-
– de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
– de vakken waarvoor een ontheffing is verleend, voor zover zij bij de uitslag zijn
betrokken;
-
– de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
– het combinatiecijfer (vwo en havo)
-
– de samenstellende onderdelen van het combinatiecijfer en de daarvoor behaalde cijfers;
-
– het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk en het vak / de vakken waarop het
profielwerkstuk betrekking heeft, dan wel het onderwerp of de titel van het sectorwerkstuk
en de beoordeling daarvan;
-
– de rekentoets;
-
– de uitslag ‘geslaagd’.
Vakken waarin de kandidaat wel examen heeft gedaan maar die niet bij de uitslag zijn
betrokken, kunnen op verzoek van de kandidaat weggelaten worden op de cijferlijst.
Aan een kandidaat die heeft deelgenomen aan een staatsexamen vwo, havo of vmbo en
daarvoor, ook na een eventuele herkansing, niet is geslaagd, wordt een cijferlijst
uitgereikt met daarop vermeld, voor zover van toepassing:
-
– het profiel waarvoor het examen is afgelegd (voor vwo en havo);
-
– de sector/sectoren en de leerweg (vmbo);
-
– de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
– de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
– het combinatiecijfer (vwo en havo)
-
– de samenstellende onderdelen van het combinatiecijfer en de daarvoor behaalde cijfers;
-
– het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk en het vak / de vakken waarop het
profielwerkstuk betrekking heeft, dan wel het onderwerp of de titel van het sectorwerkstuk
en de beoordeling daarvan;
-
– de rekentoets;
-
– de uitslag ‘afgewezen’.
-
2. Aan een kandidaat die heeft deelgenomen aan een deelstaatsexamen vwo, havo of vmbo,
wordt een cijferlijst deelstaatsexamen uitgereikt met, zover van toepassing, daarop
vermeld:
-
– de vakken waarin de kandidaat is geëxamineerd;
-
– de leerweg (vmbo);
-
– de cijfers voor het centraal examen en/of het college-examen en het eindcijfer per
vak;
-
– de rekentoets;
-
– het onderwerp of de titel van het profielwerkstuk en het vak / de vakken waarop het
profielwerkstuk betrekking heeft, dan wel het onderwerp of de titel van het sectorwerkstuk
en de beoordeling daarvan.
Artikel 17. Certificaat
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Aan een kandidaat die een staatsexamen heeft gedaan en is afgewezen en aan een kandidaat
die deelstaatsexamen heeft gedaan, wordt per schoolsoort één certificaat uitgereikt
voor, voor zover van toepassing,
-
a. het vak of de vakken waarvoor hij een eindcijfer 6 of meer heeft behaald,
-
b. voor het vwo en het havo het vak of de vakken en het onderwerp of de titel van het
profielwerkstuk indien hij hiervoor het eindcijfer 6 of meer heeft behaald, en
-
c. voor het vmbo het thema van het sectorwerkstuk, indien dit beoordeeld is met ‘goed’
of ‘voldoende’,
met dien verstande dat indien een examen in een vak dat op een certificaat voorkomt
uit meerdere onderdelen bestaat, alle onderdelen in hetzelfde jaar dienen te zijn
afgelegd.
Artikel 18. Ontheffingen/vrijstellingen
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Op basis van een diploma of getuigschrift, niet zijnde een diploma of certificaat
vwo, havo, vmbo en mavo kan een kandidaat een verzoek om ontheffing voor één of meer
vakken indienen.
-
2. Een verzoek om ontheffing voor één of meer vakken zoals bedoeld in lid 1, dient voor
1 januari van het kalenderjaar waarin men examen wil afleggen, te worden ingediend.
Als het College voor examens positief beslist, wordt aan de kandidaat een ‘Bewijs
van ontheffing’ uitgereikt.
-
3. Vrijstelling van rechtswege op basis van certificaten en cijferlijsten vwo, havo,
vmbo en mavo is geregeld in de vrijstellings- en overgangsregeling aanpassing profielen
vwo-havo 2007.
-
4. Een kandidaat die in het bezit is van een havo-diploma, heeft op grond daarvan ontheffing
voor de volgende vakken van het gemeenschappelijk deel van het vwo: maatschappijleer
en algemene natuurwetenschappen
Artikel 19. Bewaren en inzien van schriftelijke examenwerk.
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Het schriftelijk examenwerk en de protocollen van de mondelinge examens worden gedurende
ten minste zes maanden na afloop van het examen bewaard. Een kandidaat kan omtrent
zijn werk gedurende genoemde periode van zes maanden inlichtingen inwinnen bij het
College voor examens.
Het College voor examens zal op ten minste twee data in het examenjaar kandidaten
de mogelijkheid bieden in Amersfoort hun schriftelijk examenwerk in te zien. Voor
deze inzage moeten kandidaten zich uiterlijk twee weken voor de gewenste datum per
mail in Groningen aanmelden. De data worden op de site van DUO gepubliceerd. Inzage
op andere momenten vindt, na afspraak, uitsluitend in Groningen plaats.
