Besluit reïntegratie-uitkering

[Regeling vervallen per 29-12-2005.]
Geraadpleegd op 06-05-2024.
Geldend van 01-07-1998 t/m 28-12-2005

Besluit reïntegratie-uitkering

Het Landelijk instituut sociale verzekeringen,

Gelet op de artikelen 23 tot en met 27 van de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 29-12-2005]

Het Landelijk instituut sociale verzekeringen voert ter zake van de reïntegratie-uitkering van gerechtigden krachtens de Werkloosheidswet en de Tijdelijke wet beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheidscriteria een beleid als weergegeven in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 29-12-2005]

Indien het bij koninklijke boodschap van 1 september 1997 ingediende voorstel van de Wet op de re(in)tegratie arbeidsgehandicapten, kamerstuk 25 478, tot wet wordt verheven en in werking treedt, treedt dit besluit op hetzelfde tijdstip in werking.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 29-12-2005]

Dit besluit wordt aangehaald als Besluit reïntegratie-uitkering.

Amsterdam, 4 december 1997

J.F. Buurmeijer

,

voorzitter

Bijlage

[Regeling vervallen per 29-12-2005]

  • 1. Noodzakelijke scholing of opleiding

    Onder noodzakelijke scholing op opleiding wordt verstaan een scholing of opleiding die voldoet aan de criteria van de Ministeriële regeling op grond van art. 76 WW.

  • 2. Werkzaamheden gaan krachten en bekwaamheden te boven

    In beginsel komt alle algemeen geaccepteerde arbeid voor proefplaatsing in aanmerking, mits de arbeid in overeenstemming is met de krachten en bekwaamheden van betrokkene. De wettelijke weigeringsgrond dat de onbeloonde werkzaamheden de krachten en bekwaamheden van de werknemer te boven gaan wordt slechts toegepast, indien evident is dat de werknemer de werkzaamheden op de proefplaats slechts tot schade van zijn gezondheid zal verrichten.

  • 3. Onbeloonde werkzaamheden te verrichten met behoud WW

    In gevallen waarin het op grond van de jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep (RSV 1992/348) toegestaan is om - ondanks dat er sprake is van onbeloonde werkzaamheden die strikt genomen niet met behoud van uitkering WW kunnen worden verricht - de uitkering WW buitenwettelijk te continueren, gaat de reïntegratie-uitkering voor op de buitenwettelijke uitkering.

  • 4. Aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering

    Bij de toetsing van de weigeringsgrond dat de werkgever geen aansprakelijkheids- of ongevallenverzekering heeft afgesloten ten behoeve van de werknemer, wordt afgegaan op de mededeling die de werkgever hierover desgevraagd doet.

  • 5. Misbruik en oneigenlijk gebruik

    De reïntegratie-uitkering wordt geweigerd in situaties waarin het vermoeden bestaat dat een werkgever de regeling oneigenlijk gebruikt of misbruikt.

  • 6. Uitkeringsduur

    De reïntegratie-uitkering wordt verstrekt over een aaneengesloten periode van 6 maanden of 2 jaar (of zoveel korter als de onbeloonde werkzaamheden worden verricht of scholing wordt gevolgd).

    Er kunnen problemen ontstaan door het tijdstip van aanvang van de reïntegratie-uitkering. Deze uitkering begint volgens de tekst van de wet (art. 26, eerste en tweede lid Rea) namelijk altijd op de eerste dag van de kalenderweek waarin met werken of met de scholing wordt begonnen. Wordt op woensdag begonnen, dan gaat de uitkering al op maandag in. Aangezien de uitkering maximaal over een aaneengesloten periode van 6 maanden kan worden verstrekt leidt dit eerdere aanvangstijdstip er toe dat aan het einde van de periode van feitelijk werken over een aantal dagen geen uitkering kan worden verstrekt.

    Het volgende voorbeeld maakt dat duidelijk. Iemand begint op donderdag 1 oktober 1998 met de proefplaatsing en spreekt af dat deze proefplaatsing loopt tot en met 31 maart 1999 (6 maanden). De reïntegratie-uitkering vangt op de eerste dag van de kalenderweek aan, in dit geval dus maandag 28 september 1998. Consequentie van deze aanvangsdatum is dat de uitkering slechts kan worden verstrekt tot en met 27 maart 1999 (namelijk maximaal 6 maanden). Zou de betrokkene conform de gemaakte afspraak met de werkgever feitelijk tot 1 april 1999 blijven doorwerken, dan ontvangt hij over de periode van 29 maart tot en met 31 maart 1999 geen reïntegratie-uitkering en evenmin een WW-uitkering, deze laatste niet omdat arbeid wordt verricht.

    Door middel van voorlichting aan en overleg met de arbeidsgehandicapte en de werkgever wordt voorkomen dat het hiervoor beschreven hiaat gaat ontstaan.

  • 7. Hoogte reïntegratie-uitkering bij proefplaatsing

    Artikel 27, eerste lid Rea wordt zodanig geïnterpreteerd dat de reïntegratie-uitkering gelijk is aan de WW- en BIA-uitkering over de uren van proefplaatsing.

  • 8. Reïntegratie in het betreffende werk ook zonder proefplaats mogelijk

    De reïntegratie-uitkering wordt slechts dan geweigerd, indien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de werknemer ook zonder proefplaatsing bij de betreffende werkgever wordt aangenomen voor dat werk.

  • 9. Omvang van het werk

    Aan de omvang van de werkzaamheden tijdens de proefplaatsing worden geen eisen gesteld.

  • 10. Werk in WSW-verband of tijdelijk werk

    Een reïntegratie-uitkering wordt geweigerd, indien de aanvraag een proefplaatsing in WSW-verband betreft of waarbij het werk betreft waar geen uitzicht is op plaatsing in een (tijdelijk) dienstverband na afloop van de periode van proefplaatsing.

  • 11. Maatregel

    De hoogte van de reïntegratie-uitkering wordt gesteld op de hoogte van de WW-uitkering met maatregel. De maatregel loopt in dat geval gewoon door. Dit betekent dat bij herleving van de WW hiermee rekening moet worden gehouden en dat de maatregel niet of niet geheel herleeft.

  • 12. Hoogte uitkering tijdens scholing

    In afwachting van nadere regelgeving wordt bij de hoogte van de reïntegratie-uitkering wegens scholing of opleiding, evenals bij proefplaatsing, geen rekening gehouden met een eventuele verlaging of eindiging van de WW of BIA.

  • 13. Proefplaatsing bij eigen werkgever

    Proefplaatsing bij de eigen werkgever is geen reden de reïntegratie-uitkering niet toe te kennen.

    Nadere inlichtingen kunnen worden verkregen bij het Landelijk instituut sociale verzekeringen, postbus 74765, 1070 BT Amsterdam.

Naar boven