Kapitaalsbelasting, toepassing van artikel 37, eerste lid, onderdeel a juncto artikel 37, tweede lid, onderdelen a, b en c, WBR, neveninbreng

[Regeling vervallen per 01-01-2006.]
Geraadpleegd op 06-05-2024.
Geldend van 06-10-2000 t/m 31-12-2005

Kapitaalsbelasting, toepassing van artikel 37, eerste lid, onderdeel a juncto artikel 37, tweede lid, onderdelen a, b en c, WBR, neveninbreng

De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

1. Inleiding

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

In artikel 37, eerste lid, onderdeel a juncto artikel 37, tweede lid, onderdelen a, b en c, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer is bepaald dat de vrijstelling van kapitaalsbelasting van toepassing is, indien tegen toekenning van eigen aandelen uitsluitend aandelen (onderdeel a), uitsluitend het gehele vermogen, dan wel de gehele onderneming of een zelfstandig onderdeel daarvan (onderdeel b) of uitsluitend alle bedrijfsmiddelen van gelijke aard (onderdeel c) worden verworven.

Mij is de vraag voorgelegd of de vrijstelling van artikel 37, eerste lid, onderdeel a van de Wet toepassing mist, indien naast de hiervoor genoemde inbreng andere vermogensbestanddelen worden ingebracht (bijv. een bedrag in contanten), de zgn. neveninbreng.

2. Goedkeuring

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Ik keur, voorzover nodig, met toepassing van artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen goed, dat een dergelijke neveninbreng geen beletsel is voor toepassing van de vrijstelling. De neveninbreng zal wel in de heffing van kapitaalsbelasting worden betrokken.

3. Behandeling van de verzoeken

[Regeling vervallen per 01-01-2006]

Belastingplichtigen kunnen een verzoek om toepassing van de hardheidsclausule rechtstreeks bij de inspecteur indienen. Ik verleen de inspecteur toestemming om namens mij het verzoek af te handelen.

Naar boven