De leraar voor de klas is een zeer belangrijke succesfactor als het gaat om het verbeteren
van de schoolprestaties van de leerlingen. Dit geldt voor alle scholen in het primair
onderwijs en in het bijzondere voor scholen met leerlingen in achterstandssituaties.
Hierbij kan het gaan om autochtone en allochtone leerlingen.
Het lesgeven aan kinderen die in een weinig kansrijke positie verkeren vraagt veel
van de leraar; deze leerlingen hebben extra aandacht en specifieke werkwijzen nodig
om tot optimale onderwijsprestaties te komen en zodoende op een volwaardige manier
hun plek in de samenleving te kunnen vinden. Het gaat hierbij niet alleen om kennis
van de diverse vakgebieden maar ook om het ontwikkelen van sociale vaardigheden.
De leraar zal behalve over extra motivatie en betrokkenheid met de problematiek van
het lesgeven aan deze leerlingen, ook over specifieke deskundigheid en extra vaardigheden
moeten beschikken om zijn werk goed te kunnen doen.
Niet alle scholen met leerlingen in achterstandssituaties verkeren in de positie om
de problemen op te lossen; de leraren voelen zich vaak overbelast door de vele eisen
die aan hen worden gesteld.
Voor leraren primair onderwijs die de kansen van kinderen in achterstandssituaties
willen vergroten is een postinitieel opleidingstraject ontwikkeld dat specifiek is
toegesneden op het lesgeven op scholen die grotendeels of in toenemende mate te maken
hebben met leerlingen die extra zorg nodig hebben.
Verder zal binnen de opleiding leraar basisonderwijs op basis van dit opleidingstraject
een differentiatie ’Lesgeven aan kinderen in achterstandssituaties’ worden ontwikkeld.
Deze problematiek beperkt zich niet tot de vier grote steden in Nederland, ook andere
steden en regio’s hebben te maken met extra zorg en aandacht voor kinderen in achterstandssituaties.
In het voorjaar van 2001 zijn een achttal kleinschalige pilotprojecten gestart rondom
verschillende thema’s, gericht op de problematiek van het lesgeven op scholen in achterstandssituaties.
De resultaten van deze pilots zullen worden gebruikt voor de verdere ontwikkeling
en bijstelling van de postinitiële opleiding.