Artikel 20. Aansprakelijkheid
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Examenfunctionarissen, aangesteld door het ministerie van OCW of benoemd door het
College voor examens, zijn nimmer aansprakelijk voor schade en/of letsel van de kandidaat
en derden veroorzaakt tijdens een examenonderdeel van het staatsexamen, behalve als
er sprake is van grove schuld of nalatigheid.
De kandidaat vrijwaart de examenfunctionarissen tegen aanspraken van derden ter zake
van schade en/of letsel veroorzaakt tijdens een examenonderdeel van het staatsexamen,
behalve als er sprake is van grove schuld of nalatigheid.
Artikel 21. Gevallen onvoorzien
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist, namens het College voor
examens, de manager staatsexamens VO.
Bijlage 1. Eindexamen vwo
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Algemene informatie.
Het vwo kent vier profielen:
Elke kandidaat die een diploma wil behalen, moet één of meer van deze profielen kiezen.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren voor
het verwerven van een diploma.
Examenvakken (met studielasturen):
Het gemeenschappelijk deel vwo van elk profiel bestaat uit:
•
|
Nederlandse taal en literatuur,
|
480
|
•
|
Engelse taal en literatuur,
|
400
|
•
|
(atheneum) Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur of Friese taal en cultuur,
|
480
|
•
|
(gymnasium) Latijnse taal en literatuur of Griekse taal en literatuur *),
|
600
|
•
|
algemene natuurwetenschappen,
|
120
|
•
|
maatschappijleer,
|
120
|
•
|
rekentoets.
|
|
Profieldelen:
Profiel natuur en techniek
•
|
wiskunde B
|
600
|
•
|
natuurkunde
|
480
|
•
|
scheikunde
|
440
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
440
|
|
–
|
informatica
|
440
|
|
–
|
biologie
|
480
|
|
–
|
wiskunde D
|
440
|
Profiel natuur en gezondheid
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
520
|
•
|
scheikunde
|
440
|
•
|
biologie
|
480
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
440
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
natuurkunde
|
480
|
Profiel economie en maatschappij
•
|
economie
|
480
|
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
520
|
•
|
geschiedenis
|
440
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
management en organisatie
|
440
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
440
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
480
|
Profiel cultuur en maatschappij
•
|
wiskunde C (mag vervangen worden door wiskunde A of wiskunde B)
|
480
|
•
|
geschiedenis
|
480
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving), kunst (muziek), kunst (drama), kunst (dans), muziek,
tekenen, handvaardigheid of textiele vormgeving
|
480
|
|
–
|
filosofie
|
480
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
480
|
|
–
|
Latijnse taal en literatuur of Griekse taal en literatuur *)
|
600
|
•
|
één van de volgende maatschappelijke profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
440
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
440
|
|
–
|
economie
|
480
|
*) Als een kandidaat een volledig pakket doet met Latijn of Grieks, is het vak Klassieke
Culturele Vorming (160 uur) verplicht. Hiermee wordt tevens voldaan aan de eisen die
gesteld worden voor het behalen van een gymnasiumdiploma.
Vrije deel examenvak voor vwo:
Een kandidaat kan kiezen uit:
•
|
de vakken die zijn vermeld bij de profieldelen met een minimale studielast van 440
uur en die nog niet als examenvak zijn opgenomen in het gekozen profiel, waarbij
|
|
–
|
van de vakken wiskunde A, wiskunde B en wiskunde C slechts één deel kan uitmaken van
het profiel en dat wiskunde D uitsluitend kan worden gekozen indien ook wiskunde B
deel uitmaakt van het profiel;
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving) niet gekozen kan worden in combinatie met tekenen, handvaardigheid
of textiele vormgeving en kunst (muziek) niet gekozen kan worden in combinatie met
muziek;
|
|
–
|
van de vakken tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving er slechts één deel
kan uitmaken van het profiel;
|
•
|
Spaanse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Russische taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Italiaanse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Arabische taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
Turkse taal en literatuur (elementair)
|
480
|
|
voorzover de betreffende taal geen deel uitmaakt van het profiel.
|
|
•
|
kunst (algemeen)
|
200
|
Opmerking:
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Voor de volgende kunstzinnige vakken wordt geen staatsexamen aangeboden:
Kunst (beeldende vormgeving)
Kunst (muziek)
Kunst (drama)
Kunst (dans)
Textiele vormgeving
Bijlage 2. Eindexamen havo
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Algemene informatie.
Het havo kent vier profielen:
Elke kandidaat die een diploma wil behalen, moet één of meer van deze profielen kiezen.
Profielwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een profielwerkstuk in te leveren en te presenteren voor
het verwerven van een diploma.
