Uitvoeringsbesluit ex artikel 74 Visserijwet 1963

[Regeling vervallen per 25-02-2005.]
Geraadpleegd op 07-05-2024.
Geldend van 01-01-2002 t/m 24-02-2005

Besluit van 21 mei 1964, houdende uitvoering van artikel 74, tweede lid, van de Visserijwet 1963

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en Visserij a.i. van 10 maart 1964, no. J 638, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;

Gelet op artikel 74, tweede lid, van de Visserijwet 1963;

De Raad van State gehoord (advies van 8 april 1964, no. 68);

Gezien het nader rapport van Onze voornoemde Minister van 6 mei 1964, no. J 1050, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 25-02-2005]

Leges ter zake van bemoeiingen met het aanvragen of uitreiken van bescheiden, als bedoeld in artikel 74, tweede lid, van de Visserijwet 1963, mogen niet meer bedragen dan € 0,45.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 25-02-2005]

Gelden, voldaan ter zake van uitgereikte bescheiden, worden niet teruggegeven.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 25-02-2005]

Dit besluit treedt in werking met ingang van het tijdstip van het in werking treden van de Visserijwet 1963.

Onze Minister van Landbouw en Visserij is belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

Soestdijk, 21 mei 1964

JULIANA.

De Minister van Landbouw en Visserij,

B. W. BIESHEUVEL.

Uitgegeven de achtentwintigste mei 1964.

De Minister van Justitie a.i.,

E. H. TOXOPEUS.

Naar boven