Instelling Begeleidingscommissie evaluatieonderzoek Herziening Rechterlijke Organisatie

[Regeling vervallen per 02-01-2005.]
Geraadpleegd op 26-04-2024.
Geldend van 27-05-1994 t/m 01-01-2005

Instelling Begeleidingscommissie evaluatieonderzoek Herziening Rechterlijke Organisatie

De minister van Justitie,

Gelet op de door de Tweede Kamer der Staten-Generaal uitgesproken wens (motie-Kalsbeek, TK 21 967, nr. 13) om de herziening van de rechterlijke organisatie in fasen te laten verlopen en deze fasen telkens te evalueren;

Overwegende dat het van belang is dat alle fasen van het evaluatieonderzoek worden uitgevoerd in overleg met en onder begeleiding van vertegenwoordigers afkomstig uit de rechterlijke organisatie, wetenschappelijke deskundigen, leden van het projectteam Herziening Rechterlijke Organisatie en (andere) betrokken ambtenaren van het ministerie van Justitie;

Besluit:

[Regeling vervallen per 02-01-2005]

  • 1 Ingesteld wordt de Begeleidingscommissie evaluatieonderzoek Herziening Rechterlijke Organisatie, hierna te noemen: de begeleidingscommissie.

  • 2 Dit besluit treedt in werking op de tweede dag na publikatie in de Staatscourant en werkt terug tot 1 september 1993.

  • 3 Tot leden van de begeleidingscommissie worden benoemd:

    • mr. B. J. Asscher, oud-president van de arrondissementsrechtbank te Amsterdam, tevens voorzitter;

    • prof. mr. A. F. M. Brenninkmeijer, lid van de Centrale raad van Beroep en hoogleraar burgerlijk procesrecht aan de Universiteit van Amsterdam, tevens plaatsvervangend voorzitter;

    • mevrouw mr. R. M. Driessen, secretaris van het projectteam Herziening Rechterlijke Organisatie, tevens secretaris;

    • mr. L.A.M. van Dijke, kantonrechter te Breda;

    • mr. L.F.A. Husson, kantonrechter te Arnhem en lid van het projectteam Herziening Rechterlijke Organisatie;

    • mr. A. Th. J. J. van Kooyk, directeur gerechtelijke ondersteuning te 's-Hertogenbosch;

    • mevrouw mr. M. H. van Kuijk, projectleider en lid van het projectteam Herziening Rechterlijke Organisatie (met ingang van 1 oktober 1993);

    • mevrouw mr. C. L. Kuijper-Keijzer, hoofd van de directie ontwikkeling rechtspleging van het ministerie van Justitie;

    • mr. J. T. M. Nijenhof, vice-president/voorzitter sector bestuursrecht van de arrondissementsrechtbank te Arnhem;

    • mr. drs. Th. G. M. Simons, raadadviseur bij de stafafdeling wetgeving publiekrecht van het ministerie van Justitie;

    • mevrouw drs. A. J. J. Slotboom, werkzaam bij de centrale directie wetenschapsbeleid en -ontwikkeling van het ministerie van Justitie;

    • mevrouw mr. M. M. A. Spliet, rechter in de arrondissementsrechtbank te Utrecht.

    • drs. F.P. van Tulder, medewerker van het Sociaal en Cultureel Planbureau.

  • 4 De begeleidingscommissie heeft voor alle fasen van het evaluatieonderzoek tot taak:

    • a) te onderzoeken of het onderzoek en de daarbij gebruikte gegevens volledig zijn;

    • b) op te treden als klankbordgroep voor de onderzoekers van de opdrachtnemer(s) en het daartoe regelmatig overleg te voeren met deze onderzoekers;

    • c) de gehanteerde wetenschappelijke technieken te toetsen;

    • d) de consistentie van de weergave van de feiten te beoordelen;

    • e) de evenwichtigheid bij de oordeelsvorming te beoordelen;

    • f) regelmatig verslag uit te brengen aan de minister van Justitie van de stand van zaken, onder meer ten behoeve van de halfjaarlijkse voortgangsrapportage Herziening Rechterlijke Organisatie aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

  • 5 De begeleidingscommissie kan, indien zij dit noodzakelijk acht, anderen dan haar leden bij haar werkzaamheden betrekken.

  • 6 Dit besluit wordt gepubliceerd in de Staatscourant. Een afschrift wordt ter kennisneming toegezonden aan de Algemene Rekenkamer.

's-Gravenhage, 25 november 1993

De

Minister

voornoemd,

E. M. H. Hirsch-Ballin

Naar boven