Examenvakken (met studielasturen):
Het gemeenschappelijk deel havo van elk profiel bestaat uit:
•
|
Nederlandse taal en literatuur,
|
400
|
•
|
Engelse taal en literatuur,
|
360
|
•
|
maatschappijleer,
|
120
|
•
|
rekentoets.
|
|
Profieldelen:
Profiel natuur en techniek
•
|
wiskunde B
|
360
|
•
|
natuurkunde
|
400
|
•
|
scheikunde
|
320
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
320
|
|
–
|
informatica
|
320
|
|
–
|
biologie
|
400
|
|
–
|
wiskunde D
|
320
|
Profiel natuur en gezondheid
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
320
|
•
|
scheikunde
|
320
|
•
|
biologie
|
400
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
natuur, leven en technologie
|
320
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
natuurkunde
|
400
|
Profiel economie en maatschappij
•
|
economie
|
400
|
•
|
wiskunde A (mag vervangen worden door wiskunde B)
|
320
|
•
|
geschiedenis
|
320
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
management en organisatie
|
320
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
320
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
400
|
Profiel cultuur en maatschappij
•
|
geschiedenis
|
320
|
•
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, of Friese taal en cultuur
|
400
|
•
|
één van de volgende profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving), kunst (muziek), kunst (drama), kunst (dans), muziek,
tekenen, handvaardigheid of textiele vormgeving
|
320
|
|
–
|
filosofie
|
320
|
|
–
|
Franse taal en literatuur, Duitse taal en literatuur, Spaanse taal en literatuur,
Russische taal en literatuur, Italiaanse taal en literatuur, Arabische taal en literatuur,
Turkse taal en literatuur, Friese taal en cultuur
|
400
|
•
|
één van de volgende maatschappelijke profielkeuzevakken:
|
|
|
–
|
aardrijkskunde
|
320
|
|
–
|
maatschappijwetenschappen
|
320
|
|
–
|
economie
|
400
|
Vrije deel examenvak voor vwo:
Een kandidaat kan kiezen uit:
•
|
de vakken die zijn vermeld bij de profieldelen en die nog niet als examenvak zijn
opgenomen in het gekozen profiel, waarbij
|
|
–
|
van de vakken wiskunde A en wiskunde B er slechts één deel kan uitmaken van het profiel
en wiskunde D uitsluitend kan worden gekozen indien wiskunde B deel uitmaakt van het
profiel,
|
|
–
|
kunst (beeldende vormgeving) niet gekozen kan worden in combinatie met tekenen, handvaardigheid
of textiele vormgeving en kunst (muziek) niet gekozen kan worden in combinatie met
muziek,
|
|
–
|
van de vakken tekenen, handvaardigheid en textiele vormgeving er slechts één deel
kan uitmaken van het profiel
|
•
|
Spaanse taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Russische taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Italiaanse taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Arabische taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
Turkse taal en literatuur (elementair)
|
320
|
|
voorzover de betreffende taal geen deel uitmaakt van het profiel.
|
|
•
|
algemene natuurwetenschappen
|
120
|
•
|
kunst (algemeen)
|
120
|
Opmerking:
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Voor de volgende kunstzinnige vakken wordt geen staatsexamen aangeboden:
Kunst (beeldende vormgeving)
Kunst (muziek)
Kunst (drama)
Kunst (dans)
Textiele vormgeving
Bijlage 3. Eindexamen vmbo TL
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
-
1. Het gemeenschappelijk deel
Onafhankelijk van de gekozen sector zijn de volgende gemeenschappelijke vakken verplicht:
-
2. Het sectordeel
Er kan gekozen worden uit vier verschillende sectoren, elk met verschillende verplichte
vakken
-
3. Het vrije deel
Twee algemene vakken, te kiezen uit (voor zover deze vakken geen onderdeel zijn van
het sectorgebonden deel):
-
• talen: Fries, Frans, Duits, Spaans, Turks, Arabisch*);
-
• maatschappijvakken: economie, aardrijkskunde, geschiedenis en staatsinrichting, maatschappijleer
2;
-
• exacte vakken: wiskunde, natuur- en scheikunde 1, natuur- en scheikunde 2, biologie;
-
• beeldende vakken 2: handenarbeid, tekenen, textiele werkvormen **);
-
• muziek.
*) Het sectordeel en het vrije deel moeten tezamen tenminste twee vakken omvatten
die geen moderne vreemde taal zijn.
**) Van de vakken handenarbeid, tekenen en textiele werkvormen kan er slechts één
bij de uitslagbepaling betrokken worden.
Sectorwerkstuk
Elke examenkandidaat dient een sectorwerkstuk in te leveren en te presenteren. Voor
het verwerven van een diploma dient hiervoor de beoordeling voldoende of goed te worden
verkregen.
Opmerking:
Voor de examenprogramma's wordt verwezen naar de vakinformatie.
Bijlage 4. vmbo GL, BB, KB
[Regeling vervallen per 31-12-2014]
Bij de staatsexamens worden geen examens afgenomen in de beroepsgerichte vakken. Kandidaten
die in de beroepsgerichte vakken al examen hebben gedaan, kunnen via de staatsexamens
hun pakket met theoretische vakken aanvullen om alsnog een diploma te behalen.